Impuls voor samenwerking UU-TU/e
De Universiteit Utrecht, het UMC Utrecht en de Technische Universiteit Eindhoven trekken 3.25 miljoen euro uit om drie gezamenlijke onderzoeksprojecten op te starten. Hiermee hopen de drie instellingen meer invulling te geven aan hun ‘preferred partnership’.
De miljoenen gaan naar onderzoek op het gebied van duurzame energie en meer specifiek het onderzoek naar zonnebrandstof. Samen met zijn Eindhovense collega Emiel Hensen gaat hoogleraar Bert Weckhuysen proberen voor het eind van dit decennium deze solar fuels te realiseren.
Verder is er geld voor de medische beeldverwerking waarbij vooral het onderzoek naar het gebruik MRI-technieken in de klinische diagnostiek en het biomedisch onderzoek centraal staat. Dit imaging-onderzoek staat onder leiding van Klaas Nicolay en Peter Luijten.
Tenslotte komt er een financiële prikkel voor de regeneratieve geneeskunde die zich richt op de mogelijkheden van het lichaam zelf om beschadigde organen en weefsels te herstellen. Frank Baaijens en vanuit Utrecht Wouter Dhert zijn hier de trekkers.
De Utrechtse collegevoorzitter Yvonne van Rooy kondigde begin dit jaar een strategische alliantie van UU en UMC Utrecht met de Eindhovense universiteit aan. De Utrechtse partners zouden kunnen profiteren van de Eindhovense kennis van technologie en toepassing van wetenschappelijke concepten, terwijl de TU/e toegang kreeg tot het fundamentele en klinische onderzoek in Utrecht, alsmede de patiëntenzorg hier.
Tegelijkertijd hoopten de drie partners te voldoen aan de vraag van de commissie Veerman –later door de staatssecretaris overgenomen- naar meer profilering en meer samenhang tussen onderwijs, onderzoek en bedrijfsleven. “Wij zijn complementair en kunnen tot synergieën komen”, zei de Utrechtse collegevoorzitter Yvonne van Rooy in het voorjaar in het Eindhovense blad Cursor.
Temidden van alle publiciteit rondom fusiebesprekingen tussen de twee Amsterdamse universiteiten en tussen de drie Zuid-Hollandse universiteiten, moest Van Rooy tijdens de Utrechtse opening van het jaar benadrukken dat er van een Utrechts-Eindhovense fusie geen sprake was. Een fusie werkt volgens haar bureaucratie in de hand.
Dat is een visie die werd onderstreept door haar Eindhovense collega Arno Peels op DUB. Ook zonder fusie kun je gezamenlijk je internationale reputatie versterken, zei Peels. Beide instellingen kiezen ervoor te spreken over een preferred partnership.
Overigens organiseerde Studium Generale dit najaar samen met de Eindhovense tegenhanger een programma waarin wetenschappers van beide instellingen in gesprek gingen. Op dit moment loopt dezelfse cyclus ontmoetingen in Eindhoven.