De genoemde prioriteiten, aangevuld met een aantal daarvanafgeleide doelstellingen, vormen de kern van het onlangs verschenenOntwikkelingsplan 2003-2007 (OP). Dat plan, dat eens per twee jaarverschijnt, moet richting geven aan het Utrechtse beleid voor dedaaropvolgende periode. Het OP van dit jaar is onderverdeeld in zesthema's en is sterk beschrijvend van aard. Per thema wordt kortuiteengezet welke ontwikkelingen zich de afgelopen tijd hebbenvoorgedaan en wat dat voor gevolgen zou moeten hebben voor hetbeleid. Zo noemt het plan als doelstelling voor de komende jarenonder meer het aanbieden van aantrekkelijk, kleinschalig eneffectief academisch undergraduate onderwijs, het uittrekken vanmeer geld voor talentvolle onderzoekers, en het beter sturen encoachen van individuele medewerkers door leidinggevenden. Het planlaat in het midden hoe de genoemde doelstellingen moeten wordenbereikt.
Een aantal van de in het plan genoemde doelen zal de lezerbekend voorkomen, omdat er op dit moment al aan wordt gewerkt in devorm van concrete projecten. Dat geldt bijvoorbeeld voordoelstellingen zoals 'Klantgerichtheid, hoger op de ranglijst' en'Doorzetten van resultaat- en ontwikkelingsgesprekken'. Ook deuitwerking van het thema 'Organisatie en ondersteuning' zal voorveel lezers van het U-blad niet nieuw zijn. Onder die brede noemerwordt in het plan de Bestuurlijke Vernieuwing ten tonele gevoerd,die onder meer ten doel heeft de huidige veertien faculteiten tehergroeperen in zeven clusters. Het college van bestuur stelt nogeens met nadruk dat in de nieuwe structuur professionelebestuurders nodig zijn met uitstekende strategische enmanagementcompetenties. 'Een systeem waarbij hoogleraren voorenkele jaren parttime een bestuurlijke functie vervullen, ishiervoor niet geschikt', aldus de tekst in het OP.
Vrij uitgebreid gaat het plan in op de verdere ontwikkeling vanICT aan de universiteit. Zo is het de bedoeling om de vaardighedenvan docenten in het omgaan met ICT voortaan op te nemen in debasiskwalificatie onderwijs die elke docent in Utrecht moet halen.Een van de meest concrete doelstellingen uit het plan luidt:'communiceren via het web 24 uur per dag, 7 dagen per week'. Ookdeze fraaie doelstelling krijgt in het plan overigens geen handenen voeten.
EH
Geen blauwdruk
In tegenstelling tot eerdere ontwikkelingsplannen zijn dedoelstellingen in het nu verschenen OP weinig concreet en vrijalgemeen geformuleerd. In zijn inleiding legt het college vanbestuur uit dat het plan niet moet worden gezien als een blauwdruk,een marsroute of een integraal projectplan. 'Het een setdoelstellingen op een aantal terreinen die de universiteit dekomende jaren van wezenlijk belang acht om haar ambitie waar temaken.'
Volgens het college is het strategisch besturen van een zocomplexe organisatie als een universiteit een continu proces van'doelen stellen, sturen op verandering en bijstellen. Dat staathaaks op de gedachte dat je eens in de twee jaar HetOntwikkelingsplan van de universiteit zou kunnen vaststellen. Indit licht moet het nu voorgelegde plan gezien worden als eenmomentopname.'
Op de vraag of het uitbrengen van een OP nog wel zin heeft,antwoordt collegelid Wim Kardux bevestigend. "De afgelopen jarenwerden in het Ontwikkelingsplan soms heel concrete doelstellingengenoemd, maar daar zijn we een beetje van afgestapt. Je kunt welstoere taal gebruiken, maar in de praktijk lopen dingen toch vaakanders dan je denkt. Tegenwoordig werken we meer met algemenedoelstellingen die voor langere tijd geldig zijn en die inhoudkrijgen in concrete projecten. Of je dan nog wel eenontwikkelingsplan moet opstellen? Ja zeker, ik denk dat het heelnuttig is om je algemene doelstellingen eens in de twee jaar tegenhet licht te houden. Daar is zo'n plan bij uitstek geschiktvoor."