Promovendus met studiebeurs komt eraan

In de toekomst zullen promovendi aan menige universiteit geen salaris meer krijgen, maar een studiebeurs. Dat wil het kabinet mogelijk maken. Het betekent het einde van een lange strijd tussen vakbonden en universiteiten.

Al jaren pleiten universiteiten voor het ‘bursalenstelsel’. Als promovendi in plaats van een salaris een studiebeurs krijgen, hoeft de universiteit geen werkgeversbelasting en pensioenkosten te vergoeden. Dat scheelt ongeveer eenderde in de kosten en betekent het verschil tussen twee of drie promovendi voor hetzelfde geld.

Maar telkens als universiteiten hun promovendi een studiebeurs gaven, liep het op een rechtszaak uit en werden ze door de rechter teruggefloten: promovendi verrichten namelijk arbeid waar de universiteit van profiteert. Het zijn dus werknemers, met recht op een pensioenbijdrage.

SP-motie

Ruim twee jaar geleden kwam er een voorlopig einde aan de discussie. De hele Tweede Kamer, met uitzondering van de PVV, nam een SP-motie aan die de regering opriep “te realiseren dat promovendi door hun werkgever als werknemer worden behandeld”.

“De universiteiten moeten gewoon fatsoenlijk met hun promovendi omgaan”, zei Halbe Zijlstra destijds als kamerlid voor de VVD. “Ze gebruiken de promovendi als goedkope onderzoekers. Ze zijn totaal niet bezig met de vraag: wat gebeurt er na de promotie met de promovendus? Het interesseert hun niet dat de doctorstitel op de arbeidsmarkt geen enkele meerwaarde heeft.”

Hij meende dat de motie nooit zou zijn aangenomen, als de universiteiten hadden laten merken dat de problemen met het doctoraat tot hen doordrongen. “We moesten een signaal afgeven.”

Meerderheid voor

Maar principiële bezwaren had Zijlstra toen al niet. Destijds bleek bij navraag dat het CDA er eigenlijk neutraal tegenover stond. De PVV stond toen aan de kant van de universiteiten. Er is dus een duidelijke meerderheid voor het bursalenstelsel.

De promovendi zagen de bezuiniging aankomen, maar hebben er “geen goed woord voor over”, zegt voorzitter Malou Willemars van het Promovendi Netwerk Nederland (PNN). Het netwerk vecht altijd voor het behoud van de werknemerstatus. Promoveren zou niet aantrekkelijk genoeg zijn als je er alleen maar een studiebeurs voor krijgt. Promovendi lopen dan ook jaren pensioenopbouw mis.

Bovendien stelt het PNN de vraag wat de doctorstitel nu eigenlijk is: een doodgewoon diploma of een eer? Kun je voor de doctorstitel ‘slagen’ of kun je hem alleen ‘verdienen’? Dat is het verschil tussen een student en een volwaardige onderzoeker.

Buitenland

Universiteitenvereniging VSNU wijst er altijd op dat promovendi in het buitenland meestal als PhD-studenten te boek staan. Eigenlijk, redeneren de universiteiten, moet je de promotie zien als een logische stap na de bachelor- en masteropleiding: de derde cyclus. Hoe dan ook zouden universiteiten zelf de vrijheid moeten hebben om hun beleid te bepalen. Dat lijkt nu ook de uitkomst.

Maar onderling zijn universiteiten het niet eens. Onder meer Groningen, Maastricht en de UvA hebben in het verleden wel geprobeerd bursalen aan te stellen, maar de Radboud Universiteit Nijmegen was mordicus tegen.

Ronald Plasterk

Ook Zijlstra’s voorganger op hoger onderwijs, PvdA-minister Ronald Plasterk, zag persoonlijk weinig in het bursalenstelsel. Hij aarzelde even, maar wilde de keuze uiteindelijk niet aan de afzonderlijke universiteiten laten: promovendi moesten niet aan de ene universiteit werknemers zijn en aan de andere universiteit studenten.

In een eerste reactie zei collegevoorzitter Yvonne van Rooy van de UU vandaag het voorstel van Zijlstra vooral te verwelkomen als mogelijkheid om buitenlandse promovendi in de toekomst de status van bursaal te geven. "Bij een aanstelling van buitenlandse promovendi als werknemer betalen wij op dit moment premies voor voorzieningen waarvan zij nooit gebruik zullen maken. Dat lijkt me een niet erg zinnige besteding van overheidsgeld."

Hoger Onderwijs Persbureau / EH

Advertentie