Giphart zet in zijn nieuwste boek Eros en Thanatos tegenover elkaar 'Ik ben de literatuur'
Giphart zet in zijn nieuwste boek Eros en Thanatos tegenoverelkaar 'Ik ben de literatuur'
De student
"Eigenlijk wilde ik na de middelbare school meteen schrijverworden. Dat vond mijn vader een prima idee, maar hij vroeg: 'Waarga je dan van leven?' Hij stelde voor Nederlands te gaan studeren,dan kan je 24 uur per dag met literatuur bezig zijn. Demedestudenten vielen me tegen. Ik had verwacht dat ik bezetenliteratuurfanaten zou ontmoeten met wie ik een nieuwe literairestroming zou beginnen. Maar in mijn eerste jaar zaten alleen maartaalbeheersers en niemand kende Jeroen Brouwers.
"De studie en het leven als student bevielen me wel. Zeker desfeer in een studentenhuis vond ik leuk. Ik was actief bij deletterenfaculteit en heb twee keer meegeloot bij Veritas om lid teworden. In mijn eerste jaar had mijn studiebegeleidster al gezegddat ik eens een boek moest schrijven. Toen dat na drie jaar nogsteeds niet was gebeurd, raadde zij aan mijn studie een jaar stopte zetten. Ze zij: 'Dan kom je erachter dat het niet lukt en ga jegewoon weer terug naar de universiteit.'
"Ik ging als nachtportier werken bij een ziekenhuis, net als hethoofdpersonage in mijn nieuwe boek. Tijdens die nachten deed ik watik eigenlijk altijd had willen doen. In het begin heb ik enormvastgezeten. Dat was een moeilijke fase. Ik had een boek geschrevenvol metaforenvelden en woordvelden en alles in de postmodernetraditie, maar het las heel slecht. 'Dan word ik maarwetenschapper', dacht ik. Ik was rijp om terug te gaan naar deuniversiteit. Toen schreef ik het meisje over wie het boek ging eenbrief. Het was een vrolijke, spottende brief. Deze stijl, dacht ik,dat is het. Dit is veel beter.
"Ik heb Nederlands niet meer afgemaakt, hoewel ik op schema lagen nog maar n jaartje hoefde. Ook als een soort 'statement', ja.Toch wil ik nog studeren. Ik houd van academisch geschoolde mensen.Ik ben ook gek op wetenschappelijke lectuur. Drie jaar geledenbesloot ik me opnieuw inschrijven, voor de studie biologie. Dat hadik altijd al willen doen, maar ik was bang dat ik dan een vakidiootzou worden die ooit de ambitie had gehad schrijver te worden. Juisttoen ik het formulier wilde invullen, kwam mijn vriendin vertellendat ons eigen biologische experiment gelukt was, dat ze zwangerwas. Toen kwam er niets meer van."
Het werk
"Er wordt met enorm veel dedain over mijn werk gesproken, zekerin Utrecht en dan met name door studenten Nederlands. Ik scheldvaak op de literatuur, maar schelden is ook een vorm van eerbetoon.Ik heb heel veel respect voor literatuur. Ik heb altijd gevonden deliteratuur van mij is. Ik ben de literatuur. Van sommige mensenaccepteer ik dat ze zich ook met literatuur bezig houden en dat zeeen eind in de goede richting zitten. Een van de subtakken omliteratuur te beschouwen is de wetenschap, maar daar moet je altijdobjectief blijven. Nog altijd maak ik me kwaad als er wezenloosgeurmd wordt over boeken.
"De literatuur bestaat tegenwoordig niet meer uit geschreventaal, maar uit meninkjes van mensen. Ik krijg vaak te horen datmijn boeken geen thematiek hebben, maar dat vind ik zelf wel. Inmijn nieuwste boek zet ik bijvoorbeeld Eros en Thanatos tegenoverelkaar. Eros in de vorm van acteurs die op vakantie zijn en zichovergeven aan de liefde. Thanatos in de vorm van de dood van mijnmoeder. Ik houd van de structuur waarbij twee verhaallijnen doorelkaar lopen. Je krijgt twee verhalen voor de prijs van n en op heteind komt alles samen.
"Die structuur heb ik ook al in mijn eerste boek gebruikt, maareigenlijk zijn er maar vier of vijf technieken om een boek tecomponeren.Structuur is belangrijk in mijn boeken, maar het enigedat echt telt is de stijl. Mijn stijl leest makkelijk, dat is ookhet doel. Over mijn boeken ben ik compleet tevreden. Ooit vond ikmezelf de beste schrijver van de wereld. Andere boeken zie ikvooral als inspiratiebron, ik denk nooit: 'Dit boek is zo goed,laat ik zelf maar stoppen.' Bovendien is een boek toch eengebruiksartikel. Een kok stopt toch ook niet met koken omdat iemanduit 1830 het al eens beter heeft gedaan.
