Decaan Bliek: ‘Er is geen contract met Rotterdamse groep’

Er heerst grote onduidelijkheid over de omstreden transfer van een Rotterdamse onderzoeksgroep op het gebied van de cellulaire dynamica. De Rotterdammers rekenen op hun komst naar Utrecht, maar decaan Bliek van Bètawetenschappen zei maandag in de faculteitsraad van Bètawetenschappen dat er nog geen besluit is genomen. De voorgenomen ‘transfer’ was in april voor de gezamenlijke Utrechtse biologiehoogleraren aanleiding om een protestbrief aan Bliek te sturen. Gezien de problematische financiële situatie van Biologie noemden zij het besluit om in één klap vijf nieuwe onderzoekers in Utrecht aan te stellen ‘een exorbitante investering met ernstige financiële consequenties, die Biologie wel eens diep in de rode cijfers kan doen belanden’. Tijdens de eerste maal dat de kwestie in het openbaar werd besproken, erkende Bliek maandag dat de groep groter was dan in het reorganisatieplan van Biologie was afgesproken. Hij ontkende echter dat er sprake was van een contract. “Wij zijn in gesprek met de betreffende groep, maar als zou blijken dat hun komst de financiële kaders van Biologie te buiten gaat, dan gaat de zaak niet door.” In de raad werd verbaasd op deze mededeling gereageerd, omdat in de faculteit een zowel door de Rotterdammers als door Bliek getekende overeenkomst circuleert. Raadslid Renée Hoekzema: “De kandidaten menen zelf dat er al een besluit is genomen.” Bliek bleef echter bij zijn uitspraak dat er van een contract geen sprake is. Hij noemde de affaire “een storm in een glas water”. In een toelichting aan DUB stelt de bètadecaan dat het bij het door de Rotterdamse onderzoekers en hem ondertekende document gaat over een transferovereenkomst. Het stuk bevat afspraken te aanzien van de overgang van de Rotterdamse groep, uiterlijk per 1 januari 2011. “Wat ik in de raad bedoeld heb, is dat er nog geen sprake is van een getekend arbeidscontract. Dat is trouwens geen zaak voor ons maar voor het college van bestuur.” In Rotterdam wordt met verbazing naar de ontwikkelingen in Utrecht gekeken. Een woordvoerder van de groep wil geen commentaar op de gang van zaken geven. Wel zegt hij desgevraagd er nog steeds vanuit te gaan dat hij en zijn collega’s op 1 januari 2011 in Utrecht aan de slag zullen gaan. EH