‘Geesteswetenschappen moeten zich niet gedragen als zielige zeehondjes’
Eind juni was er een actiedag bij de faculteit geesteswetenschappen in Utrecht. Die had de vorm gekregen van een collegemarathon, gelardeerd met ludieke en muzikale intermezzo’s, pizza en discussies. De inzet was om aan het publiek en de autoriteiten duidelijk te maken dat verdergaande bezuinigingen rampzalige gevolgen zouden hebben voor de kwaliteit van de opleidingen binnen geesteswetenschappen en de werkdruk bij de docenten. Ook wilden de betrokken studenten en stafleden druk uitoefenen op de faculteitsraad om niet in te stemmen met de bezuinigingen.
In zo’n situatie zitten faculteitsraden in een lastig parket: eigenlijk zijn ze het op hoofdlijnen met de actievoerders eens, maar ze zien geen alternatief. Meer geld komt er niet, en als het komt gaat het vaak gepaard met een overmaat aan door de overheid opgelegde prestatieafspraken, waardoor het middel erger wordt dan de kwaal.
Wat te doen? Bezetten? Een collegestaking? Luisterend naar de colleges van die dag, gegeven door hoog- en zeergeleerde docenten van geesteswetenschappen, kreeg ik een ander idee. Die colleges waren buitengewoon interessant omdat ze de actualiteit van historische en filosofische diepte voorzagen en de toehoorders prikkelden om kritisch na te denken over de stand van zaken bij geesteswetenschappen. Waarom niet deze colleges nog eens geven aan het begin van het nieuwe studiejaar en dan niet facultatief, maar binnen het reguliere programma. Voor studenten zou dat uiterst leerzaam zijn en voor de docenten eigenlijk ook – zoveel tijd hebben ze doorgaans niet om systematisch en diepgaand te reflecteren.
Zo’n collegereeks is ook een manier op zelfbewust op het podium te verschijnen. Bij protesten is het altijd verleidelijk om de zieligheidskaart te spelen, maar dat werkt meestal averechts. De Utrechtse universiteitshoogleraar Frits van Oostrom zei terecht: geesteswetenschappen moeten zich niet gedragen als zielige zeehondjes (‘Red ons!’). Doe waar je goed in bent en laat zien waar je voor staat. De domeinen van de geesteswetenschappen zijn maatschappelijk veel steviger geworteld dan menigeen denkt.
Verder is het de kunst het niet bij één actiedag te laten. Als bestuurders voortdurend zeggen dat bezuinigingen onvermijdelijk zijn, is het voor staf en studenten nodig te blijven hameren op de risico’s van toenemende werkdruk en een afnemend aantal contacturen, in het bijzonder voor de academische vorming van studenten, toch een hoofddoel van de universiteit. Geesteswetenschappers zijn goed in het diepgaand analyseren van langetermijnprocessen, en kunnen dus ook scherp laten zien wat de consequenties zijn van stelselmatige ondermijning van het onderwijsgebouw. Laat ze dat vooral doen, binnen en buiten de universiteit.
Dit blog van Ruud Abma verscheen eerder op de website van de Vawo.