Plannen voor nieuwe wet hoger onderwijs
Het ochtendblad wist te melden dat Utrecht tegen de plannen van Rutte zou zijn, maar collegevoorzitter Van Rooy vraagt zich af waar de krant dit vandaan heeft. Wat haar betreft komt Utrecht pas met een standpunt als duidelijk wordt wat de staatssecretaris precies voor ogen staat. Op dit moment geeft het college voorrang aan voor Utrecht wezenlijker zaken zoals de uitvoering van het Strategisch Plan. "De door Rutte aangezwengelde discussie heeft op dit moment niet onze eerste prioriteit, ook omdat het nog zeker een jaar duurt voordat de wet gewijzigd is."
De Utrechtse collegevoorzitter verwacht overigens niet dat een eventuele verandering van publiek naar privaat grote consequenties voor Utrecht zal hebben. "De Universiteit van Tilburg is een privaatrechtelijke universiteit, maar in mijn tijd als collegevoorzitter daar heb ik nooit de indruk gehad dat dat ons grote voordelen gaf. De samenwerking met het bedrijfsleven bijvoorbeeld verloopt in Utrecht echt niet stroever omdat dit een openbare universiteit is. Ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden van het personeel zijn de verschillen uiterst marginaal."
Meest opvallend is volgens Van Rooy het verschil in cultuur tussen de twee instellingen. "In Utrecht zijn veel zaken net even iets formeler en ambtelijker geregeld dan in Tilburg, maar ik zou niet kunnen zeggen of dat aan de publieke status of aan de omvang van de UU ligt." Een ander verschil is dat die status Utrechtse medewerkers de mogelijkheid biedt om in geval van een conflict een beroep te doen op de algemene wet bestuursrecht, die niet van toepassing is op bijzondere universiteiten. Volgens Van Rooy levert dat de ambtenaren in het Bestuursgebouw vooral een forse hoeveelheid extra werk op vanwege alle aangespannen procedures, maar schieten de medewerkers er weinig mee op, omdat de meeste zaken ongegrond of niet ontvankelijk worden verklaard.
Het voornemen om de Nederlandse universiteiten te 'privatiseren' staat in een vorige week verschenen notitie van staatssecretaris Rutte. Die wetgevingsnotitie vormt de opmaat voor de invoering van een nieuwe Wet op het Hoger Onderwijs (WHO). Centraal in de notitie staat de wens van Rutte om hogescholen en universiteiten meer vrijheid te geven. In ruil daarvoor moeten zij meer verantwoording gaan afleggen aan markt en student. De nieuwe WHO zou, als het aan Rutte ligt, in 2007 bekrachtigd kunnen worden door het parlement.
Hoofdlijnen WHO
* Beloning Onderzoeksprestaties
Het aandeel dat instellingen uit de tweede- (NWO-geld) en derde geldstroom (bedrijfsleven en fondsen) binnenhalen, geldt als verdeelsleutel voor het overheidsgeld voor onderzoek (eerste geldstroom). Onderzoek waaraan een maatschappelijke behoefte bestaat krijgt daarmee een streepje voor, aldus Rutte.
* Binair stelsel vervaagt
Rutte wil het onderscheid tussen WO en hbo vooralsnog intact laten, maar de grenzen minder scherp maken. De groeiende samenwerking tussen hogescholen en universiteiten en de internationalisering maken de instandhouding van het binaire stelsel als uitgangspunt steeds minder reëel. Rutte stelt voor dat brede hogescholen zichzelf 'nieuwe universiteit' mogen noemen als ze erkend wetenschappelijk onderwijs aanbieden. De studenten mogen er ook promoveren, maar de instelling krijgt geen onderzoeksgeld.
* Joint degree
Onderwijsinstellingen krijgen de mogelijkheid om gezamenlijk opleidingen en diploma's aan te bieden. Daarbij kan ook internationaal naar geschikte partners worden gezocht. Het idee van de joint degree past bij uitstek in de kabinetsvisie op leerrechten.
* Zelfstandiger instellingen
Rutte wil openbare universiteiten een vergelijkbaar zelfstandige status bieden als de confessionele universiteiten. Daarmee kunnen ze een aantal bestuursrechtelijke beperkingen omzeilen.
* Van opleiding naar domein
Rutte vindt dat opleidingen niet langer centraal moeten staan in het hoger onderwijs. Hij wil de overheidsbemoeienis richten op zogenoemde 'domeinen'. Instellingen krijgen daardoor meer vrijheid om de binnen het domein geclusterde
opleidingen naar eigen goeddunken in te richten (bijvoorbeeld als bachelor-college). Op het gebied van domeinen vindt ook accreditatie plaats.
* Inspraak
Instellingen moeten van Rutte meer verantwoording afleggen aan de
student. De staatssecretaris denkt aan onafhankelijke commissies die snel en adequaat op studentklachten reageren. Bevalt dat niet, dan is een juridische procedure nog een mogelijkheid. Om scholieren betere studiekeuzes te laten maken, moeten de instellingen hun opleidingsgegevens, inclusief de maatschappelijk positie van afgestudeerden, openbaar maken.
* Barrières
Rutte gaat het, via toelatingseisen, hbo'ers met alleen een propedeuse moeilijker maken om in te stromen aan de universiteit.
* Beloning Onderzoeksprestaties
Het aandeel dat instellingen uit de tweede- (NWO-geld) en derde geldstroom (bedrijfsleven en fondsen) binnenhalen, geldt als verdeelsleutel voor het overheidsgeld voor onderzoek (eerste geldstroom). Onderzoek waaraan een maatschappelijke behoefte bestaat krijgt daarmee een streepje voor, aldus Rutte.
HOP