Zebravinken leren slapend zingen
Het leren van liedjes door jonge zebravinken gaat ook tijdens hun slaap door. Dat melden Utrechtse biologen vandaag in het tijdschrift Proceedings of the Royal Society. Dit is een nieuwe aanwijzing dat het leerproces van de vogels overeenkomt met de manier waarop kinderen leren spreken.
In 2007 toonden de Utrechtse onderzoekers Sharon Gobes, Thijs Zandbergen en Johan Bolhuis, al aan dat de manier waarop zebravinken hun liedjes leren veel lijkt op hoe kleine kinderen leren praten. In beide gevallen vindt het leren plaats in de vroege jeugd, en ontstaat de zang of spraak pas na veel oefenen.
Ook wordt bij beide leerprocessen een ander hersengebied aangesproken dan bij het praten en zingen zelf, en is het brein van de jonge zebravink, net als dat van jonge kinderen, ook actief tijdens het slapen. Daarmee zijn jonge zangvogels een goed model om de rol van slaap bij het leren van spraak te bestuderen.
Dat slaap een rol speelt bij leren door mensen en andere zoogdieren is al enige tijd bekend. Zo leren kinderen taal beter als ze daarbij een dutje kunnen doen. Van zangvogels wist men al dat het brein tijdens de slaap hetzelfde activiteitspatroon vertoont als tijdens het zingen van een liedje overdag.
Het nieuwe Utrechtse onderzoek laat nu echter ook zien dat hoe meer jonge zangvogels van het liedje van hun vader hebben geleerd, hoe actiever hun brein is als ze ’s nachts slapen. Die activiteit vindt bij zowel vogels als mensen bovendien in hetzelfde hersengebied plaats. Door de Utrechtse ontdekking kunnen wetenschappers nu mogelijk beter gaan begrijpen welke rol slaap speelt bij de vorming van geheugen.
EH (Bron: Perscommunicatie UU)