Het trekken van meer allochtone studenten werkt niet

De universiteit moet niet proberen “meer allochtonen aan te trekken”, zegt Milad Tannazi. Dat creëert een tegenstelling tussen allochtoon en autochtoon. Beter is open te staan voor de ander en  ‘onbekend maakt onbemind’-taferelen te voorkomen.

Diversiteit. Tegenwoordig kan je geen dag meer door het leven zonder geconfronteerd te worden met deze term. Voor sommigen heeft het een negatieve, voor anderen een positieve betekenis. Ik behoor gelukkig tot deze laatste groep, hoewel ik wel een paar kanttekeningen heb bij de manier waarop de universiteit deze term toepast.

De UU ontleedt het diversiteitsprobleem in verschillende subdoelen waarvan één “meer allochtonen aantrekken” is. Laat daar nou juist het probleem liggen. Diversiteit is niet gelijk aan het verschil tussen autochtoon en allochtoon. Dat laatste is namelijk slechts een klein aspect van de term ‘diversiteit’, met de nadruk op klein.

Wij mensen zijn gewoon divers, ongeacht onze achtergrond, cultuur, taal en referentiekader. Natuurlijk zijn de net genoemde factoren onderdeel van de context waarin wij als mensen onze identiteit vormen. Vergis je niet; ik als allochtoon kan meer gemeen hebben met een autochtoon die hier geboren en getogen is dan iemand met dezelfde afkomst als ik. Dat is iets wat de UU ontgaat.

Het gebruik van de term allochtoon suggereert hier namelijk dat ‘wij allochtonen’ van een heel ander soort zijn dan de huidige studentenpopulatie van de universiteit. Dat wij anders benaderd en gelokt moeten worden en dat dat met een stappenplan zo op te lossen is. Door dit ideaal wakker je het probleem juist aan door meer afstand te creëren. Niet alleen bij de nieuwe stroom van allochtone studenten, maar ook bij de huidige ‘witte’ populatie van de universiteit. Je krijgt dan te maken met een heel ander probleem: integratie. Onbedoeld schep je een vervolgprobleem: “hoe zorg je ervoor dat de allochtone studenten zich welkom voelen?”

Terug naar de (in mijn opinie) verkeerd geformuleerde vraag: “Hoe trekt de universiteit meer allochtonen aan?” Mijn antwoord: probeer juist niet zoals de rest “meer allochtonen aan te trekken”, maar onderscheid je door nadruk te leggen op diversiteit en de vele manieren waarop diversiteit zich kan uiten.

Creativiteit, aanraking met en begrip voor andere denkbeelden en culturen, kortom: voorkom ‘onbekend maakt onbemind’ taferelen. Benadruk daarom het feit dat de universiteit achter diversiteit staat. Richt je dus zowel op de autochtonen en allochtonen en laat zo zien dat harmonie en collectivisme begrippen zijn waar de Nederlandse cultuur ook het een en ander van kan leren.

Hoe je dat doet? Dat is een kwestie van goede marketing. Want aan de kwaliteit van de universiteit en de stad zelf ligt het niet. Daarnaast is marketing een knelpunt van de universiteit dat hoe dan ook aangepakt dient te worden, want zeg nou zelf; bushalte banners met reclame van andere universiteiten in De Uithof (lees: privéterrein), dat kan toch niet?

Diversiteitsblog
Te wit, te Nederlands, te westers, te mannelijk, te elitair, kortom: te ‘ons soort mensen’. Hoe kan de universiteit dat veranderen? Klik hier voor meer verhalen over internationalisering, emancipatie, inclusie en politieke correctheid.

Advertentie