Bolwerk van witte, westerse mannen
Prima, dat we willen afrekenen met de universiteit als wit, westers mannenbolwerk. Maar volgens Dries van Oosten moet je eerst weten wat de oorzaak is dat vrouwen of allochtonen niet komen voordat je effectief maatregelen kunt nemen.
Vanuit allerlei gremia is het momenteel te horen; de roep om af te rekenen met de universiteit als bolwerk van witte, westerse mannen. Onze eigen universiteit wil dit, het ministerie wil dit en, speciaal van belang voor Natuurkunde en Scheikunde, de commissie Breimer, die aan een landelijk sectorplan voor de Natuurkunde en Scheikunde werkt, wil dit.
Ik ben het hartgrondig eens met de kritiek dat de universiteit geen goede afspiegeling van de samenleving is. Ik wil niets slechts zeggen over witte, westerse mannen, maar als witte, westerse man vind ik het nogal karig dat ik vooral door andere witte, westerse mannen omringd ben.
De vrouwelijke collega-stafleden zijn zonder uitzondering zeer betrokken bij het functioneren van het departement. Helaas zijn het er zo weinig dat de Poisson-statistiek over kansverdeling het mij niet toestaat daar wetenschappelijke conclusies aan te verbinden.
En met een overwegend mannelijke docentenpopulatie, is het niet te verwachten dat we op korte termijn de vrouwelijke studenteninstroom significant kunnen verhogen; iets wat toch onze doelstelling is!
Het feit dat het verhogen van de instroom nog niet lijkt te lukken, doet mij vermoeden dat we het probleem niet werkelijk begrijpen. Ik denk dat we gewoon niet weten waarom vrouwen niet voor onze opleiding kiezen. Zolang we dat niet weten, zullen onze maatregelen weinig effect hebben.
En nu leggen we onszelf een nieuwe doelstelling op. We willen namelijk ook meer studenten, stafleden, etc. van niet-westerse afkomst. Ook hier ben ik het dus mee eens. Ik denk dat er een hoop mensen rondlopen die momenteel, om wat voor reden dan ook, niet voor een studie in de Natuurkunde kiezen, terwijl ze dat misschien heel leuk zouden vinden en waar ze best talent voor zouden kunnen hebben.
Maar ook hier weten we volgens mij niet waarom niet-westerse allochtonen niet vaak voor een studie Natuurkunde kiezen. En hoe kunnen we hier een beleid op ontwikkelen als we niet weten wat erachter zit?
Daarnaast krijg ik bij onze nieuwe ambitie een ongemakkelijk gevoel. We lijken onze doelstelling wat betreft het genderbeleid niet te halen, dus zetten we onszelf ambitieuzere doelen, verder in de toekomst. Maar hoe gaan we ervoor zorgen dat we deze ambitie wel waar kunnen maken?
Te wit, te Nederlands, te westers, te mannelijk, te elitair, kortom: te ‘ons soort mensen’. Hoe kan de universiteit dat veranderen? Klik hier voor meer verhalen over internationalisering, emancipatie, inclusie en politieke correctheid.