"Mijn boeken zijn vaak biografisch. Dat bevalt me; helemaalverzonnen verhalen gaat me minder goed af. Schrijven heeft tochiets therapeutisch. Het is een wapen tegen de wereld, je kuntdingen duiden. Het is niet zo dat ik van tevoren bedenk dat ikalles wat ik meemaak ga gebruiken, dat komt pas als ik aan hetschrijven ben. Als een van mijn kinderen zou overlijden, zou ik ookdaarover willen schrijven."
Het publiek
"Mijn moeder was mijn grootste fan. Zij bestelde mijn boeken perdoos bij het Centraal Boekhuis en die werden thuis bij haarafgeleverd. Die deelde ze aan iedereen uit.
"Sinds ik gedebuteerd ben heb ik over aandacht niet te klagen.Heel veel mensen vinden mij persoonlijk een klootzak, dat komen zeme vaak genoeg zeggen. Eigenlijk is dat een groot compliment voormijn boek en mijn imago. Je kunt nog zo hard je best doen goedeboeken te schrijven, mensen rekenen je toch af op domme puntjes.Het is zo'n verschil wat je schrijft en hoe je als mens meninkjesgeeft. Niet alles wat ik opschrijf, heb ik meegemaakt. Ik hebhelemaal geen wild studentenleven of drankleven gehad.
"Trouwens, zo gelukkig zijn personages niet. Giph, dehoofdrolspeler in mijn nieuwe boek, is een misantroop. Net als hijhaat ik mensen. Ik haat ook alle lezers van het U-blad, schrijf datmaar op. Niets persoonlijks hoor, maar ik haat mensen ingroepen.
"Er zijn zoveel domme meningen over literatuur. Mijn idealelezerspubliek zouden studenten Nederlands zijn, en dan liefst nogmeisjes, met een gymnasiumopleiding. Want zelfs daar, of juistdaar, is niet de distantie om het niveau van mijn werk in teschatten. Er is daar zo weinig gevoel voor literatuur. StudentenNederlands lullen hun leraren en de culturele bijlage van deVolkskrant na.
"Als je bezeten bent van literatuur, moet je open staan vooriets zonder vooroordelen. Je moet eruit halen wat erin zit. Ikkrijg van studenten uit andere steden wel verzoeken over thematiekin mijn werk en dat soort dingen. Dat vind ik leuk.
"Al dat gezeur over mijn imago kan me niet zoveel schelen zolanghet me geen windeieren legt. Ik schrijf helemaal niet voor hetgeld, maar ik kan van mijn schrijven wel vier monden voeden."
Christie Hofmeester
'Ik omhels je met duizend armen':
"... maar de engerd antwoordde: 'Dat weet ik, ik heb je boekgelezen.' Drie puntjes.
'En ik kan je wel vertellen dat de wereld die je daar beschreefbepaald geen Sesamstraat was', ging de man verder, waarmee hij eengedeelte van mijn communicatiesysteem platgooide. Hoi polloi, dachtik, leest dat soort mensen mijn boek ook? Hadden ze me op deuitgeverij wel eens kunnen vertellen: dat mavo-zwakstroom mijn boekklaarblijkelijk ook mag lezen. Moeten we er bij de volgende herdrukgeen buikbandje omheen doen met de tekst: LET OP! ALLEEN VOOR HENDIE ZICH IN HET LATIJN & GRIEKS VERSTAANBAAR KUNNEN MAKEN? Ofbeter: STOP! BESTEMD VOOR HEN DIE EEN TEGENWOORDIGE TIJD KUNNENONDERSCHEIDEN VAN EEN TOEKOMSTIGE HALFVOORWAARDELIJKE BEPAALDESUBINVERTE PLAGIALE AANVOEGEND INTENTIONEEL VERLEDEN TIJD. Ik hebeen roman geschreven over opwinding, kalmte, peinzen, verrassing,kennis, gedachteloosheid, verdriet, vrolijkheid, zekerheid,twijfel, begeerte, haat, vertrouwen, argwaan, dominantie,onderwerping, tederheid, grofheid, valsheid, authenciteit,aandacht, verstrooidheid, kwaadheid, vergeving, ernst, spel, overliefde & sekst kortom - en hier vat Conan mijn literaire wereldsamen als 'geen Sesamstraat', omdat er inderdaad wel eensvrijmoedig een vingertopje in een anus wordt gedraaid."
Fragment uit 'Ik omhels je met duizend armen',het jongste boek van Ronald Giphart. Uitg. Podium. Prijs: 49,90gulden (gebonden), 34,50 gulden (paperback). Op 9 november signeertGiphart zijn boek bij Broese Wirsters in de binnenstad, tussen14.00 en 15.00 uur.