Cricketster Maartje Koster na afronden studie in de lappenmand: Crack op krukken

Cricketster Maartje Koster na afronden studie in de lappenmand:Crack op krukken

De geboren Utrechtse (26) kan zich het moment nog makkelijk voorde geest halen. We waren met het Nederlands team in Pakistan. Ikhad al een tijdje last van die knie. In de zesde wedstrijd zei ieopeens knak. Ik dacht eerst nog aan een meniscus, maar het bleekeen scheurtje in mijn kruisband te zijn. Het cricketseizoen, datafgelopen maand begonnen is, zal Koster aan zich voorbij moetenlaten gaan. Daar gaat een dikke streep doorheen. En dat is goedbalen, ik had er erg veel zin in. Zodoende hanteert de tegenwoordigin Amsterdam wonende Koster voorlopig krukken in plaats vanbats.

Jongensteam

Al op zesjarige leeftijd werd Maartje Koster door haar vaderaangemeld bij de cricketafdeling van Kampong. Na enkele jarengemengd cricket werd ze op haar tiende ingedeeld bij de jongens,omdat er domweg geen pupillenteams voor meisjes waren. Na een jaarhad ze er genoeg van en richtte ze zich op hockey. Ik ben op mijnveertiende eigenlijk toevallig weer begonnen, omdat ik ook hockeydebij Kampong.

Vanaf dat moment ging het rap met haar cricketloopbaan. Naenkele jaren bij de nationale jeugdselecties volgde op haarnegentiende een uitnodiging voor het grote Oranje, waar Kosternooit meer uit is verdwenen, al heeft ze Kampong inmiddels verruildvoor VRA in Amstelveen. Achter haar naam prijken ondertussen dertiginterlands.

Het Nederlands team voerde Koster onder meer naar India,Pakistan, Sri Lanka, Engeland, Nieuw-Zeeland en Australie. Landenwaar cricket op een compleet ander niveau wordt gespeeld enbeleefd. In sommige landen weet je niet wat je meemaakt, zegtKoster. Het publiek is er hondsfanatiek. Pakistan bijvoorbeeld:daar breken regelmatig relletjes uit op de tribune, zoals hier bijvoetbal gebeurt.

De tournees met Oranje openden Koster de ogen. In 95, tijdenshaar derde studiejaar, zette ze haar studie stop om haar geluk inAustralie te zoeken. Cricket, reizen en werken. Ik logeerde bijtwee Australische cricketsters die in Nederland hadden gespeeld. Ikging naar Sydney om een betere cricketster te worden. Het was eenongelofelijke ervaring om daar te kunnen spelen. Bij internationaleherenwedstrijden in de Sydney Cricket Ground zitten erveertigduizend man op de tribune. Ik heb er veel geleerd. Laterverbleef Koster ook nog voor langere tijd in India enNieuw-Zeeland.

Wereldtop

Na een verblijf in een van de topcricketlanden volgdeonvermijdelijk de terugkeer naar Nederland, waar cricket in de ogenvan de goegemeente synoniem is voor dodelijke saaiheid. Koster kentde vooroordelen. Het spel met de witte mannetjes, er gebeurt niks,niemand snapt het. Opvallend is dat je verkocht bent zodra je jevoor de sport gaat interesseren. Het is niet voor niets depopulairste sport in een groot deel van de wereld. Feit blijft datNederland als non-cricketland (plusminus zesduizend actievespelers) nooit aansluiting bij de wereldtop zal vinden. Landen alsAustralie of Nieuw-Zeeland zullen we niet gauw verslaan, nee. Danmoet cricket eerst een echte sport worden in Nederland, steltKoster. Er zijn wel projecten om mensen aan het cricketen tekrijgen, maar waarschijnlijk is de uitstraling van cricket nietaantrekkelijk genoeg voor Nederland. Misschien is het te Brits.

Het gapende gat met de wereldtop weerhoudt Koster er niet van omzich in te blijven zetten voor Oranje. Natuurlijk is het wel eensmoeilijk te beseffen dat Nederland zijn beperkingen heeft. Maar hetheeft geen zin je daarover op te winden: het is nu eenmaal zo. Maardan kan je nog wel goed presteren naar je eigen standaard. Het ishoe dan ook fantastisch om tegen een land als Australie te kunnenspelen. In de toplanden zijn cricketers atleten die elk onderdeelvan het spel beheersen. Dat is een genot om naar te kijken.

Fysiotherapeut

In november vorig jaar studeerde Koster af in de Klinische- enGezondheidspsychologie, net voor het WK in Nieuw-Zeeland. Decombinatie sport-studie heeft Koster naar eigen zeggen nooit vooronoverkomelijke dilemmas gesteld. Ik heb sport altijd op een gezet,maar daar heeft mijn studie nooit heel erg onder geleden. Het valtprima te combineren, al moet ik zeggen dat ik veel medewerking hebgekregen van docenten. Het WK in India in 1997 viel bijvoorbeeldmidden in een tentamenperiode. Die tentamens kon ik laterinhalen.

Momenteel vult Maartje Koster haar tijd met het bezoeken van defysiotherapeut, in de hoop op tijd fit te raken voor het EK inEngeland in augustus. Stiekem mik ik toch op dat kampioenschap. Ikwil er niet aan denken dat ik dat niet haal. Daarnaast is ze bezigmet de voorbereidingen op een postdoctorale opleiding. Ik zou graagdoorstuderen voor gezondheidszorgpsycholoog." Gaat cricket dan opeen lager pitje? Nee, knikt Koster beslist. Daar is het veel teleuk voor. Ik heb nog een paar jaar te gaan. Voorlopig houd ik erniet mee op, tenzij mijn lijf uit elkaar dondert.

Michiel van Ruitenbeek