'Ik ga rokers bewust uit de weg'

"Wat ga jij bestellen, een tosti of een pistolet?" vraag een roodharige studente in café De Vingerhoed aan haar vriendin die tegenover haar driftig zit te wapperen met een tijdschrift. Precies op het midden van hun tafel staat een klein bordje met daarop het alom bekende niet-roken logo. Een halve meter verderop blaast een grijzende man met grote gebaren dikke pluimen rook uit zijn pijp. De wolken die ontstaan, vermengen zich met de walmen van minstens vier andere brandende sigaretten. Vijf, wanneer ook de bardame er eentje opsteekt. Hoezo, rookvrije tafel?

Het zal ergens halverwege de jaren 90 zijn geweest dat Nederland door Postbus 51 werd bestookt met de slogan: 'Roken? We lossen het samen wel op'. Een nobel streven, dat zeker. Maar met naar schatting 30 procent verstokte zware rokers lijnrecht tegenover 70 procent fervente antirokers bleek er van samen oplossen weinig terecht te komen. Vliegtuigen, treincoupés, perrons, werkplekken - stukje bij beetje nam de overheid zelf het heft in handen wat betreft het rookbeleid. Maar als het aan de rokers ligt, is de strijd nog niet helemáál beslist.

"Ik vind het belachelijk dat ook maar wordt overwógen om een algeheel rookverbod in te voeren", zegt Joris (roker), tweedejaars Psychologie, met zijn armen pontificaal over elkaar geslagen. "Minister Klink kan nu wel roepen dat hij het rookverbod versneld wil invoeren - vanaf 1 januari 2008 als ik het goed heb - maar uit het feit dat het stappenplan totaal niet aanslaat, blijkt toch al dat er in Nederland geen behoefte is aan zo'n verbod? In een café kom je om lekker te ontspannen met een biertje en een sigaretje. Ik ga écht niet buiten staan roken - dan blijf ik wel thuis."

Studiegenoot Patrick (gelegenheidsroker) snapt wel dat niet-rokers ervan balen dat ze de hele avond in de rook van een ander moeten zitten. Maar een algeheel rookverbod? "Dan worden rokers wel heel erg in een hoekje gedrukt. Of ik rokers sukkels vind? Nee, wat is dat nou voor rare vraag. De overheid zou de horeca gewoon verplicht moeten stellen om een echt goede afzuiginstallatie in huis te hebben. Daarmee los je al een hoop problemen op." Nancy (niet-roker), eerstejaars Master Neuroscience and Cognition, lacht smalend om de wijze woorden van Patrick. "Ik heb tijdens het uitgaan of etentjes buiten de deur erg last van de rookgeur", benadrukt ze. "Je kleding ruikt ernaar en je kunt er kanker van krijgen." Maar het ergste van alles vindt ze nog wel dat veel rokers niet begrijpen dat hun gedrag erg lastig is voor niet-rokers. Matthijs (fel antiroker), tweedejaars CKI, knikt instemmend. "Mijn avond uit is een stuk minder geslaagd wanneer er wordt gerookt. Het is de enige reden voor het feit dat ik niet zo'n uitgaander ben. Wat de statistiek in het verleden ook beweerde, meeroken is schadelijk."

Matthijs ziet rokers als 'hele suffe losers'. "Roken zegt veel over het karakter van een persoon - over de manier waarop iemand in het leven staat. Die manier staat me totaal niet aan. Ik ga rokers bewust uit de weg en heb geen rokende vrienden." Dat het algehele rookverbod er moet komen, staat voor hem als een paal boven water. "Er zijn onderzoeken die aantonen dat een dergelijk verbod nauwelijks iets zal veranderen in de omzet van de horeca, want niet-rokers zijn al jaren in de meerderheid. Bovendien: Nederland kan toch niet achterblijven bij de rest van de wereld?"

Dan is iedereen blij, toch?

Oud-minister Hans Hoogervorst (VVD) had eigenlijk met de horeca afgesproken dat ze tot 2009 de tijd zouden krijgen om de sigaret terug te dringen. Toen ruim een half jaar geleden bleek dat er nauwelijks stappen waren ondernomen, dreigde Hoogervorst met een algeheel verbod. Blijkt dit voorjaar tijdens de tweede evaluatie van het stappenplan dat discotheken en cafés nog steeds ver achter liggen op schema, dan is de kans groot dat minister Ab Klink (CDA) tot een versneld algeheel rookverbod overgaat. De hoogste tijd voor de horeca om actie te ondernemen. Toch?

