Tegen politieke aanvallen kun je maar weinig doen
Kritische journalisten of wetenschappers liggen steeds vaker politiek onder vuur. Niels Peuchen vraagt zich af of zijn paper over de Armeense genocide Turkije zal bereiken.
In mijn leven heb ik maar weinig dingen langer dan een paar weken volgehouden. Eén relatie, twee studies en een korfbalcarrière, daar komt het zo’n beetje op neer. Mijn lijstje vol dingen die een snelle dood stierven, is een stuk langer. Twee van de hobby's die daarop staan: sporten bij de sportschool (ondanks een jaarabonnement was ik het na twee weken spuugzat) en een blog over bananen (helaas bleek niemand geïnteresseerd in het laatste bananennieuws).
Mijn recente poging om genuanceerd te zijn was hetzelfde lot beschoren als mijn bananenblog. Ik stopte ermee toen ik niet anders kon dan uitspreken dat Recep Tayyip Erdogan, president van Turkije, een humorloze klootzak is. Stiekem wist ik dat al langer, maar de arrestatie van medecolumniste Ebru Umar dwong me om hardop iets te zeggen.
Ik kan niet zo goed tegen overheden en instanties die de uitingsvrijheid inperken. Niet alleen persvrijheid, maar ook academische vrijheid zou wat mij betreft onbetwist moeten zijn.
Dat dit niet zo is, blijkt bijvoorbeeld uit de ervaringen van Remco Breuker, hoogleraar Koreastudies aan de Universiteit Leiden. Het Noord-Koreaanse regime diende eerder dit jaar een klacht tegen hem in bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Breuker doet namelijk onderzoek naar Noord-Koreaanse slaven die werken in de EU. Blijkbaar zint dat de grote leider Kim Jong-un niet.
Wat kun je doen als een overheid zich zo opstelt? Breuker weet het niet, zei hij onlangs op Radio 1: "Wanneer je als wetenschapper dingen zegt die niet zo goed vallen, ook al zijn ze aantoonbaar juist, dan heb je een groot probleem. Je kunt je verweren tegen wetenschappelijke argumenten, maar niet tegen politieke aanvallen."
Alsof ik de problemen opzoek, kwam ik vorige week met het lumineuze idee om een paper te schrijven over de Armeense genocide van honderd jaar geleden. Dat is een onderwerp dat uiterst beladen ligt in Turkije. Sterker nog: het is daar strafbaar deze kwestie te bestempelen als genocide.
Ik weet niet of mijn onderzoek ooit de Turkse autoriteiten bereikt, maar de voorbeelden van Ebru Umar en Remco Breuker laten zien dat het snel kan gaan. En met je naam op de zwarte lijst is politieke intimidatie niet ondenkbaar. Ik hoop maar dat Turkije net zo snel nieuwe slachtoffers zoekt als het moordende tempo waarmee ik hobby’s zoals 'genuanceerd zijn' verslijt.