Nog geen uitsluitsel over toekomst Bètawetenschappen
Medewerkers van de faculteit Bètawetenschappen blijven voorlopig in onzekerheid over de keuze die het faculteitsbestuur maakt voor hun onderdeel. De drie informatiebijeenkomsten die voor aanstaande dinsdag waren belegd zijn door decaan Van Meer afgezegd. De komende jaren moet de faculteit minstens 15 procent krimpen.
In een mail (pdf) aan alle bètamedewerkers laat decaan Gerrit van Meer weten de bijeenkomsten waarin hij zijn toekomstvisie voor de faculteit zou schetsen “tot zijn spijt te moeten uitstellen”. Van Meer stelt na overleg met het college van bestuur geen overhaaste beslissingen te willen nemen. Dat overleg heeft volgens hem geleid tot “nieuwe gezichtspunten die maken dat ik een aantal zaken zal heroverwegen”.
Binnen de faculteit wordt met smacht gewacht op de keuzes die Van Meer gaat maken voor de toekomst van de Bètawetenschappen in Utrecht. Een visie-document van zijn interim-voorganger Jan van Ree leidde eind vorig jaar tot grote onrust, ondermeer bij de medewerkers van Natuur- en Sterrenkunde. Maar ook bij die van het Freudenthal Instituut en Informatiekunde. Voor die laatsten wordt inmiddels onderzocht of een toekomst binnen de REBO-faculteit mogelijk is.
Volgens een convenant met het college van bestuur moet de faculteit Bètawetenschappen tot 2015 rond de 18 miljoen bezuinigen. Van Ree dacht langs de weg van een vrijwillige vertrekregeling een krimp van 15 procent te kunnen bewerkstelligen. Dat zou gaan om ongeveer 100 fte.
In een interview met DUB stelde zijn opvolger Van Meer ervoor te kiezen eerst een duidelijk profiel voor de faculteit op te stellen. Daarvoor startte hij het project Profiel Bèta 2015. In het gesprek met DUB waarschuwde Van Meer dat er groepen zullen worden opgeheven. “Daar valt niet aan te ontkomen.”
De faculteit kan nog niet aangeven wanneer de medewerkers nu door Van Meer kunnen worden ingelicht. In zijn mail spreekt Van Meer de verwachting uit binnen "enkele weken" met de informatie te kunnen komen.