Van Rooy, vrouw op machtige positie
Yvonne van Rooy, collegevoorzitter van de Universiteit Utrecht, is volgens maandblad Opzij de op twee na machtigste vrouw in de wereld van onderwijs en wetenschap. Op nummer 1 staat universiteitshoogleraar Louise Fresco van de UvA en op nummer 2 staat Annette Roeters, de baas van de Onderwijsinspectie.
Louise Fresco heeft als aandachtsgebied duurzame ontwikkeling in internationaal perspectief. Haar opdracht is om een brug te slaan tussen wetenschap en samenleving. Ze is verhuisd van de lijst openbaar bestuur naar onderwijs & wetenschap, waar ze vorig jaar op de derde plaats stond, omdat haar hoogleraarschap haar hoofdfunctie is.
Anne Roeters, steeg van de vijfde naar de tweede plaats vanwege “haar kritiek op het functioneren van met name vijf hogescholen, waaronder Inholland, waar studenten ten onrechte een diploma kregen”. Het leidde er volgens Opzij toe dat het kabinet het toezicht op het hoger beroepsonderwijs verscherpte.
Van Rooy
“Van alle vrouwelijke bestuurders bij universiteiten is zij de machtigste”, aldus Opzij over Yvonne van Rooy die ten opzichte van de vorige jaren één plaats is gezakt. Ze wordt in de lijst gevolgd door de collegevoorzitter van de Erasmus Universiteit Rotterdam, Pauline van der Meer Mohr. Van Rooy zakt van de naar de derde plaats. Behalve dat ze voorzitter is van een universiteit met een belangrijke internationale positie, is zij ook vice-voorzitter van de universiteitenkoepel van de VSNU en vicevoorzitter van deltaplan Platform Bèta Techniek en plaatsvervangend kroonlid van de SER.
Henriëtte Maassen van den Brink, hoogleraar economie aan de universiteiten van Amsterdam en Maastricht is volgens de jury “minder beeldbepalend” dan vorig jaar. Ze zakt van de eerste naar de vijfde plaats.
Jongste vrouw op de lijst is wederom hoogleraar psychologie Eveline Crone (36). Ze daalde weliswaar van de vierde naar de zesde plaats, maar is als een van de jongste vrouwelijke hoogleraren van Nederland nog steeds een factor van betekenis: ze schreef een bestseller over het puberbrein, kreeg anderhalf miljoen euro onderzoeksgeld van de European Research Council.
Bonhof
Collegevoorzitter Geri Bonhof van de Hogeschool Utrecht staat op plaats zeven. Die dankt ze aan “de inspirerende en transparante wijze waarop zij de HU bestuurt en extern representeert”. Hekkensluiter van de top-10 is haar collega Jet Bussemaker van de Hogeschool van Amsterdam. Hun beide hogescholen bungelen overigens onderaan de onderwijsrankings van de Keuzegids en Elsevier.
Voor de samenstelling van de Opzij top-100, die eigenlijk bestaat uit tien lijstjes met tien namen uit een specifieke sector, werden “talloze” deskundigen geraadpleegd. Voor de onderwijstop-10 werd onder meer gesproken met medewerkers van universiteitenvereniging VSNU, de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen en de Onderwijsraad. Een jury onder leiding van bijzonder hoogleraar management van diversiteit en integratie Halleh Ghorashi (Vrije Universiteit) stelde de definitieve ranglijsten vast.
Vrouwen in de top-10 moeten macht ontlenen aan hun functie en die gebruiken om “dingen te veranderen”. Daarnaast moeten ze zichtbaar zijn, “inspireren” en nevenfuncties hebben, aldus de juryverantwoording. Het is de derde keer dat Opzij een top 100 van machtige vrouwen samenstelt. De machtigste der machtigste is Angelien Kemna. De jury is van oordeel dat Kemna, die een belegginsportefeuille beheert van 280 miljard van met name pensioenfonds ABP, ‘een geweldige en eigen stempel drukt op de financiële sector, ondertussen oog houdend voor duurzame, maatschappelijke ontwikkelingen’.