Hardnekkig verdriet na afbreken zwangerschap
Dit concludeert verloskundige Marijke Korenromp naar aanleiding van haar promotieonderzoek aan het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Per jaar worden er ongeveer 550 zwangerschappen afgebroken vanwege een foetale afwijking. Eén op de vijf vrouwen en één op de twintig mannen vertonen na zeven jaar nog symptomen van posttraumatische stress.
Korenromp heeft in samenwerking met het UMC en de vakgroep klinische psychologie bijna duizend ouders benaderd na het afbreken van een zwangerschap. Ze volgde een groep ouders tot 15 maanden na de afbreking en legde een tweede groep ouders twee tot zeven jaar na hun besluit een vragenlijst voor.
Erg opvallend is volgens de promovenda dat maar 1 tot 3 procent van de ondervraagden spijt heeft van hun beslissing. Wel is er sprake van veel verdriet. "Ouders zien een afgebroken zwangerschap meer als een traumatische gebeurtenis dan als een verlies," legt Korenromp uit.
Vier maanden na het afbreken van de zwangerschap kampt 44 procent van de vrouwen met psychische problemen. Van hen heeft 17 procent hier na twee tot zeven jaar nog last van. Volgens Korenromp bemoeilijkt vooral de tegenstrijdigheid van het besluit de verwerking. "Het gaat om een gewenste zwangerschap. Maar op het moment dat je hoort dat je kind een afwijking heeft, besluit je toch dat het kindje niet zal leven. Het gevoel van de ouders staat dan vaak lijnrecht tegenover het verstand."
Een ongeboren kind met het syndroom van Down neemt volgens van Korenromp een aparte plaats in bij de problematiek van de zwangerschapsafbreking. Ouders geven hier duidelijk aan vaak niet alleen te handelen in het belang van het kind, maar ook uit eigen belang. "De gevoelens en motieven voor het afbreken van een zwangerschap waarbij het kindje Down heeft of een andere ernstige afwijking verschillen van elkaar, maar geven naderhand wel dezelfde mate van psychische problemen."
Ouders lopen meer kans op 'latere' problemen als ze aanvankelijk sterk twijfelden over het beëindigen van de zwangerschap en als ze de eerste vier maanden na de afbreking veel moeite hebben met de verwerking.
Het afbreken van de zwangerschap voor een kindje dat niet levensvatbaar was, lijkt wat minder problematisch te zijn dan een afbreking voor een baby die wel levensvatbaar zou zijn geweest.