Recruiters over de do's en don'ts op sociale media

Vlak voordat studenten de arbeidsmarkt op gaan, worden de profielen op sociale media vaak opgepoetst. Is dit eigenlijk wel nodig? "Persoonlijk knap ik een beetje af van foto’s van bestuursleden met dat lint om hun nek."

Niet iedere student is zich bewust van de rol die sociale media speelt bij een sollicitatie. Daarnaast is er ook veel onduidelijkheid. Zijn feestfoto’s wel of niet wenselijk? Kun je beter wel of geen open profiel hebben? Recruiters van KLM, het KNMI, Energiebeheerder Liander en de Gemeente Utrecht vertellen hoe zij kijken naar de uitlatingen van hun sollicitanten op internet. Tenslotte weten zij als geen ander welke rol sociale media speelt in het sollicitatieproces

Tip 1: Zichtbaar op het juiste platform

Amber (21) studeert Economie en Bedrijfseconomie en heeft onlangs haar Facebook-pagina verwijderd. Ook op andere netwerksites is zij niet actief. “Ik heb geen Twitter, geen LinkedIn. Ik interesseer me niet meer zo voor social media. Eigenlijk geen idee of dat belangrijk is. Misschien iets om naar te kijken wanneer ik serieus op zoek ga naar een baan,” zegt zij.

Dat is aan te raden. Het blijkt namelijk dat veel bedrijven LinkedIn raadplegen wanneer een sollicitatie binnenkomt. “Het is een belangrijk medium om meer te weten te komen over het professionele leven van iemand. Het is een verlengstuk van het cv,” zegt Raymond Sluiter, van het KNMI.

Volgens Chrisje Verbeek van Liander is het op een medium als LinkedIn dan wel belangrijk dat je je goed presenteert. “Geen vakantiefoto’s, foto’s uit de kroeg of dat soort dingen. Het hoeft ook niet heel sober of zakelijk, maar zorg voor een representatieve foto. Persoonlijk knap ik ook een beetje af op foto’s van bestuursleden van verenigingen, die dan dat lint om hun nek hebben hangen.”

Tip 2: Feestbook alleen voor vrienden

Dat je geen foto’s van wilde feesten op LinkedIn zet, spreekt misschien voor zich. Toch vind je dit soort foto’s vaak wel op Facebook of Twitter. Evenals dit soort berichten.



 

Veel bedrijven snappen dat je een privéleven hebt. Maar zoals de naam al zegt, kan dit beter privé blijven. Niels Krommenhoek van KLM raadt sollicitanten af om zomaar alles op Facebook te zetten. “Ik ken genoeg mensen die in het weekend de bloemetjes buiten zetten, dat is ook heel normaal. Maar foto’s waarop je stomdronken in de lamp hangt, kun je beter verborgen houden.”

Daar is Koen, 23 en student Sociale Geografie en Economie het mee eens. Hij heeft wel een profiel op Facebook, maar gaat hier bewust mee om. “Ik screen al m’n foto’s voordat ze zichtbaar worden. Wanneer iemand mij tagt, moet ik eerst goedkeuring geven. Ook is mijn profiel afgeschermd.”

Dat laatste is volgens Verbeek, van Liander, een slimme zet. “Je weet nooit wie jou beoordeelt. Als je je profiel niet afgeschermd hebt, is alles voor iedereen zichtbaar, ook de dingen die je liever voor vrienden houdt.”

Tip 3: Online onzichtbaar is té mysterieus

Het is bijna ondenkbaar, maar er zijn ook studenten die op internet niet te traceren zijn. Wanneer er over een sollicitant niets te vinden is, wekt dit vaak een wat mysterieus beeld op. “Het lijkt me dat je dan wat te verbergen hebt", vindt Liander-recruiter Verbeek.

Krommenhoek van KLM ziet vaker dat sollicitanten rond de sollicitatie hun instellingen aanpassen. “Toch vinden wij het over het algemeen wel fijn om iets van een sollicitant te kunnen vinden. Een foto, wat informatie om een indruk te krijgen.”

Wie denkt dat onzichtbaarheid op het web een positieve invloed heeft op het sollicitatie proces kan zich flink vergissen. “Het geeft ook een beeld dat de student niet echt ondernemend is,” meent KNMI-recruiter Sluiter. Ook Irene Koster, recruiter van de Gemeente Utrecht raadt aan om zichtbaar te zijn. “Maar dan wel op een manier waarop je gevonden wilt worden.”

Tip 4: Maar je moet ook niet overdrijven

Zichtbaarheid is dus belangrijk. Toch moet je hier ook niet in doorschieten. Sollicitanten met honderden aanbevelingen op LinkedIn, eindeloze lijstjes van activiteiten en meer gepoch, bezorgen Gemeente Utrecht-recruiter Koster de kriebels. “Ik word vaak kriegel van té perfecte profielen. Het geeft ook geen eerlijk beeld.”

Krommenhoek snapt wel dat studenten zich aanprijzen op het internet. “Het is aan de recruiter om dan tijdens een gesprek te achterhalen waar dan de ontwikkelpunten zitten."

Tip 5: Balans en bewustzijn

Wat voor recruiters vooral telt is een LinkedIn profiel. Wanneer je hier een profiel hebt en dit professioneel en eerlijk inricht ben je al een heel eind. Voor al het andere houd je Facebook, Twitter of andere netwerksites.

Het is dan vooral van belang dat je bewust bent van wat je naar buiten brengt. Feestfoto’s zijn leuk, voor vrienden. Uiteindelijk is een eerste indruk heel belangrijk en bepaal je zelf (deels) hoe die is. Scherm dat soort foto's daarom af als je gaat solliciteren, adviseren de recruiters.
 

De rol van uitspraken op het internet

Studenten zijn niet alleen vindbaar op sociale media, maar ook in artikeltjes in kranten of tijdschriften of op websites. Rond de sollicitatieperiode lijkt het bewustzijn hiervan hoger te worden. Ook bij DUB komt regelmatig het verzoek binnen om een naam uit een artikel weg te halen. Vaak omdat een student angst heeft dat een bepaalde uitspraak, over bijvoorbeeld politieke voorkeur of seksualiteit, hem tijdens een sollicitatie parten speelt.

Volgens de recruiters is dat niet het geval, zo lang deze uitspraak of opvatting niet tot in het extreme gaat. “Ik denk dat we anno 2015 wel zo ver zijn dat seksualiteit geen rol meer speelt. Het zou ook helemaal geen rol moeten spelen”, meent KLM-recruiter Krommenhoek.

“Bij Liander speelt dat zeker geen rol. Wij hebben in ons bedrijf een LHBT-vereniging, iedereen mag bij ons zichzelf zijn. Christenen, moslims, andersgelovigen, worden allemaal geaccepteerd”, aldus Verbeek.

"We selecteren er niet op bij het KNMI, maar als bedrijf dat onderzoek doet naar het klimaat, zullen we iemand die bijvoorbeeld op de PVV stemt, wel vragen wat zijn of haar intentie is", zegt Sluiter.

 

Advertentie