Antilliaanse studenten in Utrecht wachten op betere tijden: "Ondanks alles zie ik het eiland nog steeds als een klein paradijsje"

Antilliaanse studenten in Utrecht wachten op betere tijden:"Ondanks alles zie ik het eiland nog steeds als een kleinparadijsje"

Femke van Zeijl


Esther Petronia (21)

Geboren op Curacao, woonde van haar veertiende tothaar zestiende al in Nederland. In 1997 kwam zij weer terug om inUtrecht Diergeneeskunde te gaan studeren, dit jaar stapte zij overnaar Algemene Sociale Wetenschappen: "Ook de middenklasse trekt nuweg"

Toen ik vorig jaar december terug was op Curacao, merkte ik datik mij minder op mijn gemak voelde op straat dan vroeger. Je hoortzoveel over criminaliteit, en ook mijn ouders waarschuwden me datik moest uitkijken en extra op moest passen. In de tweeneenhalveweek dat ik er was, is me trouwens niets overkomen. Mijnongemakkelijke gevoel was misschien meer veroorzaakt door alleslechte berichten in de media hier, dan door hoe het er werkelijkwas.

"Ik maak me geen zorgen over thuis, mijn ouders hebben het nogsteeds goed. Wel denken steeds meer mensen erover om deze kant opte komen, niet alleen jonge mensen die hier willen studeren, maarook collegas van mijn ouders, leraren en zo. Dat is een veeg teken,dat de middenklasse nu ook steeds meer wegtrekt.

Armoede

"De kloof tussen arm en rijk is op de Antillen altijd al grootgeweest. De mensen die het echt slecht hebben, ken ik niet. Op debasisschool is er al een scheiding: arme kinderen gaan naar anderescholen dan rijke. Het verschil is groot. Leerlingen van scholenwaar de middenklasse naartoe gaat hebben veel meer kansuiteindelijk naar havo of vwo te gaan. Je rijdt wel eens langs dearmere wijken, je ziet van een afstand de krotten en halfafgebouwde huisjes, maar hebt niet heel veel met die armoede temaken.

"Met mijn ouders praat ik niet heel veel over de economischesituatie op de Antillen. We chatten iedere zondag en bellen ene-mailen geregeld. Maar dan gaat het meer over de mensen die jekent, hoe het met ze gaat, wie er nu weer heeft besloten naarNederland te gaan. Ook mijn broertje van zeventien die nog bij mijnouders woont, houdt zich niet erg bezig met de politiek. Die islekker vwo aan het doen en geniet van zijn tienerjaren. Misschiendat hij met uitgaan wel extra voorzichtig moet zijn, maar zover ikweet is hem nog nooit iets vervelends overkomen.

Rellen

"Van de week kwam een studiegenoot naar mij toe, die vroeg of ikhet niet vervelend vond dat Antilliaanse jongeren hier de laatstetijd zo negatief in het nieuws kwamen. Toen had net dat bericht inde kranten gestaan over die rellen in Dordrecht. Natuurlijk vind ikdat vervelend. Ik kan me voorstellen dat mensen hier nu alleen maarslechte dingen denken over ons. Ze zouden moeten zien dat er ookeen hoop mensen met goede bedoelingen van de Antillen naarNederland komen. Mensen die hier gaan studeren en die het goeddoen.

Ik wil proberen in december weer even terug te gaan naarCuracao, maar dat hangt ervan af hoe lang ik vakantie heb. Ik wilmijn ouders graag zien, en mijn broertje. Bovendien is het daar danrond de dertig graden, daar heb ik ook wel zin in.

"Mijn moeder is Nederlandse. In vergelijking met andereAntillianen voel ik me daardoor misschien beter thuis hier. Tochblijft Curacao het eiland waar ik ben geboren en opgegroeid, ik zoubest terug willen. Maar ik weet niet hoe de situatie er zal zijnals ik ben afgestudeerd. Ik denk dat ik in eerste instantie hierblijf wonen, want op de Antillen wordt het waarschijnlijk heelmoeilijk voor mij om werk te vinden. Maar als ik er een goede baanzou kunnen vinden die mij aanstaat, zou ik zeker gaan. Ik weet ookdat ze juist mensen zoals ik nodig hebben.


