Studieverenigingen willen eigen broodjes

Wij willen eigen broodjes en drankjes aanbieden, en niet verplicht zakendoen met de universitaire cateraar. Dat schrijven 25 studieverenigingen in een brief aan de universiteit.

Als de UU graag ziet dat studieverenigingen symposia en lunchlezingen organiseren, kun je deze niet verplichten zaken te doen met de universitaire cateraar. 25 Studieverenigingen vinden dat de universiteit dat als uitgangspunt moet nemen bij de uitbesteding van de restauratieve diensten. De kans van slagen lijkt echter klein.

“Voor studieverenigingen is het erg lastig om iets in de universiteit te organiseren wanneer het verplicht is om producten af te nemen van de universitaire cateraar”, zegt universiteitsraadslid Lennart van Doremalen. “En dat terwijl een symposium, een lunchlezing, maar bijvoorbeeld ook een ledenbarbecue, een grote meerwaarde heeft voor het universitaire leven.”

Van Doremalen wil dat de belangen van de verenigingen meegenomen worden in de aanbestedingsprocedure voor een nieuwe cateraar. Hij vindt bijvoorbeeld dat verenigingen kantines - als die gesloten zijn - moeten kunnen gebruiken om eigen eten en drinken aan te bieden. De brief (pdf) die het universiteitslid hierover namens de fracties Helder en PvdUS stuurde naar het college van bestuur is ondertekend door 25 studieverenigingen.

Op dit moment verschilt het enigszins per studievereniging en per gebouw wat is toegestaan. In het Buys Ballotgebouw houdt studievereniging A-Eskwadraat bijvoorbeeld lunchlezingen van vertegenwoordigers van bedrijven. “Ook voor het gastbedrijf willen we graag dat daar zoveel mogelijk studenten op af komen. Daarom verzorgen we een gratis lunch waarvoor we Albert Heijn zachte broodjes en wat drankjes laten aanleveren”, zegt bestuurslid Gijs Boosten. “Wanneer we voor elke lunch 5 of 6 euro moeten betalen, is dat niet mogelijk.”

Volgens Merlijn de Bakker van studievereniging V.U.G.S., gevestigd in het Ruppertgebouw, is haar vereniging in het Educatorium, Van Unnik of Ruppertgebouw verplicht gebruik te maken van de universitaire cateraar. “Als we nu een lunch of congres organiseren gaat driekwart van de begroting naar de catering. Dat vind ik zonde; dat soort activiteiten zijn toch een mooie aanvulling op het studieprogramma.”

Directeur Facilitair Service Centrum Ineke van Oosten erkent dat het beleid in de afgelopen jaren niet overal even consistent is geweest. Onwenselijk, noemt zij dat nu. Zij denkt dat het wensenpakket van Van Doremalen een brug te ver is. “Het uitgangspunt is duidelijk. Als het om universitaire ruimtes gaat, is er maar één cateraar. De universiteit is een professionele organisatie en we hanteren een professionele standaard waarbij we rekening houden met voorschriften, bijvoorbeeld op het gebied van de arbeidstijdenwet, voedselveiligheid en belastingen. Dan wil je niet dat er lukraak kleine ondernemers of bezorgdiensten worden ingevlogen. Daarnaast ontstaan bij het gebruik van de restaurants, door bijvoorbeeld studieverenigingen, regelmatig verborgen kosten voor extra schoonmaak, gebruik serviesgoed, extra aandacht beveiliging etcetera. Bovendien moeten mensen bedenken dat het contract dat wij kunnen afsluiten ongunstiger wordt als wij bepaalde zaken uitsluiten en zeggen dat onze nieuwe partner daar niets aan mag verdienen.”

Van Oosten benadrukt echter dat mogelijke nieuwe partners in de aanbestedingsprocedure ook zullen moeten aantonen een assortiment te hebben voor klanten met een lager budget. Bovendien zal het volgens haar altijd zo blijven dat een studievereniging in de beslotenheid van de eigen ‘huiskamers’ hun eigen gang mogen gaan. “Als je een feestje thuis viert, mag je zelf weten of je gaat koken of laat bezorgen. Bij een feestje in een restaurant heb je die keuze niet.”

De nieuwe cateraar gaat naar verwachting in augustus of september aan de slag in de universitaire gebouwen.

Advertentie