Glühwein drinken voor het goede doel

De Tsunami had het allemaal. Het gebeurde op tweede kerstdag; de boosdoener was een vloedgolf van bijbelse proporties; de getroffen gebieden puilden uit van westerse toeristen; die bovendien massaal hun videocamera´s lieten draaien; en satellietfoto´s lieten onthutsende 'voor' en 'na' beelden zien. Kortom, de mediagenieke ramp was gemaakt voor televisie - en de hulp kwam massaal op gang, Nederland zamelde 207 miljoen euro in.

Opvallend aan de Nederlandse reactie was dat veel mensen zelf de handen uit de mouwen wilden steken, in plaats van passief geld storten in de grote giro-555-pot. De Stichting Mensen in Nood werd overspoeld met dat soort verzoeken. Ook studenten namen zelf het initiatief om geld of spullen in te zamelen en dat hoogstpersoonlijk naar het rampgebied te brengen.

De reactie past in een trend, vindt Debra Aurich van de Stichting LaLuz. Deze stichting bemiddelt tussen hoger opgeleiden en ideële organisaties zoals het Rode Kruis of War Child die behoefte hebben aan specifieke expertise. "Mensen willen geen tientjeslid meer zijn van een organisatie en af en toe een folder in de bus krijgen die ze misschien meteen weer weggooien. Op die manier voelen ze weinig of geen betrokkenheid, ze willen liever zelf iets doen. En dat is dan geen operationeel werk - bijvoorbeeld het slaan van waterputten in Afrika - want dat geeft maar even voldoening. Mensen die zich bij ons aanmelden willen iets doen met hun eigen expertise of talent."

Maar wat beweegt studenten of pas afgestudeerden om zich belangeloos in te zetten? Het is verleidelijk om studenten links en idealistisch te noemen. Zo doet GroenLinks het traditioneel goed bij studenten in Utrecht. Maar de redenen waarom studenten zich inzetten voor het goede doel kunnen heel pragmatisch zijn. Kort door de bocht: studenten hebben veel tijd en weinig geld. Dat vertaalt zich naar een ruime inzet voor goede doelen en misschien niet meteen tot het doen van fikse donaties.

Kindertehuis

Neem de Stichting Bouworde Nederland. Deze organisatie stuurde dit jaar ruim 400 Nederlandse jongeren, veelal studenten uit Utrecht en Gelderland, naar Oost-Europa om daar een paar weken mee te werken aan sociaal noodzakelijke bouwprojecten. Dat kan zijn het renoveren van een Pools kindertehuis of het opknappen van een tehuis voor gehandicapten in Bulgarije. Iets meer mannen dan vrouwen melden zich aan voor de bouwprojecten, vertelt directeur Regina Vermeulen. Wel zijn alle studies vertegenwoordigd. "Ze komen uit alle hoeken en gaten, van sociale studies, de Pabo tot aan bouwkundigen."

Hoewel de van oudsher katholieke stichting zich inzet voor sociaal belangrijke doelen, relativeert Vermeulen het idealisme van de deelnemers. "Voor de meeste vrijwilligers is het gewoon een actieve vakantie, het zijn mensen die niet graag stilzitten. Als je in drie weken de wereld wilt verbeteren, kom je gedesillusioneerd thuis."

Ike Teuling doet een master sustainable development aan de Universiteit Utrecht en ze is een vaste klant van de Bouworde. Zes jaar geleden ging ze voor het eerst mee, dit jaar vloog ze naar "een klein dorpje in de bergen" in Bulgarije. "In een kindertehuis heb ik wat geschilderd en opgeknapt. Het is altijd heel bijzonder, je doet niet de toeristendingen, maar je logeert bij een gastgezin en je leert het land kennen op een manier die anders niet zou kunnen. De lokale bevolking vindt het altijd heel leuk, hoewel ze er niks van snappen dat je het gratis doet. Het is nobel werk inderdaad, maar hoewel dat wel meeweegt, is het niet de belangrijkste reden om mee te gaan. Ik vind het fijn om wat te doen op vakantie. Ik ben niet het type dat weken languit op het strand ligt."

Feesten

Ook Joyce de Vries van de studentengroep van Amnesty International Utrecht vind dat het wel meevalt met het idealisme van studenten. "In het algemeen vind ik niet dat er in de maatschappij of onder studenten opvallend veel aandacht is voor goede doelen. Als ik naar mijn eigen vriendenkring kijk, dan zijn die daar niet echt mee bezig. Studie halen, feesten aflopen, dingen doen. Studenten blijven studenten."

