Liftend door Zuid-Korea
Liftend door Zuid-Korea de kerstvakantie door. Mijn Nederlandse vrienden vervloekten me en smeekten me terug te komen voor Oud & Nieuw, mijn vrienden in Seoel lachten me keihard uit en boekten hun tickets naar de Filippijnen. “Ik zal aan je denken hoor, als ik op eerste kerstdag op het strand lig, en jij op een tankstation staat met min zeven graden!” Koreanen zelf keken me vooral aan alsof ik gek geworden was - maar ik was vastberaden.
En zo vertrok ik: met een vriend, volgepropte backpack, liftbordje, en inderdaad een negatief graadje of acht, op een vroege maandagochtend naar een snelweg ten zuiden van Seoel.
Na amper drie minuten stopte er een auto. Een politieauto, welteverstaan. Mijn vriend en ik keken elkaar aan. Het was toch niet officieel verboden om te liften?
Via de luidspreker klonk een hoop krakerig Koreaans gebrabbel, en dus liepen we maar - ietwat huiverig - op de auto af. Een moeizame conversatie later bleek dat de agent juist het beste met ons voor had: want het kon écht niet, liften in dit land, zei hij, maar hij wilde ons wel naar het eerstvolgende treinstation brengen.
Zucht. Heel lief, maar we wilden niet met de trein. We hadden vertrouwen in de mensheid, en ik had in mijn beste Koreaans onze eindbestemming op het bordje geschreven: Daegu. Daar moesten we heen. Zo moeilijk kon het toch niet zijn?
Precies.
Letterlijk vijf minuten nadat de politieagent vertrokken was zat ik voorin een splinternieuwe Hyundai, naast een plastisch chirurg, op weg naar Gimcheon. Luisterend naar de zwoele stem van Céline Dion en met een nieuwe sjaal(!) en koekjes op schoot, legden mijn vriend en ik uit waar we vandaan kwamen; tot groot vermaak van onze chauffeur, die daarop meteen al zijn vrienden belde om enthousiast te vertellen dat hij twee Nederlanders in zijn auto had, die aan het ‘hitsjie-hajie-kieng’ (liften op z’n Koreaans, afgeleid van het Engelse ‘hitchhiking’) waren.
Drie zo’n zelfde lifts en slechts enkele uren later, werden we gedropt voor de deur van ons eerste couchsurfing-adres in Daegu. We waren een hele hoop koekjes, koffie, goede verhalen en ervaringen rijker, en hadden in totaal amper een kwartier in de kou gestaan. Toen de laatste mevrouw die ons gebracht had de straat uit reed, moest ik denken aan de politieman van die ochtend. Hij had het mis: Korea is een liftland pur sang. De mensen weten het zelf alleen nog niet.