Chrisje Brants brengt Eerste Wereldoorlog in een multimediale voorstelling

Chrisje Brants brengt Eerste Wereldoorlog in een multimedialevoorstelling

"Ik denk dat het heel heavy is", zegt Chrisje Brants over haareigen voorstelling. "Misschien niet echt een plezierig avondje uit.Veel mensen zijn na afloop verbijsterd: waarom wist ik hier nietsvan? Maar", voegt ze er geruststellend aan toe, "de meesten vindenhet ook erg mooi."

De Eerste Wereldoorlog is voor veel Nederlanders een vergetenoorlog. Nederland was neutraal en dacht zich op die manier aan degevolgen van de oorlog te kunnen onttrekken. Maar hoewel Nederlandinderdaad veel ellende bespaard is gebleven, heeft de oorloguiteindelijk ook in ons land het leven onomkeerbaar veranderd. Ommaar te zwijgen van de impact die de oorlog in Duitsland en de restvan Europa heeft gehad. Veel Nederlanders realiseren zich datniet.

"Het was een oorlog op de grens van twee tijdperken", verteltBrants. "Het begon in 1914 met generaals die de veldslagen vanNapoleon naspeelden, en het eindigde met tanks en bombardementen."Ook op andere gebieden - zoals sociale verhoudingen, kunsten en demedische wetenschap - vormde de Eerste Wereldoorlog een breuklijntussen twee tijdperken. Verschillende vorstenhuizen kwamen ten valen in Rusland vond de communistische revolutie plaats.

"Men begon aan de oorlog met veel illusies. De intellectueleelite had het gevoel dat de beschaving ingedut was. Oude mannenmaakten de dienst uit, en de oorlog zou daar verandering inbrengen. Iedereen was er klaar voor, niemand zag ertegenop. Het zoueen snelle oorlog worden, vol glorie en moed, om de boel eenpositieve injectie te geven. Maar dat pakte heel anders uit. Deomslag vond plaats in 1916, door de slagen bij Verdun en de Somme.Dat waren veldslagen die honderdduizenden het leven kostten. Heelgruwelijk, en er kwam niets uit. Toen begon men zich af te vragen:waar doen we dit in godsnaam voor? Die omslag zie je ook in deliteratuur. Alsje de werken van de grote Engelse dichters uit 1914leest, en je zet die af tegen de oorlogsdichters uit 1917, dan voelje de teleurstelling en de desillusie."

Reizen

De overgang van illusie naar desillusie is de rode draad in hetboek Velden van Weleer, dat Chrisje Brants samen met haar man Keesschreef, en ook van de gelijknamige theatervoorstelling. Aan dehand van gedichten, dagboekfragmenten en andere artistieke uitingenuit het begin van deze eeuw maken Chrisje en Kees Brants dezeovergang zichtbaar.

De oorsprong van hun belangstelling voor de Eerste Wereldoorlogligt bij de Engelse schrijver Robert Graves, bekend van de serie I,Claudius, die in de jaren zeventig op tv was. "Graves heeft zelfgevochten in de Eerste Wereldoorlog", vertelt Brants. "Datbeschrijft hij in zijn autobiografie. Fant'stisch vond ik dat;allemaal dingen die ik nog niet wist. We waren die zomer opvakantie in Frankrijk - zo'n mislukte vakantie met veel regen, eentent en een klein kind. Op weg naar huis kwamen we toevallig langseen fort uit de Eerste Wereldoorlog. Met Graves' autobiografie inons achterhoofd hebben we dat bekeken. En het liet ons niet meerlos. We hebben ons kind ondergebracht bij mijn schoonouders en zijnteruggegaan. We bezochten de plaatsen aan het front die Gravesbeschrijft, en alles was er nog! Het werd verslavend. Jaren achterelkaar hebben we delen van het front bezocht."

Gaandeweg ontstond het idee om er zelf een boek over teschrijven. Alleen: hoe slijt je dat in een land waar de EersteWereldoorlog niet leeft omdat hij er niet gewoed heeft? Deoplossing bleek een reisgids te zijn, want, aldus Brants,"Nederlanders reizen graag." Elk hoofdstuk van het boek beschrijfteen deel van het front zoals dat er tegenwoordig bij ligt, compleetmet interessante routes en wetenswaardigheden. Aan de hand van dietoeristische informatie vertellen de auteurs het verhaal van deEerste Wereldoorlog. De achterliggende gedachte van het boek is datde restanten van het toenmalige front alleen betekenis krijgen inhet licht van de gebeurtenissen van toen. Dagboekfragmenten vansoldaten, flarden van romans en gedichten van oorlogsdichtersbrengen deze geschiedenis tot leven. Het boek begint in Belgiëen volgt het voormalige westelijke front tot in de Vogezen. Elkeplek die zij beschrijft, heeft Brants zelf bezocht.