Aldrine Wires (24)

Eerstejaars diergeneeskunde kwam in 1998 van Curacaonaar Nederland en stapte dit jaar, eindelijk ingeloot, over vanbiologie naar zijn huidige studie: "Als iedereen na zijn studiehier blijft hangen, wie gaat dan het eiland weer opbouwen?"

Als het aan mij had gelegen, was ik op Curacao gebleven, ikhoefde niet zo nodig weg. Maar ik wist dat het moest, omdat ik inde regio daar niet kon studeren wat ik wilde. Mijn carrireplanninghad ik al rond voordat ik naar Nederland kwam: ik wil ziektenbestrijden bij dieren. Bij ons op de Antillen krijgen veel hondenin het regenseizoen parvo, een virus-ziekte. Ik ben zelf tweehonden aan parvo kwijtgeraakt. Dat is voor mij de reden geweest memet dierengeneeskunde bezig te houden. Ik wil een bijdrage leverenaan de oplossing van zulke problemen.

"Ik wil graag terug. Hopelijk is er daar straks een baan is voormij. Ik hoef echt niet per se naar Curacao, een ander eiland vindik ook prima. Mijn mentaliteit is anders dan die van de meesteAntilliaanse studenten, die hier willen blijven. Als iedereen nazijn studie hier blijft hangen, wie gaat dan het eiland weeropbouwen? Toen ik dit jaar hielp met de opvang van de nieuweAntilliaanse studenten hier in Utrecht, heb ik ze daar aanherinnerd.

Veel mensen komen hier studeren, krijgen mooie aanbiedingen eneen leuke baan waarmee ze veel kunnen verdienen. Ze vergeten wieachterblijft op Curacao. Die mensen denken aan zichzelf, wat heelmenselijk is, hoor, je moet ook kunnen eten. Maar je moet nooitvergeten waar je vandaan komt. Mijn doel is alleen hier testuderen. Ik zal zeker niet voor altijd blijven.

Berichtgeving

"Nederlanders weten maar weinig van de Antillen, terwijl we tochook deel uitmaken van het koninkrijk. Toen ik hier voor het eerstwas, vond ik het echt ongelofelijk dat ze vaak niet eens hetverschil wisten tussen Aruba en Curacao. Terwijl wij op school zoveel over Nederland hebben geleerd, meer weten over Nederland dande Nederlanders zelf, weten zij omgekeerd bijna niets over ons. Datvind ik schandalig. Vooral omdat ik denk dat heel veel van deproblemen op de Antillen ermee te maken hebben dat we in de steekzijn gelaten door Nederland.

Politiek

"Met vrienden van het eiland praat ik wel eens over politiek.Wat zijn die mensen in de regering eigenlijk aan het doen?, vragenwe ons af. Ze worden alleen wakker als het om de salarissen vanpolitici gaat. Ik vind het prima dat het parlement nu tijdelijknaar huis is, maar ik vind niet dat ze nou lekker thuis mogenzitten met hetzelfde salaris. Doe dat dan ook maar door dehelft.

"Ik ben niet zo pessimistisch, maar mensen moeten wel beseffendat een verbetering tijd kost. We moeten met zn allen hard gaanwerken totdat het weer goed gaat, en niet de hoop verliezen.Doordat mensen het niet meer zien zitten, vertrekken ze naarNederland, en dat moeten we juist niet hebben. Als ze me nodighebben op de Antillen, dan kom ik graag helpen. En dan hoeft hetniet eens als dierenarts te zijn, als ik maar mee kan werken aan dewederopbouw.


