Bindend studieadvies verhoogd naar 45 studiepunten

De lat voor eerstejaars gaat weer omhoog

Het bindend studieadvies (bsa) gaat volgend collegejaar voor alle opleidingen omhoog naar 45 studiepunten. De faculteitsraden van Rebo en Bèta en de Universiteitsraad zijn verbaasd dat zij niet mogen meepraten over de verhoging van het bsa.
Vorige week werd de Onderwijs en Examenregeling (OER) voor het nieuwe academische jaar besproken in de faculteitsraad van Rebo. In de OER staat hoeveel studiepunten een eerstejaars minimaal moet halen om door te mogen naar het tweede jaar. Dit heet het bindend studieadvies en is vanaf het komende collegejaar gesteld op 45 studiepunten. De meeste opleidingen hanteren nu een bsa-norm van 37,5 punt; in één studiejaar kunnen 60 ECTS worden behaald.

BSA NAAR 45 ECTS
Er zijn drie redenen om het bsa te verhogen, schrijft het college van bestuur in zijn notitie over het bevorderen van het studiesucces.
Ten eerste is de bsa-norm van de Universiteit Utrecht landelijk gezien aan de lage kant.
Ten tweede neemt met de verhoging de kans af om langstudeerder te worden.
Ten derde gaan ook de punten voor het bsa meetellen van vakken die de student heeft gevolgd in de profileringsruimte, de ruimte waar vakken van een andere opleiding gevolgd kunnen worden.
Door deze verandering hebben studenten de mogelijkheid om tijdens hun eerste jaar nog te switchen naar een andere opleiding zonder veel tijd te verliezen. Zouden ze hun studie voor 1 februari staken – in januari horen de studenten het voorlopige advies – om het jaar daarop aan een andere studie te beginnen, verliezen ze volgens de langstudeermaatregel een jaar. De nieuwe bsa-regel is voor hen daardoor gunstig. Als een eerstejaars wil switchen, moet de opleiding die de student op het oog heeft, wel de mogelijkheid bieden om halverwege het jaar in te stromen.

Slim advies
Waar komt die verhoging ineens vandaan, vroeg een studentlid van de faculteitsraad van Rebo zich af. “Mogen wij daar niets over zeggen? Is het misschien niet slimmer om ons daarover advies te vragen?” Decaan Henk Kummeling moest bekennen dat hij de gang van zaken ook niet helemaal begreep.
“Tijdens het overleg met de decanen vroeg de rector wat we ervan zouden vinden als het bsa verhoogd zou worden naar 45 ECTS. Dat leek voor alle opleidingen een goede gedachte te zijn. De verhoging zou, zoals ik het heb begrepen, worden opgenomen in de model-OER. Daarom ging ik er vanuit dat het onderwerp in de universiteitsraad zou worden besproken. Een behandeling in de faculteitsraad was daardoor niet meer nodig. De huidige routing lijkt niet de juiste. Ik zal er de rector over aanspreken.”
Consequenties
Ook bij de Bètaraad, waar het onderwerp was geagendeerd naar aanleiding van een brief van het college van bestuur aan de decanen, was er verbazing. De raad is nog in afwachting van een evaluatie van het effect van de invoering van het bsa in de Bètafaculteit. De raadsleden vinden het daarom vreemd dat het college van bestuur een advies geeft zonder precieze consequenties te weten. Daarnaast vragen de raadsleden zich af hoe dwingend het voorstel van het college is.

Decaan Van Meer erkende dat hij dat laatste niet kon inschatten. Hij kondigde aan dat hij een eventuele verhoging nog wil bespreken met de onderwijsadviescommissies (OAC’s) van de verschillende opleidingen en hun advies wil inwinnen.

Geen inspraakrecht
Tijdens de commissie Onderwijs & Onderzoek van de Universiteitsraad vroeg studentraadslid Maud Verlinde zich maandagochtend af of de decanen het bsa nu móeten verhogen. Rector Van der Zwaan: "Het onderwerp is met alle decanen besproken en iedereen vindt het wenselijk. Voor onze landelijke geloofwaardigheid moet het bsa ook omhoog."

En over de inspraak is de rector heel duidelijk: "Over het instellen van een bsa is er recht op inspraak, over de hoogte van een bsa niet." Mocht een decaan de verhoging naast zich neer willen leggen, dan is hij daar juridisch toe bevoegd, verduidelijkt de rector na de vergadering. "Maar ik neem aan dat dat niet gebeurt, omdat alle decanen het eens zijn over de verhoging."
Tijdens de commissievergadering vroeg U-raadslid Sprik zich nog af in hoeverre opleidingen het bsa mogen dichttimmeren met vakken waarvan de opleiding vindt dat die gehaald moeten worden - 'kwalitatief dichttimmeren' noemt hij dat. "In het kader van bama 3.0 is het toch de bedoeling dat allerlei vakken meetellen voor het bsa. Maar als ik kijk naar de bsa-bepalingen van verschillende opleidingen, zie ik dat het bsa kwalitatief wordt dichtgetimmerd." De rector: "We willen het bsa inderdaad niet clausuleren, zodat studenten die 45 ECTS hebben gehaald, zonder probleem tijdens het eerste jaar kunnen overstappen naar een andere opleiding. Dat voorkomt studievertraging."