Maar de studentenafdeling van Amnesty heeft niet te klagen over belangstelling. "Wij hoeven totaal geen reclame te maken", zegt De Vries. Nieuwe leden weten zelf hun weg te vinden naar de mensenrechtenorganisatie. De studentengroep organiseert bijvoorbeeld elke donderdag in De Uithof een schrijflunch waar ze brieven opstellen om onderdrukte vrouwen in Afrika of gevangenen in Birma te steunen. Op 10 december lazen leden van Amnesty vrouwenverhalen voor in De Uithof in het kader van de campagne Stop Geweld tegen Vrouwen.

De studentengroep bestaat vooral uit studenten bestuurs- en organisatiekunde en rechten, zegt De Vries. "Verder hebben we veel meer vrouwen dan mannen, bij ons is maar tien procent man. Hoewel in Utrecht natuurlijk ook meer vrouwelijke studenten zijn, zie ik deze verdeling bij alle studentengroepen van Amnesty in Nederland. Kennelijk zijn vrouwen meer sociaal begaan dan mannen."

Christendom

Diep gewortelde aandacht voor de medemens vinden we bij de christelijke studentenvereniging S.S.R.-N.U. De vereniging ontplooit een waaier aan activiteiten, van de financiële adoptie van een Braziliaans kind tot aan het meehelpen bij de maaltijdvoorziening voor daklozen en portierzitten bij 24-uursvrouwenopvang. Ook deed S.S.R.-N.U. in oktober mee aan de actie 'Time to Turn' tegen misstanden in de chocoladehandel en de bananenteelt.

"Het leeft heel erg", zegt fiscus Wouter Beekhuis, ook lid van de ondervereniging Ignis die zich speciaal bezig houdt met goede doelen. Ignis zamelt geld in bij leden door bijvoorbeeld het verkopen van popcorn op een video-avond of glühwein met kerst. Beekhuis noemt het "een christelijke verantwoordelijkheid naar de maatschappij" om de sociaal zwakkeren te helpen. "Natuurlijk is het ook je verantwoordelijkheid als mens", vindt hij. "Maar het christendom is voor een belangrijk deel gestoeld op naastenliefde, daarom denk ik dat veel S.S.R.-N.U.-leden die verantwoordelijkheid zeker voelen. Bovendien heb je het als student financieel misschien vaak krap, eigenlijk heb je het wel heel goed. Het is daarom vooral leuk om iets praktisch te doen, in plaats van geld te geven."

Andere studentengezelligheidsverenigingen hebben hun ideële inspanningen meer geïnstitutionaliseerd: het hoort erbij, zogezegd. Alle verenigingen hebben wel een 'goede doelen'-commissie en zamelen jaarlijks duizenden euro's in voor diverse goede doelen in binnen- en buitenland. Zo haalden eerstejaars Unitas-leden dit jaar tijdens een collecte bijna 9000 euro op voor een fonds voor verstandelijk gehandicapten. Eerstejaars die geld inzamelen voor een goed doel is bij Unitas een jaarlijks terugkerende gebeurtenis. Rosanne Snijders, vice abactis van de senaat, legt uit waarom. "Aan de ene kant is het een manier voor de eerstejaars om elkaar te leren kennen, aan de andere kant zijn we bij een vereniging met zoveel mensen, dat het makkelijk is om iets goeds te doen voor mensen die het minder hebben dan wij."

Spontaan, de vereniging voor studenten die een verschil willen maken, houdt zich alleen bezig 'goede-doelenprojecten'. De vereniging bestaat nu anderhalf jaar en heeft 40 leden. Per maand komen er een stuk of twee bij, zegt secretaris Erik van Zuijdam. Spontaan was genomineerd voor de vrijwilligersprijs maar helaas buiten de prijzen gevallemn. In november hadden ze hun eerste benefietfeest en wel voor de Stichting Bosnische Toekomst: twee Bosnische gezinnen krijgen met de opbrengst weer een huis. Ook zijn ze genomineerd voor de

Liefdadigheid en feesten gaat bij studenten vaak hand in hand. Maar ach, wat is er mis met wat vrolijkheid rond het geven van geld? Neem Amerikanen, dat zijn gulle gevers. Per jaar doneren ze 240 miljard dollar aan goede doelen. Met gemiddeld 750 dollar per inwoner is dat drie à vier keer zoveel als in Nederland. En dat mag gevierd worden, schetst Charles Groenhuijsen, ex-Ubladverslaggever en voormalig Amerika-correspondent in zijn boek 'Amerikanen zijn niet gek'. "Scholen, kerken, musea, sociale hulporganisaties en politieke partijen maken er altijd iets leuks van. Het is geen anoniem girootje, nee, het zijn grote feestavonden."