Onder de duim
Wat doe je met studenten in de collegezaal die tijdens het onderwijs bezig zijn met hun laptop, iPad en telefoon? Dat lijkt een mooie didactische vraag voor de docenten community. Net zo’n lastig ordeprobleem als hoe om te gaan met studenten die te laat binnenkomen. Studenten zijn snel afgeleid, hebben een laag concentratieniveau, hebben te weinig interesse in inhoud, nemen de docent niet genoeg serieus. O ja, en er is ook nog een generatiekloof. Maar wacht. Wat als deze vraag gaat over technologische veranderingen waaraan de instituties van het hoger onderwijs zich niet willen of kunnen aanpassen?
Wat als technologie, en het gebruik ervan door studenten, vraagt om een fundamenteel ander denken over onderwijs, en zelfs over kennis? Ik las op aanraden van collega Iris van der Tuin vorige week een briljant boekje van de onlangs overleden Franse filosoof Michel Serres, Thumbelina (in de Engelse vertaling want het Frans is me net wat te machtig). Het is een liefdesverklaring aan de technologie-gebruikende mens die met haar duim de hele digitale wereld vindt, onderzoekt en stuurt. Het is geschreven in 2012 door een man op 82-jarige leeftijd, nota bene.
Michel Serres omarmt de technologische mogelijkheden en vraagt zich in Thumbelina af wat dat betekent voor wie we zijn als mens, hoe we ons verhouden tot de wereld, en wat dit alles voor gevolgen heeft voor het (hoger) onderwijs. Ik wil er een punt uitlichten dat gaat over de fysieke inrichting van ons onderwijs, in het universiteitsgebouw, in de collegezaal. Het format, zegt Serres, dat steeds maar weer de inrichting bepaalt is dat van de ‘pagina’. De pagina uit het boek, met zijn omlijning en lay-out. Zelfs onze nieuwe technologie houdt zich aan het format - de laptop is een soort opengevouwen boek.
Serres verbaasde zich toen er op de campus van Stanford University, waar hij werkte, een nieuw gebouw verrees voor informatie technologie en gebouwd met geld van biljonairs van Silicon Valley. Het gebouw was met zijn staal en beton identiek aan de oude gebouwen waar middeleeuwse geschiedenis en werktuigbouwkunde werd gedoceerd. We zijn nog steeds niet bevrijd van het ‘boek’ dat de opbrengst was van eerdere revoluties, die van het schrijven en die van de boekdrukkunst, terwijl we ons midden in de elektronische revolutie bevinden.
Hoe dan anders, wat is het alternatief voor de ‘pagina’? Dat moeten we gaan ontdekken, schrijft Serres, langs de lijn van de technologieën en haar gebruikers die zich hoe dan ook allang binnen onze leslokalen bevinden: “The new technologies are forcing us to leave the spatial format implied by the book and the page” (Serres, 2015: 24). Zelf neem ik, met acht andere collega’s, deel aan een onderwijsinnovatie project (USO-project) onder leiding van Jasper van Winden van Bètawetenschappen met de titel: ‘Los van het limiterende leslokaal’ .
We gaan herontwerpen, uitproberen en onderzoeken hoe alternatief ingerichte leslokalen van invloed zijn op de interactie in het onderwijs. Weg van de pagina, zou mijn motto zijn, om te ontdekken welke andere vormen mogelijk zijn. Minder omlijnd, meer beweging; minder geordend vanuit een centraal punt, meer perspectieven; minder vast stramien, meer collage; minder tekstueel, meer beeldend; minder eentonig, meerstemmig. Ik heb zelf, met inspiratie van de oude wijze man Michel Serres, minder behoefte om mijn studenten onder de duim te houden, terwijl ze zelf de wereld onder hun duim hebben.
Serres, M. (2015). Thumbelina: The culture and technology of millennials. Rowman & Littlefield International.