De rafelige randjes van een universiteit

In Promo Sapiens schrijft gedragsbioloog Ruud van den Bos over divagedrag en de botsing tussen idealen en de wrange werkelijkheid. De universitaire wereld leent zich prima voor een satire over deze thema’s. (foto: ©Louis van Oort, Geldermalsens Nieuwsblad)

Een universiteit die leerstoelen in de uitverkoop gooit, onderzoekers die zichzelf in lingerie van Marlies Dekkers letterlijk verkopen en een collegevoorzitter met divaneigingen. Het is een absurd beeld dat Ruud van den Bos, universiteitsraadslid en universitair docent gedragsbiologie bij de faculteit Diergeneeskunde, oproept in Promo Sapiens. De titel van het nieuwe boek dat hij onder het pseudoniem R. DuBois uitbrengt, verwijst naar een academische wereld die er alles aan doet om zichzelf in de etalage te zetten.

Zelf spreekt Van den Bos liever niet over een “zwart” boek. “Niet in de zin van cynisch. Het is een satire en daarmee vergroot je dilemma´s uit zodat iedereen voor zichzelf kan overdenken wat hij daarvan vindt. Natuurlijk, ik zet vraagtekens bij de steeds nauwere banden tussen industrie en de universiteit of bij leerstoelen met onbegrijpelijke opdrachten voor bekende oud-politici. Maar tegelijkertijd is dat misschien de realiteit waar we mee moeten leven en weten we over twintig jaar echt niet beter.”

Zonder franje
Schrijven doet Ruud van den Bos (1960) al van jongs af aan: gedichten en verhalen vanaf zijn tienerjaren, later als dertiger ook uitgebreide briefwisselingen met vrienden. “Maar dat zat allemaal te dicht op mezelf en was daarom niet interessant voor een groter publiek. Om mijn verhalen echt zeggenschap te geven moest ik mijn fantasie gebruiken om relaties en processen te beschrijven in plaats van mijn eigen besognes.”

Sinds een jaar of zes heeft Van den Bos naar zijn idee een ideale vorm gevonden: sober proza, zonder franje. “Ik probeer zoveel mogelijk lijntjes van de tekening uit te vegen zonder daarmee de kern geweld aan te doen.”

Van den Bos publiceerde inmiddels drie verhalenbundels: Sardijnse Nachten (2006), Verhaalfietsen (2008) en Een scheef mens (2010). Ook bracht hij de novelle Negenenveertig-elf (2007) uit. Verhalen van de universitair medewerker werden genomineerd voor schrijfwedstrijden in Rotterdam en in zijn thuisregio, het rivierenland rondom Geldermalsen, of zijn gepubliceerd op internet.  Hij zat vorig jaar zelf in de jury van een van de wedstrijden.

De toren van Pisa
Het schrijven is voor Van de Bos vooral een manier om achter de droge, feitelijke wetenschappelijke waarheid te kijken. “Als wetenschapper onderzoek ik op een technische manier hoe hersenen werken, maar er is natuurlijk nog veel meer. Verliefdheid kun je terugvinden in de hersenen, maar verliefdheid is natuurlijk niet alleen het aanmaken van chemische stofjes. Als schrijver ben ik nieuwsgierig naar het menselijk gedrag dat voortvloeit uit die biologische processen.”

Van den Bos heeft daarbij een specifieke voorkeur voor het onvoorspelbare en het irrationele in de menselijke aard. “Waarom komen mensen naar de toren van Pisa kijken? Niet omdat het een klokkentoren is, maar omdat die scheef staat. Ook mensen worden spannender als ze uit het lood staan en de logica loslaten. Het is leuk om aan het touwtje te trekken en dan te kijken wat er van de trui overblijft. Die rafelige randjes vind ik interessant.”

Matthijs van Nieuwkerk
In Promo Sapiens laat Van den Bos zien hoe leidersfiguren in de waan worden gelaten almachtig en onfeilbaar te zijn en zo zelf in die mythe gaan geloven.

Geanimeerd vertelt de auteur over een ontmoeting met een voormalig staatssecretaris van landbouw. “Zij kwam binnen als een koningin en zo gedroeg ze zich ook. Tegelijkertijd was ze inhoudelijk niet op de hoogte. Ze had twee ambtenaren meegenomen als ´boekensteunen’. Die hielden haar rechtop. Nooit veel meer van gehoord van die mevrouw.”

Mensen die blind worden voor de werkelijkheid nadat ze op het schild zijn geheven: volgens Van den Bos is het een universeel thema van alle tijden. “Of het nu om Johan Cruyff, Matthijs van Nieuwkerk of een bankdirecteur gaat, dat wonderlijke mechanisme zie je overal. Mensen hebben hun eigen wereld gecreëerd en zien ook niet meer dat ze gedoogd worden in die bevoorrechte positie zolang anderen van hen kunnen profiteren. Ze gaan zich gedragen als alleenheersers en denken alles te kunnen maken.”

Collegevoorzitter
Opmerkelijk is dat Van den Bos in Promo Sapiens een ambitieuze vrouwelijke collegevoorzitter op pijnlijke wijze kennis laat maken met de realiteit. Sommige lezers zouden kunnen vermoeden dat de auteur hier de Utrechtse collegevoorzitter Yvonne van Rooy opvoert. Maar hier is volgens Van den Bos geen sprake van.

“De universiteitswereld is een wereld die ik van binnenuit goed ken. Bovendien wilde ik per se een vrouw. Bij mannelijke leidersfiguren –neem een bestuursvoorzitter van een groot bedrijf- komen al snel voor de hand liggende maffia-achtige cliche´s om de hoek kijken. Het moest dus een vrouw worden. Divagedrag of ‘wanna-be-koninginnegedrag’, dat is een interessant gegeven om te gebruiken. Dat is de enige reden.”

Inmiddels heeft Van den Bos een start gemaakt met een volgend fictiewerk dat een grotere omvang zal hebben dan het 90 pagina´s tellende Promo Sapiens. “Uitgangspunt is een citaat uit de Naam van Roos van Umberto Eco waarin gesteld wordt dat mensen datgene kunnen begrijpen dat door mensen is bedacht en gemaakt, maar niet wat de natuur heeft voortgebracht.”

Of er een overeenkomst is met Promo Sapiens? “Misschien dat het opnieuw over menselijke onmacht gaat?”

XB

Promo Sapiens, een satire/R.DuBois –www.gigaboek. nl 2011 – 97 p: 9.95 euro. (zie ook bol.com, Bruna, watleesjij)

DUB mag drie exemplaren van het boek weggeven. Stuur voor 18 mei een mailtje met subject ‘Promo Sapiens’ naar prijsvraag@dub.uu.nl. En beantwoordt de volgende vraag: De hoofdrolspeler in Promo Sapiens luistert naar Flamenco Sketches van Miles Davis. Van welke album komt dit nummer?

Tags: literatuur

Advertentie