'Het voelt niet eerlijk'

Het voelt niet eerlijk. Dat is de gemeenschappelijke emotie van het cateringpersoneel van de Universiteit Utrecht. “Ik snap ook wel dat wanneer een kopje koffie te laat komt, het werk gewoon doorgaat. Maar we werken hard en doen ons werk goed.”

Afgelopen maandag kregen alle cateringmedewerkers het visiedocument waarin onder meer staat dat de universiteit de catering gaat uitbesteden. Een document met voor de 28 medewerkers die een arbeidsovereenkomst hebben met de Universiteit Utrecht, verstrekkende gevolgen. De medewerkers moeten worden overgenomen door de nieuwe cateraar waarnaar begin volgend jaar gezocht gaat worden.

Waarom wij?
Waarom moet de catering worden uitbesteed, vragen de medewerkers zich af op de eerste informatiebijeenkomst dinsdagmiddag. “Wij kunnen er toch ook niets aan doen dat de universiteit geld moet toeleggen op de catering? Wij doen ons werk toch goed?” Het ligt ook niet aan jullie inzet of kwaliteit, legt directeur van het Facilitair Service Centrum Ineke van Oosten uit. “Maar als de universiteit de catering uitbesteedt, is er ook geen behoefte meer aan cateringmedewerkers. De catering is geen kritische factor voor onderwijs of onderzoek. Als er een keer geen broodjes zijn, gaat het onderwijs en onderzoek gewoon door.”

De medewerkers van wie een aantal al twintig tot dertig jaar zijn verbonden aan de universiteit, maken zich zorgen over hun toekomst bij de externe cateraar. Moeten ze nu op zaterdag gaan werken? Kunnen ze wel fulltime blijven werken? Mogen ze hun vaste dagen houden? Willen ze de oudere medewerkers die tegen hun pensioen lopen of half zijn afgekeurd wel overnemen? Hoe zit het met hun functie? Maar vooral: wie garandeert hen dat ze tot hun pensioen op een universitaire locatie mogen werken? En wat als de cateraar na een jaar failliet gaat?

Het zijn vragen waar Ineke van Oosten het antwoord ook niet op heeft. “Als universiteit kunnen we een aantal voorwaarden stellen. Eén van de voorwaarden wordt dat jullie bij de nieuwe cateraar een contract krijgen. We zouden kunnen vragen of jullie in onze gebouwen kunnen komen werken. Als dat kan, kan dat natuurlijk alleen maar zo lang het contract met deze cateraar loopt.”

Compensatie
De medewerkers worden niet blijer van deze mededeling. Op een enkeling na vrezen zij de toekomst. Zeker omdat de CAO van de catering minder goed is dan de CAO van Nederlandse universiteiten. Wat gaan de medewerkers daar van merken? Ook daar kan Van Oosten nog geen sluitend antwoord op geven. “Er moet een sociaal plan worden gemaakt die voor alle medewerkers gaat gelden. Er komt een pakket van compensatiemaatregelen. Welke dat zijn, weten we nog niet, omdat het sociaal plan nog moet worden gemaakt. Volgens de planning wordt het sociaal plan op 7 december besproken met het Lokaal Overleg. Als het sociaal plan is vastgesteld, volgen de individuele afspraken waar gekeken wordt naar leeftijd, het soort dienstverband, hoe lang je al in dienst bent en de deeltijdfactor. Het duurt dus nog wel even voordat je weet wat er voor ieder persoonlijk verandert.”

En dat even is begin juni als alles volgens plan verloopt. Een lange periode van onzekerheid voor de medewerksters. “Ik werk fulltime”, zegt een medewerkster die dagelijks in de kantine van het Bestuursgebouw werkt. “Dus veertig uur in de week. De meeste cateraars werken met kleinere contracten, maximaal dertig uur. Dat komt natuurlijk omdat kantines meestal niet veertig uur per week open zijn. Hier doe ik ook nog veel administratief werk voor de catering, wat veel mensen natuurlijk niet zien. Ik vraag me dus af of ik wel fulltime kan blijven werken. Maar ik zal nog lang moeten wachten op het antwoord.”

Advertentie