Oorlogsmuseum

"Eigenlijk was de keuze voor een reisgids eencommerciëletruc om het boek te verkopen", erkent Brants. "Maar die vorm bleekin zichzelf zeer interessant te zijn." Geslaagd was decommerciële zet zeker, want van het boek is inmiddels devijfde druk verschenen. Vooraf had Brants gedacht dat er hooguiteen tweede druk zou komen, en de uitgever vond zelfs d't rijkelijkoptimistisch. "Maar als we nu in het gebied komen, zien we veelNederlanders met ons boek in hun hand", vertelt Brants. Ze geefttoe dat ze het tij mee heeft, want ook in andere landen is sprakevan een herleefde belangstelling voor de oorlogsvelden vanweleer.

Vooral de Franse overheid steekt veel geld in de monumenten uitde Eerste Wereldoorlog, met als resultaat onder meer hetoorlogsmuseum in Péronne. Dit 'postmoderne Mitterand-project'is volgens Brants verreweg het mooiste museum over de EersteWereldoorlog. Ze zegt: "Hartstikke mooi dat het er is, maar door decommercie raakt het onderwerp wel zijn eenvoud kwijt. Alles wordtgeprofessionaliseerd. Verdun was altijd al wel een beetje kermis,maar verder was het front een pelgrimsoord met alleen watprivé-museumpjes. Nu is alles commercieel en verliest het zijncharme en authenticiteit. Daar heb ik met mijn boek natuurlijk aanmeegewerkt, al heb ik het niet zo bedoeld. Alleen op afgelegenplekken, met name in Lotharingen en op de bergen van de Vogezen,vind je nog restanten in de originele staat."

Naar aanleiding van het boek werden Brants en haar man gebelddoor een kunstenaar, die net als zij geïnspireerd werd door deEerste Wereldoorlog. Hij bereidde een expositie vanoorlogstekeningen voor en vroeg of Brants die wilde openen met eenlezing. "Dat vonden we een beetje saai", vertelt Brants. "Wedachten: 'We maken er een soort multimediavoorstelling van'." Aldusgeschiedde. De afgelopen jaren was deze voorstelling steeds rond 11november - de dag van de wapenstilstand - te zien in Amsterdam.Volgende week gebeurt dit voor het eerst in Utrecht.

In de voorstelling is Chrisje Brants de centrale verteller. Haarverhaal wordt van tijd tot tijd onderbroken door een achtkoppigmannenkoor dat liederen uit de oorlog zingt. Leden van het koorlezen ook stukken proza voor in het Nederlands, of flarden vangedichten in de oorspronkelijke taal. Het geheel wordtgeïllustreerd door 140 dia's, die worden geprojecteerd op eenscherm van vier bij vier meter. "De grootte van het beeld is heeloverweldigend. Als verteller kan ik er zelf niets van zien, maarhet moet heel mooi zijn", lacht Brants. "We laten trouwens nietalleen narigheid zien. Er zitten ook geestige foto's tussen."

Chrisje Brants wil graag verder gaan met de Eerste Wereldoorlog."Ik zou wel Engelse oorlogsdichters willen vertalen", zegt ze,"maar daarvoor hebik te weinig tijd. Ik heb wel ooit eenbloemlezing uitgebracht van oorlogsliteratuur.' Ook met Velden vanWeleer is Brants voorlopig nog niet klaar, want er verandert elkjaar veel aan het voormalige front. "Ik hoop dat er een zesde drukzal verschijnen", lacht zij. "Dat is dan een goed excuus om weerhet hele front langs te reizen."

Christiaan Bonebakker


Anthem for Doomed Youth

What passing-bells for these who die as cattle?

Only the monstrous anger of the guns.

Only the stuttering rifles' rapid rattle

Can patter out their hasty orisons.

No mockeries now for them; no prayers nor bells;

Nor any voice of mourning save the choirs, -

The shrill, demented choirs of wailing shells;

And bugles calling for them from sad shires.

What candles may be held to speed them all?

Not in the hand of boys, but in their eyes

Shall shine the holy glimmers of goodbyes.

The pallor of girls' brows shall be their pall;

Their flowers the tenderness of patient minds,

And each slow dusk a drawing-down of blinds.

Wilfred Owen


Theatervoorstelling

De theatervoorstelling Velden van Weleer is in Utrecht te zienop donderdag 11 november om 20.30 uur in filmtheater 't Hoogt.Kaarten zijn verkrijgbaar bij het W. Pompe Instituut, Janskerkhof16, tel. 030-2537125, en bij Achter Sint Pieter 200, tel.030-2537038. Let op: bij 't Hoogt zelf zijn géén kaartenverkrijgbaar! Drie dagen eerder, op maandag 8 november, vindt erook een voorstelling plaats in Leiden, theater De Ware Liefde,Kagerstraat 1, tel. 071-5273936.