Caresse Mercalina (24);

Vijfdejaars onderwijskunde, verliet in 1996 Curacao:"Ik was moe van het eiland"

Toen ik van Curacao vertrok, wilde ik ook echt weg. Ik was moevan het eiland. Ik ben wat ze noemen een echte zwarte makamba, eenzwarte Nederlander. Wel op het eiland geboren, maar van mijn derdetot mijn negende in Nederland gewoond en aan veel dingen hiergewend.

"Ik miste de vrijheid van dit land. Op de Antillen deugt hetopenbaar vervoer niet en de fiets pak je evenmin, dan onderteken jeje eigen doodvonnis. Dus ben je altijd afhankelijk van een lift vanouders of kennissen. Waar ik ook genoeg van had was diedorpscultuur. Je kunt Curacao vergelijken met een Nederlands dorp:iedereen kent iedereen en roddelen is er de nationale sport. Datgaat op den duur benauwen.

"Mijn ouders komen geregeld deze kant op, ik heb dus niet zonlast van heimwee. En mijn broer is al afgestudeerd en woont hier inUtrecht bij mij in de straat. Hij werkt in de IT. Toen hij netklaar was met zijn studie, heeft hij wel gekeken naar vacatures opCuracao, maar er was absoluut geen werk. Dus bouwt hij nu eersthier een carrire op. En hij is niet de enige, die het zo doet.

"Er is een vreselijke leegloop aan de gang. Als ik in de busAntilliaanse mensen tegenkom die tegelijk met mij begonnen metstuderen, heb ik tegenwoordig twee standaardvragen: ben je bijnaklaar met je studie en ga je nog terug? Bijna niemand beantwoordtde tweede vraag met ja.

Familie

"Ik heb geen vrienden meer daar, die zitten allemaal hier voorstudie of werk. Alleen mijn ouders en grootouders van vaders kantzijn er nog. Vooral over mijn grootouders maak ik me zorgen. Zehebben het niet breed, net zoals de meeste ouderen. Het is een heelgroot gezin van veertien kinderen, waarvan de helft nog thuiswoont. Zon familie onderhouden wordt steeds moeilijker. En op deAntillen zorg je nog voor je familie. Dat gaat heel ver: zolang jenog weet hoe de bloedband in elkaar zit, is het familie.

"Als het slecht zou gaan met mijn ouders en ik zou het geldhebben, zou ik zeker wat die kant op sturen. Gelukkig gaat het goedmet ze. Ze zijn allebei ambtenaar, zoals zovelen. Of ze niet bangzijn hun baan te verliezen als de regering gaat snijden in hetambtenarenapparaat? Mijn vader gaat in oktober met pensioen, dushij ontspringt de dans. En mijn moeder heeft net een nieuwe baan,ze zet het examenbureau voor de politieopleiding op. Haar kunnen zeniet missen. Maar ik schrok toch wel, toen mijn moeder laatst eenkeer zei het zal mij benieuwen of we deze maand het salaris krijgenuitbetaald.

Criminaliteit

"Ondanks alles zie ik het eiland nog steeds als een kleinparadijsje. De stranden, de barretjes, een nieuwe bioscoop; er zijnook hele mooie dingen op Curacao. Pas als je er woont, word je echtmet je neus op de feiten gedrukt. Zoals de criminaliteit. Er issteeds meer diefstal, bijna elk huis heeft al hekwerken voor deramen en waakhonden in de tuin. Maar bij mijn vader zijn zelfs diewaakhonden laatst gestolen.

"Maar het blijft mijn eiland en ik ga ook zeker terug. Wanneerprecies, dat weet ik niet. Ik wil het bedrijfsleven in, iets gaandoen met volwasseneneducatie. Ik weet dat er werk voor mij zou zijnop de Antillen, maar ik zie mijzelf nu nog niet terugkeren. Ik kannog veel leren in Nederland, en als je eenmaal op dat kleine eilandzit, heb je alles snel gezien. Maar ooit zal ik er weer gaanwonen.