Groepje Speculoos trots op de UIT-tas
Je struikelt deze week over de blauwe polsbandjes en rode T-shirts. Van de eerste lege koelkast ervaring tot de eerste verenigingsborrel, het UIT-groepje Speculoos maakt het allemaal mee. DUB volgt deze groep. ‘Heb nu al zin in de ontgroening!’
Haren netjes? Check. Lippen tandpastavrij? Check. Tas gepakt voor een week in Utrecht bivakkeren? Check. Mirjam (18) is er klaar voor. Ze reist naar de roze tent waar de opening plaatsvindt. Mirjam is niet de enige, 3.500 eerstejaars staan al te dringen. Overal ziet ze gespannen gezichten, sommige nog bruin van de vakantie en andere wit van de zenuwen. De burgemeester staat de groep te woord. ‘Welkom bij de UIT. Dit wordt een nieuwe fase in je leven!’
De ontmoeting
Na het welkomstwoord fietst Marit naar het Wilhelminapark. Ze krijgt er het nummer 114 in haar hand gedrukt. ‘Zoek de mentor die jouw nummer omhoog houdt!’ Het duurt niet lang voor ze de springende Lotje (20) en Ilse (20) ontdekt tussen de rode T-shirts. "Wij zijn je nieuwe mentoren, we hebben elkaar gevonden", grapt Ilse, roeister bij Orca. Al gauw sluiten Robin (18) en Judith (18) aan, even later is groepje 114 met veertien man compleet. Gewapend met een doos boodschappen zakken de eerstejaars neer in het gras. Een pot Speculoos wordt opengetrokken en de eerste frisdrank vloeit. Een namenspel en wat drankjes later is het tijd voor een speurtocht op het Ledig Erf. Groep Speculoos is een feit.
‘Waar let je op bij hospiteren?’
‘Tijdens een speurtocht moet je toch stoepkrijten pijlen volgen en vlaggen van crêpepapier ontdekken?’ dachten de eerstejaars van te voren. Maar nee, de UIT-speurtocht is veel moderner. Je kunt daar de volgcodes namelijk opsporen via je smartphone. De vragen zijn te vinden op de locaties. ‘Wat is het belangrijkste bij hospiteren?’, luidt er eentje. Het antwoord weet de derdejaars mentor zelf niet eens. Het antwoord: ‘Vragen hoeveel de kamer kost.’ Groep Speculoos tilt even later de voetjes van de grond tijdens een spelletje onderweg. Robin en José wagen zich namelijk op een dubbele fiets. De fietsen worden verbonden door één groot stuur en dus ben je afhankelijk van de ander. ‘Houd dat ding recht!’ schalt er geregeld over het parcours. Dankzij het alcoholbeleid zijn de jongens nog nuchter, dus komen ze ongeschonden van de fiets.
Het nachtleven
Waar berg je 3500 studenten ’s nachts? Je propt ze gewoon op elkaar, ervaren de feestbeesten van Speculoos. Elleboogstoten, dringen, zweten en puffen is het ’s nachts in de cafés. Al de eerste nacht staan de die hards tot laat in de nacht te springen bij Hofman. ‘Meer bier!’ roepen de mannen alsof ze nooit anders gedaan hebben. De volgende ochtend hakt er dus flink in. "Ik word wakker op mijn logeeradres, dan blijkt de koelkast leeg", pruilt Robin. Lang leve de Albert Heijn. En lang leve zijn mentor, want Lotje smeert ’s middags boterhammetjes voor de hele groep.
Eer aan dode buurman
Hij is overdag chronisch moe, springt op bij het woord ‘bier’ en komt op zondag alleen naar buiten om bij de Albert Heijn pizza te halen. Ra, ra wat is het? Een lid van een studentenvereniging. De nieuwe studenten merken al snel dat Utrecht een rijke mix aan verenigingen kent. De UIT is voor hun de ultieme manier voor eerstejaars om kennis te maken met verenigingen. “Ik zie wel wat in Unitas”, vertelt Mirjam. “Ze zien er tijdens de verenigingsparade gezellig uit. Via een jaarclub leer je snel mensen kennen. Veritas spreekt me minder aan, dat is iets te corporaal.” De anderen voegen eraan toe: “Tijdens de rondleiding op dinsdag vertelde Veritas bijna niets. Het stonk, er was geen muziek en ze vertelden niets. Terwijl ze bij Unitas ook over tradities uitweidden. Eén van de tradities is bijvoorbeeld over de buurman die klaagde over geluidsoverlast vanaf de sociëteit. Hij moest leren leven met het lawaai. Later ging de man dood. Uit respect bonken ze nu om 12.00 ’s nachts met alle stoelen die ze hebben tegen de muur.”
Lid of geen lid?
Lid worden of niet, dat is een belangrijk onderwerp bij de groepsleden. Robin wil vanaf dag één wil ik al bij SPIN, de boardsportvereniging. “Ik kan wakeboarden en heb al eens gesurfd. Het idee dat je mensen leert kennen door een sport die je bindt vind ik tof.” Elke nacht staat hij te hossen in de Flater. Geheel in stijl volgens het thema. Wat zou dat nou zijn? “Een muts, natuurlijk!”
Ruben (18) doet het rustiger aan. “Joh, ik heb het al druk genoeg met mijn studiegenoten tot nu toe. Ik ga wiskunde studeren in een klein klasje. Ik heb daar al drie blonde meiden gezien die ik wel zie zitten. En gelukkig is de ratio vier jongens op tien meiden, dus ik denk dat ik met mijn neus in de boter val”, lacht de lange jongen met een strak bloesje op de eerste dag. Op woensdag is hij, net als de meeste andere twijfelaars, bijgetrokken. “Jongens, ik ben dit weekend onbereikbaar. Vanaf zaterdag word ik lekker keihard ontgroend bij Unitas.”
Trots op de tas
Woensdagavond. De stemmen klinken schor en de wallen kleuren blauw. Het is duidelijk dat de groep op woensdagavond al studentervaring voor een heel jaar heeft opgedaan. “Maandag voelde ik me nog echt een brugpieper, alle studenten staarden naar die UIT-tas”, zegt Mirjam. Na drie dagen is dat wel anders. Het gevoel over de UIT-tas? Allemaal: “We dragen hem met trots!”
De statistieken
Aantal uur slaap per nacht: 5 (en één doorhaler) Aantal groepsleden dat bij een vereniging wil (van de 14): Aantal terrasjes bezocht: 16 | |
Lees volgende week op DUB hoe het verder gaat met het groepje Speculoos