De winnende verhalen van de lezersprijsvraag 'Eens maar nooit weer'.

De winnende verhalen van de lezersprijsvraag 'Eens maar nooitweer'.

Expeditie

Daar stond ik dan, trillend op mijn benen. Hoe had ik ooit zostom kunnen zijn? Hoe kwam ik erbij te denken dat het vast nooit zoerg kon zijn als ik dacht? Ze zeggen wel dat je je angsten onderogen moet zien om ze te kunnen overwinnen, maar mooi dat dat nietwerkt! Ik had het stomme idee dat op mijn leeftijd -ik was een jaarof vijftien, zestien toen- het toch wel tijd was dat ik het eenkeer probeerde. Oh, hoe stom had ik kunnen zijn, ik had naar mijnmoeder moeten luisteren. Omdat je bij zon expeditie als dit tochliever niet alleen bent, had ik een vriendin meegevraagd. Het wasrustig dus we hoefden niet zo lang te wachten. Op dat moment sloegde twijfel toch wel toe. Zal ik dit nu wel doen, ik kan nu nogterug? Stel dat er ergens een schroefje los zit? Zal ik er dan nietuitvallen? Stel dat ik halverwege de neiging krijg om eruit tespringen? Wat als we blijven hangen in de lucht? Was het wel zoslim om dit te probereeenn???... Daar gingen we, er was geen uitwegmeer, ik had geen keus, ik moest mee tot het eind. We gingenlangzaam omhoog. Dit viel nog wel mee. Ik had me vast weer eens tedruk gemaakt om niets. Ze zullen je er vast niet inlaten als hetniet veilig is. Het uitzicht is te gek, je kan kilometers verkijken. Misschien ga ik dit toch wel leuk viiindeen... aaaahhh.!!!We waren op het hoogste punt, ik keek naar beneden, zag de afgrond,voelde elke cel in mijn lichaam gillen en alles werd donker. Pastoen we eindelijk stilstonden durfde ik weer te kijken. Honderdkeer liever een vliegend paard dan nog een keer deze nachtmerrie.Dat was de eerste en de laatste keer....in de Python!

Heleen Visser


Taxirit

Ik ben op vakantie en dans met een lange, goedgebouwde jongen.Vorige week heb ik in ditzelfde discotheekje met hem staan zoenen,maar ik weet eigenlijk alleen hoe hij heet (Daniel) en dat hij hierin de buurt in een hotel werkt.

We dansen dicht bij elkaar, toch ga ik op een gegeven moment watvan hem afstaan, want het is al laat en ik merk dat mijnvriendinnen niet meer in de buurt aan het dansen zijn. En zijhebben mijn geld; in mijn rokje zitten geen zakken.

Oeps. Ons hotel ligt vier kilometer verderop en is alleen pertaxi bereikbaar.

Ik ga even mijn vriendinnen zoeken, zeg ik dus tegen Daniel.

Maar ze zijn nergens te vinden.

Je kan met mij mee, biedt hij aan, we gaan toch dezelfde kantop. Ik betaal wel.

Goed dan.

In de taxi zoenen we verder, de taxichauffeur lijkt niks temerken of misschien let ik daar zelf gewoon niet op.

Eenmaal bij mijn hotel kan ik twee dingen doen. Of uitstappen enhem door laten gaan naar zijn kamer, of samen uitstappen.

Ik kies voor het laatste, ben avontuurlijk ingesteld en zou hetlullig vinden om hem zonder 'beloning' weg te sturen.

Als je wilt, pijp ik je, stel ik voor in een andere taal klinkthet minder erg.

Ik zoek een beschut plekje muur op (mijn kamer deel ik tenslottemet meer mensen) achter wat struiken en we beginnen weer tezoenen.

Hij blijkt nogal grootgeschapen en als ik begin met pijpen ooknogal onwelriekend. Tja.

Hij begint me steeds meer tegen te staan. Eigenlijk wil ikgewoon weg, heb ik spijt van mijn keuze.

Maar voor hem geldt dat niet. Hij wil juist meer.

