‘De gevangenis is hier niets’

Dat concludeert Madeleine de Boer uit een onderzoek onder 1049 Vmbo-scholieren. Aanleiding voor de studie, waarop zij vorige week in Utrecht promoveerde, was het feit dat relatief veel misdrijven in Nederland worden gepleegd door daders uit de vier genoemde etnische groepen. Volgens sommige commentatoren zou dat mogelijk samenhangen met het feit dat in die groeperingen minder negatief over diefstal en geweld wordt gedacht dan onder autochtone Nederlanders, maar uit het onderzoek van De Boer blijkt daar niets van.

Jongeren uit alle vijf de groepen wijzen diefstal en geweld af, ontdekte zij, maar de argumenten lopen sterk uiteen. Waar Nederlandse jongeren de nadruk leggen op de noodzaak om de wet te respecteren, wijzen Surinamers op het belang van orde en discipline, noemen Marokkanen de regels van de Islam, en zijn Turkse jongeren vooral bang voor de goede naam van de familie. Vandaar ook hun minder strenge visie op eerwraak. Waar Nederlandse, Antilliaanse en Surinaamse jongeren de moordenaar van een weggelopen meisje een gevangenisstraf van achttien jaar zouden geven, vinden Marokkanen veertien en Turken 12,5 jaar voldoende.

Over de strafmaat lopen de meningen sowieso meer uiteen. Vooral Nederlandse jongeren zijn ontevreden over de lichte straffen in Nederland. Toch verbazen ook de andere groepen zich. zegt een Antilliaanse meisje in het uiterst leesbare proefschrift. ‘Je hebt hier PlayStation op je kamer! Dat is toch geen straf?’ Een Marokkaanse jongen wijst op het nut van het ‘vernederen’ van daders. ‘Je moet ze de straat laten vegen. Dat is een grote straf, want er zijn best wel veel mensen die je kennen en die je zien. Je gaat voor hen voor schut.’