Artikel
on 30/01/2012

Het bindend studieadvies (bsa) gaat volgend collegejaar voor alle opleidingen omhoog naar 45 studiepunten. De faculteitsraden van Rebo en Bèta en de Universiteitsraad zijn verbaasd dat zij niet mogen meepraten over de verhoging van het bsa.

Vorige week werd de Onderwijs en Examenregeling (OER) voor het nieuwe academische jaar besproken in de faculteitsraad van Rebo. In de OER staat hoeveel studiepunten een eerstejaars minimaal moet halen om door te mogen naar het tweede jaar. Dit heet het bindend studieadvies en is vanaf het komende collegejaar gesteld op 45 studiepunten. De meeste opleidingen hanteren nu een bsa-norm van 37,5 punt; in één studiejaar kunnen 60 ECTS worden behaald.

BSA NAAR 45 ECTS

Er zijn drie redenen om het bsa te verhogen, schrijft het college van bestuur in zijn notitie over het bevorderen van het studiesucces.

Ten eerste is de bsa-norm van de Universiteit Utrecht landelijk gezien aan de lage kant.
Ten tweede neemt met de verhoging de kans af om langstudeerder te worden.
Ten derde gaan ook de punten voor het bsa meetellen van vakken die de student heeft gevolgd in de profileringsruimte, de ruimte waar vakken van een andere opleiding gevolgd kunnen worden.

Door deze verandering hebben studenten de mogelijkheid om tijdens hun eerste jaar nog te switchen naar een andere opleiding zonder veel tijd te verliezen. Zouden ze hun studie voor 1 februari staken – in januari horen de studenten het voorlopige advies – om het jaar daarop aan een andere studie te beginnen, verliezen ze volgens de langstudeermaatregel een jaar. De nieuwe bsa-regel is voor hen daardoor gunstig. Als een eerstejaars wil switchen, moet de opleiding die de student op het oog heeft, wel de mogelijkheid bieden om halverwege het jaar in te stromen.

Slim advies
Waar komt die verhoging ineens vandaan, vroeg een studentlid van de faculteitsraad van Rebo zich af. “Mogen wij daar niets over zeggen? Is het misschien niet slimmer om ons daarover advies te vragen?” Decaan Henk Kummeling moest bekennen dat hij de gang van zaken ook niet helemaal begreep.

“Tijdens het overleg met de decanen vroeg de rector wat we ervan zouden vinden als het bsa verhoogd zou worden naar 45 ECTS. Dat leek voor alle opleidingen een goede gedachte te zijn. De verhoging zou, zoals ik het heb begrepen, worden opgenomen in de model-OER. Daarom ging ik er vanuit dat het onderwerp in de universiteitsraad zou worden besproken. Een behandeling in de faculteitsraad was daardoor niet meer nodig. De huidige routing lijkt niet de juiste. Ik zal er de rector over aanspreken.”

Consequenties
Ook bij de Bètaraad, waar het onderwerp was geagendeerd naar aanleiding van een brief van het college van bestuur aan de decanen, was er verbazing. De raad is nog in afwachting van een evaluatie van het effect van de invoering van het bsa in de Bètafaculteit. De raadsleden vinden het daarom vreemd dat het college van bestuur een advies geeft zonder precieze consequenties te weten. Daarnaast vragen de raadsleden zich af hoe dwingend het voorstel van het college is.

Decaan Van Meer erkende dat hij dat laatste niet kon inschatten. Hij kondigde aan dat hij een eventuele verhoging nog wil bespreken met de onderwijsadviescommissies (OAC’s) van de verschillende opleidingen en hun advies wil inwinnen.

Geen inspraakrecht
Tijdens de commissie Onderwijs & Onderzoek van de Universiteitsraad vroeg studentraadslid Maud Verlinde zich maandagochtend af of de decanen het bsa nu móeten verhogen. Rector Van der Zwaan: "Het onderwerp is met alle decanen besproken en iedereen vindt het wenselijk. Voor onze landelijke geloofwaardigheid moet het bsa ook omhoog."

En over de inspraak is de rector heel duidelijk: "Over het instellen van een bsa is er recht op inspraak, over de hoogte van een bsa niet." Mocht een decaan de verhoging naast zich neer willen leggen, dan is hij daar juridisch toe bevoegd, verduidelijkt de rector na de vergadering. "Maar ik neem aan dat dat niet gebeurt, omdat alle decanen het eens zijn over de verhoging."

Tijdens de commissievergadering vroeg U-raadslid Sprik zich nog af in hoeverre opleidingen het bsa mogen dichttimmeren met vakken waarvan de opleiding vindt dat die gehaald moeten worden - 'kwalitatief dichttimmeren' noemt hij dat. "In het kader van bama 3.0 is het toch de bedoeling dat allerlei vakken meetellen voor het bsa. Maar als ik kijk naar de bsa-bepalingen van verschillende opleidingen, zie ik dat het bsa kwalitatief wordt dichtgetimmerd." De rector: "We willen het bsa inderdaad niet clausuleren, zodat studenten die 45 ECTS hebben gehaald, zonder probleem tijdens het eerste jaar kunnen overstappen naar een andere opleiding. Dat voorkomt studievertraging."

Tags: bachelor-masterstelsel | bsa

Advertentie