De cliches rollen uit zijn mond, en die klinken zelfs in eenandere taal even erg als altijd.

Je wilt het zelf, ik voel het.

Je hebt nog nooit een echte man gehad alle vrouwen willen eenechte man.

Inmiddels heb ik duidelijk gemaakt dat ik net met hem wilneuken, maar hij trekt voor de vierde keer mijn broekje omlaag. Iktrek het voor de vierde keer omhoog en stap naar achter.

Ik wil dit niet! Ik ga weg, zeg ik.

Hij trekt me terug tegen de muur. Nu word ik me pas echt bewustvan de situatie waarin ik terecht ben gekomen. Snel pak ik zijn piken druk mijn nagels er met kracht in. Een kreet.

Ik loop gehaast weg en hij komt me niet achterna.

In mijn hotelkamer neem ik een lange, hete douche.

De volgende ochtend maalt het. Was hij gewoon een klootzak? Wasik niet duidelijk genoeg? Ik vraag me af hoe ik hier a la OprahWinfrey een 'learning experience' van kan maken.

Uiteindelijk besluit ik dat hij weliswaar een klootzak was, maardat ik mezelf nooit in zon situatie had moeten brengen.

Waarin ik een jongen eigenlijk 'beloon' voor een taxirit,drankjes, of wat dan ook. Waarin hij makkelijk kan denken dat ikveel meer wil dan ik wil. Waarin ik bang ben en dit soort middelenmoet gebruiken om weg te komen.

Eens, maar nooit weer.

J.J. (naam bij redactie bekend)


Foamparty!

De mededeling 'Lotje komt ook' was genoeg aanleiding om naar hetverjaardagsfeestje van Floris te gaan. Lotje is leuk. Floris hadgerekend op een opkomstpercentage van vijftig. Het werd tachtig enom half twee was het bier op. Stress! Collegelopers zagen eenmogelijkheid om af te haken en de rest, waaronder Lotje en dus ik,besloot in de stad bier te gaan drinken. We kwamen langs eendiscotheek waar heel groot 'Foamparty' stond aangeplakt. Iemandriep Joepie!! Schuim!, zoals ze in 'Debiteuren, crediteuren'Joepie! IJsvrij! roepen. Een schuimfeest. Daar had de meute weloren naar. Voor de ingang was het echter een uitdragerij vanrinkelende tweedehands BMW-sleuteltjes, trainingsjasjes, laarzen,matjes en zonnebrillen.

"Wel erg veel schuim daarbinnen. Daar ga ik echt niettussenstaan", zei ik.

"Ik wil schuim", zei Floris.

"Ik ook", zei Lotje.

"Floris is jarig en hij mag beslissen", zei iemand.

"Klopt", zei Lotje.

"Ik ben hier nog nooit binnen geweest en wil dat graag zohouden", zei ik.

"Je bent dichtgetikt. Dan ga je toch lekker niet."

Ik berustte in mijn lot. Na een kwartier mochten we al naarbinnen, waar we werden opgewacht door een kolossale portier.Vergeleken bij deze 'big motherfucker' was Fredje uit de Woo denatte teddybeer van een huilend kind. Wat zou ik me veilig voelendaarbinnen!

"Dansen?", vroeg Lotje. Als er iets is wat ik grondig haat, ishet wel dansen.

"Nee, ik heb pleinvrees. Ik blijf liever een beetje aan dezijkant." Lotje keek me aan.

"Hou je mijn kruk bezet?", vroeg ze en verdween. Gefrustreerdover het algehele verloop van de avond besloot ik sterke drank tebestellen voor mij en Lotje. Des te sneller zouden we hier hopelijkvandaan zijn. Toen ik me met mijn drank weer omdraaide zat er eengeblondeerd iemand op Lotjes kruk. Ze was in een drukke conversatiegewikkeld met een getatoeerd persoon. Ik tikte op haar schouder.Het stel keek me verstoord aan.

"Die kruk was bezet."

"Nou en?"

