Spanning stijgt voor finale Academische Jaarprijs
Amsterdam, januari 1592. Als handelaar ben je opgeklommen tot ondernemer in de grote stad Amsterdam. Je begeeft je als nieuwkomer op de financiële markt. Je eerste doel is om een vermogen van 2800 gulden te vergaren.
Zo begint de demo van het ‘Spel van de Gouden Eeuw’, waarmee een team van Utrechtse wetenschappers en studenten woensdag in Leiden een gooi doet naar de Academische Jaarprijs. Doel van die wedstrijd tussen universiteitsteams is het vertalen van wetenschappelijk onderzoek naar een breed publiek. De winnaar ontvangt 100.000 euro om het ingediende plan te realiseren.
Met hun online game hopen de Utrechtse historici Oscar Gelderblom en Joost Jonker spelers inzicht te geven in de manier waarop Amsterdam zich in de Gouden Eeuw kon ontwikkelen tot het belangrijkste financiële centrum van Europa. Door tijdens het spel te beleggen en te investeren en zo geld te verdienen of te verliezen leren spelers hoe de financiële markt in Amsterdam rond 1600 werkte.
De demo die woensdag aan de jury zal worden gepresenteerd is een ‘tutorial’, zegt Gelderblom. “Je krijgt zo een eerste indruk hoe het spel er straks uit moet gaan zien, maar in deze demo kun je geen eigen keuzes maken. In het echte spel, dat wij kunnen gaan maken als wij de prijs winnen, kan dat uiteraard wel. Dan kun je in de huid van een handelaar uit die tijd kruipen en zelf bepalen waarin je wel en niet investeert en hoeveel risico je wilt nemen.”
Dat risico kan bijvoorbeeld zijn dat een VOC-schip naar Indië met zijn kostbare lading vergaat of dat de prijs van Spaans leer plotseling inzakt. Op basis van hun onderzoek zorgen de twee historici en hun team voor een realistische input van risico’s en kansen in het spel dat bij winst volgend jaar on line kan worden gespeeld.
“Het spel krijgt drie niveaus en in totaal mikken wij op een speeltijd tussen vier en zes uur. Onze bedoeling is om het spel ook geschikt te maken voor scholen. Het doel is puur vermaak. Leerlingen moeten het vooral leuk vinden om het spel te spelen, maar een bijkomend doel is natuurlijk wel dat ze spelenderwijs kennis opdoen over Amsterdam rond 1600.”
Het Utrechtse team, dat het in de finale moet opnemen tegen teams uit Leiden, Groningen, Eindhoven en Wageningen, krijgt woensdagmiddag in de Leidse Stadsgehoorzaal vijftien minuten de tijd om het spel te presenteren. De jury wijst vervolgens twee finalisten aan die hun plannen ’s avonds nog een keer presenteren, nu ook aan pers en publiek.
Publieksprijs
Naast de hoofdprijs van 100.000 euro stelt het VPRO-programma Labyrint dit jaar voor het eerst een publieksprijs ter beschikking. Op de website van het programma kan iedereen zijn of haar stem uitbrengen.
EH