Debye Instituut behoudt zijn naam

De Universiteit Maastricht, die een naar Debye vernoemde prijs heeft en die Terlouw ook om advies had gevraagd, neemt het advies niet over. Dit omdat, aldus UM, Debye met zijn gedrag in de oorlog onmogelijk de voorbeeldfunctie kan vervullen die noodzakelijk is bij een dergelijke prijs.

De commissie Terlouw stelt in haar rapport er begrip voor te hebben dat beide instellingen het besluit hebben genomen om de naam Debye niet langer meer te gebruiken. Debyes positie als ‘erflater’ was dubieus geworden toen bekend werd dat hij een brief had ondertekend waarin hij joodse leden van de Deutsche Physikalische Gesellschaft opriep om hun lidmaatschap op te zeggen.

Inmiddels is dankzij een onderzoek van NIOD-medewerker Eickhoff meer bekend geworden over de context waarin Debye zijn brief heeft geschreven. Terlouw c.s. heeft zijn advies op dit onderzoek gebaseerd.

“Wij zijn van meningt dat nu, zeventig jaar na dato, geen oordeel kan worden gegeven over de beslissing van Debye om de brief te ondertekenen, in de uizonderlijk moeilijke omstandigheden waarin hij toen verkeerde en gegeven de dilemma’s waarvoor hij werd gesteld. Wij menen dat, nu geen kwade trouw van Debye is bewezen, moet worden uitgegaan van diens goede trouw”, aldus het rapport van de commissie Terlouw.

En elders” “Hij was geen collaborateur en geen antisemiet.” Maar ook: “Hij was geen verzetsheld en geen politieke strijder tegen antidemocratische systemen.”

De commissie Terlouw, waarin ook de hoogleraren Bosscher (geschiedenis) en Van Boven (rechten) zitting hadden, komt tot de conclusie dat er “onvoldoende reden is Debye zijn wetenschappelijke lauweren te ontnemen.”

AH