"Ik wil m terug." Het bepoederde gezicht lachte me uit, draaidezich om en stootte en passant 'per ongeluk' mijn baco om. Ikbestelde een vaatdoek en veegde het stuk bar voor me weer droog, erdaarbij zorg voor dragend dat het grootste deel van mijn baco op dekleren van het gepoederde meisje terecht kwam. Ze draaide zichwoedend om en slaakte kreten als 'Kankerlijer!' en 'Kutstudent!'.Het werd nu gevaarlijk, want de getatoeerde baas kwam van zn kruk.Helaas, ik was niet meer te houden.

"Zeg, jij bent geblondeerd he? Ik heb een raadsel voor je. Aanwelke kant wordt je haar het eerst weer donker, aan de puntjesof"

BAF! Tattoo had me een rake klap gegeven. Toen snapte ik waaromzegelringen zo populair zijn. Mn wenkbrauw lag open en het bloedstroomde langs mijn ooghoek. Opeens was Lotje er weer. "Wat is ergebeurd?" Het wijf zat nog steeds te krijsen en de kerel had hetover zn mes en mij kapot maken. "We gaan", besliste Lotje.

De portier wilde nog fooi.

"Sodemieter op, dikzak!" Ik had het gehad.

"Ssssssst!!", zei Lotje wijs.

Wat later stonden we buiten.

"Godverdomme! Paupers! Ik had hier nooit"

"Jaja, en het was allemaal hun schuld he? Kom nou maar."

Uiteindelijk waren we bij mij thuis. Ik werd niet bepaaldvakkundig maar wel liefdevol verbonden door Lotje. Onder hetmotto'Nu wil ik jouw littekens ook zien werd het zelfs noggezellig.

Ik werd wakker van het dichtslaan van de voordeur. Het was halfacht, Lotje was weg. De pleisters waren losgegaan en mijn bed wasknalrood. Bovendien had ik hoofdpijn. Kutdiscotheek.

Arjen Benedictus


Biertje

Nooit gaat het meer gebeuren. Barstende koppijn, niet in staattot iets. Zweterig klim ik uit bed, wat al enige uren kost. Dan dehandelingen van het opstaan. Ik wankel naar de wc. Mmm alcohol.Terug mijn bed in. Als een steen. De aspirine is niet te bereiken.Had ik die maar gepakt op de terugweg van de wc. Zal ik? Ach nee.Tv aan? Kan niet, geen afstandsbediening. Muziek aan? Echt niet! Almijn pogingen zijn gedoemd te mislukken.

In een vlaag van frisheid besluit ik tot ondernemen.Tandenpoetsend bedenk ik verbaasd dat er veel aan vast zit, aanopstaan. En wat een cordinatievermogen heeft een mens. En wat kanhij veel tegelijk. Kleren aan. Welke? Doe maar die van gisteren.Eten? Mijn maag borrelt, bevindt zich in mijn keel. Ik dwing mezelfom water en karnemelk te drinken. Uit het dal klimmend doe ikvoorzichtig boodschappen. Altijd al vrij bedachtzaam, blijf ikhangen in cirkelredeneringen. Die conclusie zit er voor vandaag ookniet meer in.

Met mijn goede vrienden Stress en Kater breng ik de rest van dedag door. Want natuurlijk is het bijna tentamentijd en moet ik overtwee dagen een essay inleveren en moet mijn paspoort wordenverlengd en is de hond laatst van het dak gevallen en moet ik mijnband gaan plakken.

s Avonds afgesproken om te eten. We kunnen slechts slapouwehoeren en giechelen. Maar, met een goed maal klaart alles eenbeetje op. We zitten vlak bij de stad. En weer is er eenfestival... Laten we een ijsje halen. Richting stad lopendbesluiten we toch nog even op het Neude te gaan kijken. Wat eenleuke muziek. Wat een hoop mensen. Wat een leven...

Later, in de kroeg met vrienden. Want die hingen ook rond. Brakvan de dag ervoor. Effe een biertje doen? Okee, eentje dan. Maarhelaas, mijn hand kent zijn stand, mijn schouder weet hoe tescharnieren. Gezelligheid kent geen brakheid.

Anneke Laverman