'promovendi vechten tegen windmolens'
Ze schuiven hem verkeerde motieven in de schoenen, zegt Sijbolt Noorda van universiteitenvereniging VSNU over de protesterende promovendi. “Wij willen niet het aio-stelsel aanpassen, wij willen alleen onze buitenlandse bursalen beschermen.”
“Ze gaan maar door”, verzucht Noorda, nu actievoerende promovendi hem van leugens beschuldigen. “Ze vechten tegen windmolens. Ik heb in de Volkskrant slechts de feiten genoemd. Dat men niet van de feiten houdt, kan ik ook niet helpen.”
Afgelopen woensdag kreeg Noorda van boze promovendi de ‘Hosni Mubarak Prijs voor goed bestuur’ uitgereikt. Daarmee protesteerden ze tegen het plan om promovendi voortaan een studiebeurs te geven in plaats van een salaris. Na een jarenlange lobby van de VSNU wil het kabinet dit mogelijk maken.
Noorda nam de prijs niet zelf in ontvangst en stelde in de Volkskrant dat de promovendi hem verkeerd begrepen hadden: “We willen het aio-stelsel, met promovendi als werknemers, niet afschaffen. Het gaat er ons om wettelijke bescherming te bieden aan al die promovendi uit onder meer China die op een buitenlandse beurs hier komen. Zij dreigen van dat bedrag nog belasting te moeten afdragen.”
Dat schoot de promovendi in het verkeerde keelgat. Noorda liegt, concludeerden ze, want buitenlandse promovendi mogen gewoon met een beurs komen promoveren: daar is geen wetswijziging voor nodig. Bovendien proberen enkele universiteiten al jarenlang om promovendi van werknemers in ‘promotiestudenten’ te veranderen. Alleen werden ze tot nu toe door de rechter teruggefloten, zoals onlangs nog in Groningen gebeurde.
“Maar sinds de Groningse uitspraak is de status van buitenlandse promovendi ongewis”, reageert Noorda. “De rechter heeft gezegd dat dit voor alle promovendi geldt, dus ook voor de buitenlandse. Daar komt bij dat die voor allerlei belastingvrijstellingen niet in aanmerking komen, waardoor de belastingdienst hun promotiebeurs als belastbaar inkomen beschouwt. Ik heb hier vaak genoeg met belastinginspecteurs over gesproken.”
“Wij willen zorg dragen voor de buitenlandse bursalen”, vat hij samen. “De discussies over het promotiestelsel voor Nederlandse promovendi zijn helemaal niet aan de orde. Er zijn honderden redenen om heel zuinig te zijn op het aio-stelsel, waarin promovendi werknemers zijn, en we zijn helemaal niet van plan om dat af te schaffen. Maar laat het protest van de Nederlandse promovendi niet ten koste gaan van de duizenden buitenlandse promovendi die hier met een beurs naartoe komen.”
Toch is de universiteitenvereniging niet faliekant tegen het idee van studentpromovendi. In een schriftelijke toelichting op het standpunt over ‘differentiatie’ in het promotiestelsel staat: “Om de uitersten te noemen: soms is een promovendus vooral werkzaam op een extern gefinancierde onderzoeksopdracht en dan is de werknemerpositie geëigend, soms is de promotie meer een opleiding met alle rechten en plichten die deze positie met zich meebrengt.”
Een stelsel met beurspromovendi zou volgens de universiteitenvereniging ook beter aansluiten op de internationale ontwikkelingen: na de bachelor- en masterfase zouden de landen van Europa ook hun ‘derde cyclus’ willen harmoniseren en als een opleiding gaan beschouwen.
Hoger Onderwijs Persbureau