Lukt het de rebellen de wetenschap te hervormen?
Is er iets grondig mis in de wetenschap? Ja, zegt een groep rebelse wetenschappers. Valt wel mee, zeggen hun criticasters. DUB kijkt terug op twee maanden polemiek tussen wetenschappers.
We gaan terug naar begin september van dit jaar. Het collegejaar is net begonnen en DUB zit in de werkkamer van Frank Miedema, de bevlogen decaan en vicevoorzitter van de Raad van Bestuur van het UMC Utrecht. Miedema en zijn geestverwant, de historicus Wijnand Mijnhardt (UU), praten met DUB uitgebreid over hun project Science In Transition, een aanklacht tegen de manier waarop de wetenschap functioneert. Volgens de heren is er sprake van perverse prikkels in het wetenschapsbedrijf. Die maken dat onderzoekers vooral veel en snel publiceren, en nauwelijks de tijd nemen om elkaars werk kwalitatief de maat te nemen of om goed onderwijs te geven.
Hoogleraren die mopperen over de koers van de universiteit. What’s new, zou je misschien denken. Maar wacht: Miedema is toch de op één na hoogste baas van het UMC Utrecht, een van de promotiefabrieken die Science In Transition zo bekritiseert? En zit historicus Mijnhardt nou zijn eigen nest te bevuilen door te stellen dat geesteswetenschappers te veel nadruk leggen op onderzoek, en dat daardoor de kerntaak van de alfa’s (het opleiden van nette academici) verwaarloosd wordt?
Twee maal ja. Bovendien brengen de heren hun pleidooi verfrissend en vol passie. Misschien niet altijd even genuanceerd, maar wel zo prettig voor de luisteraar. Hun position paper staat vol boude statements, nergens worden de zaken fraaier voorgespiegeld dan ze zijn. Wel even iets anders dan die KNAW-rapporten die uitblinken in degelijkheid.
Maar toch. Hoogleraren die mopperen. Dat doen ze al sinds mensenheugenis, en er verandert toch nooit wat. What’s new?
Moedigheid en bravoure kan deze heren niet ontzegd worden. Maar zou hun pleidooi ook aanslaan? DUB besluit in september de discussie breder te trekken en te starten met een wetenschapsblog waarbij we UU'ers, met Science in Transition in het achterhoofd, vroegen wat er volgens hen mis is in de wetenschap en welke oplossing zij voor ogen hebben.
Fastforward naar november. Het is ruim twee maanden later en er is volop aandacht voor Science In Transition in de landelijke media. Met als voorlopig hoogtepunt minister Bussemaker die in het tv-programma Buitenhof en op haar weblog serieus ingaat op de kritiek van de actiegroep. Science In Transition is waar het wil: in het middelpunt van de aandacht.
Is het terecht dat Science In Transition zoveel aandacht krijgt?
De boodschap van Science In Transition is verfrissend voor de media. Bij DUB worden we wel eens moe van de goednieuwsshow van bestuurders en communicatiemedewerkers die voortdurend benadrukken dat de universiteit het zo fantastisch doet in alle rankings,
Toegegeven, dat is misschien de taak van bestuurders en pr-afdelingen, maar het botst met wat DUB in de wandelgangen hoort van wetenschappers. Daar hoor je veel klachten over gekonkel rondom co-auteurschappen, de hoge werkdruk, de vergeefse pogingen een onderzoekbeurs in de wacht te slepen en de telkens weer nieuwe plannen en eisen zonder dat er extra tijd of geld tegenover staat. Veelal is het onderwijs dan het kind van de rekening.
Nu zijn daar vier heren van statuur die zonder opsmuk vertellen wat er allemaal schort aan de wetenschappelijke praktijk vandaag de dag. Die aan de Volkskrant vertellen dat de “prikkels in de wetenschap net zo pervers zijn als bij de banken”. Die boodschap slaat aan, omdat velen die werkzaam zijn in de wetenschap ook de problemen zien in de financiering en het imago van de wetenschap.
