De ambassade: Het land van olie, corruptie en lachende mensen

De grandeur en hoffelijkheden van de diplomatie maar ook een harde confrontatie met een heel andere werkelijkheid van alledag. En af en toe een erg leuk feestje. In een nieuwe DUB-serie beschrijven Utrechtse studenten hun ervaringen als stagiair op een Nederlandse ambassade ergens ver weg. Student Internationale Betrekkingen Victor de Boer bij het spits af vanuit Nigeria.

"Terwijl ik dit schrijf hoor ik het eindeloze gezoem van airconditioning. Ik zit in een tweekamerappartementje op de compound van het Nederlands Consulaat in Abuja, Nigeria. In het gebouw naast mij worden dagelijks de dromen van vele Nigerianen met één penkrabbel uitgewist. De droom om een visum te krijgen en naar Nederland, Europa, het paradijs te komen. Dit is overigens lichtelijk overdreven, want de meesten weten hun weg naar het noorden -met een beetje wilskracht en een hoop geld- wel te vinden. Achter mijn appartement staat, ter grote van een container, de generator van de compound. Het stroom is een kwartier geleden opnieuw uitgevallen en mijn laptop, koelkast en airco worden gevoed met liters diesel.

"Welkom in Nigeria. Het land waar de overheid het niet voor elkaar krijgt om haar volk van fatsoenlijk stroom te voorzien. Laat staan van een sociaal vangnet. Het land waar, ondanks alle oliedollars, het merendeel van de bevolking moet rondkomen van minder dan 2 dollar per dag. Op een diplomatieke borrel sprak ik laatst iemand die mij een uiterst flauwe mop vertelde: wat is het verschil tussen een toerist en een racist in Nigeria? Antwoord: twee weken. Toch moet ook ik bekennen dat het af en toe moeilijk is om niet cynisch te worden en niet mee te gaan met het beeld van Afrikanen als lege magen die enkel van buitenaf gevuld kunnen worden.

"Waar komt dit vooroordeel vandaan? Eén antwoord op deze vraag is het feit dat de meeste westerlingen zich in een afgesloten bubble begeven. Het is moeilijk om je westerse bril af te zetten als je dagelijks door een chauffeur van en naar werk wordt  gebracht en bij conferenties en vergaderingen altijd op de vip-behandeling kunt rekenen. En als je dan toch heel voorzichtig een blik uit de ivoren toren over de met prikkeldraad behangen muur werpt, ja, dan zie je inderdaad niets anders dan inferieure rotzooi.

"Die fascinerende mate van armoede en corruptie is grotendeels de erfenis van decennia aan slecht bestuur. Hoewel het land officieel te rijk is om de titel ontwikkelingsland te dragen, sterven jaarlijks 900.000 kinderen van vijf jaar of jonger als gevolg van ziektes die voorkomen hadden kunnen worden. Gouverneurs in de olierijke Nigerdelta hebben jaarlijkse begrotingen waar menig West-Afrikaans land enkel van zou kunnen dromen. Toch komt een groot gedeelte van het geld op Zwitserse bankrekeningen terecht (400 miljard dollar tussen 1960 en 1999) en woont het grootste gedeelte van de bevolking onder de eindeloze zee van golfplaten die bijna elke Nigeriaanse stad kenmerkt.

Toch wordt er, ondanks het juk van corruptie en armoede, nog steeds een hoop gelachen in Nigeria.Er gaat zoveel energie en enthousiasme uit van de 'gewone' Nigeriaan, dat het onmogelijk is om totaal cynisch te worden. Ik sprak laatst met iemand die een gesprek over corruptie had gehad met zijn schoonmaker. De schoonmaker kon niet lezen of schrijven, maar gaf aan corruptie niet te begrijpen en sprak: “why would they steal waves from the sea?”  Als deze ongeschoolde man het inzicht heeft om het belangrijkste mankement van zijn land zo poëtisch neer te zetten, ben ik overtuigd dat het huidige systeem een houdbaarheidsdatum heeft. Corrupte leiders, of 'big men' in de volksmond, zullen echter alles doen om aan conserveringsmiddelen te komen."

 

Victor de BoerVictor de Boer (25) is masterstudent Internationale Betrekkingen. Hij loopt vijf maanden stage als project officer op de Nederlandse ambassade in Abuja, Nigeria. Hij is verantwoordelijk voor het beheer en de uitvoering van de Nederlandse Programma Kleine (ontwikkelings) Projecten. Daarnaast beantwoordt hij vragen over Nigeria vanuit het Nederlandse bedrijfsleven.

Advertentie