HBO-onderzoek spectaculair verbeterd

Hogescholen doen steeds beter onderzoek. De invloed van hun wetenschappelijke artikelen steekt intussen boven het wereldgemiddelde uit. Nog maar een paar jaar geleden was dat heel anders.

Wetenschappelijke publicaties van hbo-onderzoekers werden in de jaren 2002-2005 niet bijzonder vaak geciteerd. Maar inmiddels hebben ze hun invloed met meer dan vijftig procent vergroot. Op hun eigen vakgebieden scoren de hbo-onderzoekers nu bovengemiddeld.

Wie de kracht van onderzoek in kaart wil brengen, kijkt meestal naar de citatie-impact ervan: hoe vaak verwijzen andere wetenschappers ernaar? Al zitten er haken en ogen aan deze methode, de ‘citatie-impactscore’ geeft wel een indruk van wetenschappelijke invloed. De score bepaalt zogezegd de pikorde in de wetenschap.

Ze zitten nog lang niet op hetzelfde niveau als het universitaire wetenschappers, maar hbo-onderzoekers zijn wel aan een inhaalslag bezig. In de jaren 2002-2005 verwierven ze per publicatie een kwart minder citaten dan hun collega’s van over de hele wereld, maar in 2006-2009 staken ze juist dertien procent boven het wereldgemiddelde uit.

Alleen schrijven de onderzoekers aan hogescholen nog niet bijzonder veel artikelen. Ze namen vorig jaar slechts 0,6 procent van de hele wetenschappelijke productie in Nederland voor hun rekening. 

Dit alles staat in een nieuw rapport over de indicatoren voor wetenschap, technologie en innovatie dat staatssecretaris Zijlstra naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Daarin geven de rapporteurs ook een verklaring voor de spectaculaire verbetering van het wetenschappelijk onderzoek aan hogescholen.

De bloei komt deels doordat de publicaties “op een kleiner aantal onderwerpen geconcentreerd zijn” en doordat het aantal publicaties op die terreinen “vaak nog zeer bescheiden is”. De rapporteurs noemen milieuwetenschappen, fundamentele levenswetenschappen en kunst, cultuur & muziek als voorbeeld. “Het is dan relatief makkelijk om een hoge citatie-impactscore te behalen.”

Maar in biomedische wetenschappen en gezondheidswetenschappen is de positie van hogescholen ten opzichte van universiteiten “wel vrij sterk”. Op die vakgebieden hebben ze zelfs een hogere citatie-impactscore dan de universiteiten, “bij redelijk grote aantallen publicaties”.

Daar hoort wel de kanttekening bij dat de universiteiten in de biomedische wetenschappen 13.376 artikelen schreven en de hogescholen slechts 57. In de gezondheidswetenschappen gaat het om 3.525 academische publicaties tegenover 124 hbo-publicaties.

Advertentie