Hoe reageren collega-wetenschappers op Science In Transition?
De reacties in het door DUB gestarte wetenschapsblog zijn heel divers. Voor het blog benaderde DUB circa 30 wetenschappers. Niet iedereen had zin in of tijd voor een bijdrage. Ook merkten we een zekere vermoeidheid bij de respondenten. Niet wéér een debat over wat er mis is in de wetenschap! En: we gaan dit niet in Utrecht oplossen, de problemen zijn internationaal.
Een aantal UU’ers reageerde woedend op Science In Transition. Ontwikkelingspsycholoog Willem Koops (oud-decaan van de faculteit Sociale Wetenschappen) bijvoorbeeld (“geen heil in welke voortgezette discussie dan ook over dit rapport”), en historica Tine de Moor (“een kaakslag in het gezicht van de vele geesteswetenschappers”). Beiden stoorden zich mateloos aan de suggestie van Science In Transition dat veel alfa- en gamma-onderzoek van weinig maatschappelijk belang is.
DUB interviewde ook twee prominenten: Bert van der Zwaan, rector magnificus van de Universiteit Utrecht, en Hans Clevers, president van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW).
UU-rector Bert van der Zwaan zegt dat hij de discussie over de ratrace in de wetenschap belangrijk vindt. Eerder kwam hij met een pleidooi voor slow science en de afgelopen periode organiseerde hij universiteitsbrede ontbijtsessies over zorgvuldige wetenschap. Toch behoort Van der Zwaan niet tot de fans van Science In Transition. Hij vindt dat in het rapport veel statements staan “die makkelijk klinken maar moeilijk bewijsbaar zijn”. Hij is het ruimhartig eens met bestuurskundige Mirko Noordegraaf, die eerder op DUB schreef dat je niet kan spreken over een systeemfout, omdat de wetenschap geen geïsoleerd systeem is, maar nauw verweven met politiek en maatschappij.
Er is ook voldoende lof voor Science In Transition. Dat de focus in de wetenschap te veel op onderzoek (ten koste van onderwijs) ligt, wordt onderschreven door Barbara Oomen (decaan University College Roosevelt). En ook studente Maartje ter Horst wees op de prikkels die ervoor zorgen dat wetenschappers vooral gericht zijn op onderzoek, niet op onderwijs.
Het gevoel dat Science In Transition verwoordt, wordt ook elders breed gedeeld. Het is tekenend dat Frank Miedema tijdens de Science In Transition-conferentie zowat staande ovaties kreeg van de toehoorders, terwijl criticaster Jos Engelen (directeur NWO) vooral op gezucht uit de zaal werd getrakteerd.
Het debat over Science In Transition gaat waarschijnlijk nog wel eventjes door. DUB heeft wetenschappers twee maanden lang in het wetenschapsblog het podium geboden om te reflecteren op de vermeende crisis in de wetenschap. Dat podium blijft DUB natuurlijk bieden, maar we presenteren het niet meer via het aparte themablog, maar gewoon, als ingezonden stuk.
En de rebellen van Science In Transition, hoe gaan die verder?
Science In Transition gaat verder “in cellen”, zo grapte initiatiefnemer Wijnand Mijnhardt op het door hen georganiseerde congres. Er komen lokale afdelingen die het debat over wetenschap binnen de instellingen moeten gaan voeren. Een universiteitsbestuurder als Pauline van der Meer Mohr (Erasmus Universiteit) verwelkomt de discussie ondertussen met open armen.
Bij de landelijke media lijken de rebellen ook een snaar geraakt te hebben. NRC publiceert nu al weken over de discussie die door Science In Transition is aangejaagd, de Volkskrant gaat in de rubriek ‘ware wetenschap’ reflecteren op het bedrijf wetenschap en Rutger Bregman van De Correspondent gaat - geïnspireerd door Joris Luyendijk - de universitaire wereld proberen bloot te leggen.
Wellicht dat er toch iets gaat veranderen in de wetenschap.