"Wij hebben nog niets gedaan en gaan ook niets doen", zegt Hermannus Stegeman (niet-roker), eigenaar van Hofman Café. "Het heeft geen enkele zin om een aantal rookvrije tafeltjes toe te wijzen als de mensen aan de tafel pal daarnaast wél mogen roken. Aan dat soort schijnregeltjes doen wij niet mee." Het algehele rookverbod kan wat hem betreft niet snel genoeg komen. "Als wij volledig rookvrij zijn, komen er misschien nog wel meer bezoekers naar onze activiteiten dan nu. Mensen gaan niet uit om te roken, maar om uit te gaan."

Eddy Schouten (roker), eigenaar van café 't Neutje is geen voorstander van een algeheel rookverbod. "Het lijkt me beter als er in alle cafés en discotheken rookvrije zones worden ingesteld zoals wij in 't Neutje hebben, dan is de keuze aan de gast zelf." Onzin, volgens Rien van den Hoek (roker), eigenaar van De Zaak. "Rookvrije zones hebben in cafés die minder dan vijftig vierkante meter tellen geen enkele zin. Iedereen staat daar toch omheen te roken." De oplossing volgens hem? "Verschillende maatstaven voor cafés, restaurants en discotheken."

Hij legt uit: "Als je in een restaurant zit, dan zie ik het belang van een rookvrije zone wel in. Wat betreft cafés zou ik er een voorstander van zijn om te zeggen: cafés beneden de honderd vierkante meter een goede afzuiginstallatie, grotere cafés een rookvrije ruimte en bij discotheken idem dito. Dan is iedereen blij, toch?" Komt het algehele rookverbod er toch, dan hoopt hij toestemming te krijgen voor een verwarmd of enigszins overdekt terras. "Maar ja, dan krijg je 's avonds natuurlijk weer klachten over geluidsoverlast."

In het SJU Jazzpodium wordt een rokersontmoedigingsbeleid gevoerd in die zin dat ze geen sigarettenautomaten hebben hangen, vertelt medewerker Maarten (niet-roker). "In de concertzaal mag bovendien niet gerookt worden, in het café wel." Hij verwacht dat in het toekomstige Muziekpaleis, waar het SJU Jazzpodium een plek in zal betrekken, een algemeen rookverbod zal gelden." En als het verbod eerder ingaat, moeten mensen dan buiten in de kou gaan roken? "Een echte roker zal zijn behoefte stillen", aldus Maarten. "Waar dan ook."

Wel of geen rookvrije tafels, sigarettenautomaten, verwarmd terras, goede afzuiging: het rookverbod geeft de horeca voldoende stof tot nadenken. Alhoewel, niet voor iedereen. "Het rookverbod? Daar zijn wij niet mee bezig. We hebben geen rookvrije plekken en ook nog geen enkel rookbeleid", zegt een medewerker van De Beurs. Ook Dirk van der Lee (niet-roker), bedrijfsleider van De Poort, breekt zijn hoofd er niet over. "Aan rookvrije plekken doen we niet, we zijn er sowieso niet echt mee bezig. In 2008 zal iedereen er gewoon aan moeten wennen. Dat is onvermijdelijk."

Op twee tafeltjes in café De Witte Ballons staan wél niet-roken bordjes. "We hebben twee van die kaartjes gekregen en als er aan die tafeltjes iemand wil zitten die niet rookt, dan mag dat", vat bedrijfsleider Anja Jacobs (niet-roker) samen. "Ik denk dat rokers als het verbod net is ingegaan misschien iets minder vaak een kroeg bezoeken, maar het is net als met de invoering van de euro: in het begin ben je er heel voorzichtig mee, maar je raakt er snel aan gewend. Wij kunnen hier wel heel eigenwijs blijven roken, maar dat levert je alleen maar een boete op."

Whisky met een goede sigaar

Of gezelligheidsverenigingen ook zullen moeten buigen voor het op handen zijnde rookverbod, kan uit het huidige stappenplan niet worden opgemaakt. Maar heel onwaarschijnlijk is dat niet. "De sociëteit van UMTC is in principe geen openbare gelegenheid", zegt Jochem (niet-roker), preses van UMTC. "Het pand is exclusief van en voor onze leden. Het is als het ware een schemergebied. De discussie hierover moet nog gevoerd worden. We wachten het rustig af. Tot die tijd is roken in onze sociëteit overal gewoon toegestaan."

Volgens Jochem staat een 'roker binnen zijn vereniging gelijk aan een niet-roker en vice versa'. "Als men zichzelf moet onderhouden in een verslaving, dan moet men dat zelf weten. Ongeveer 25 procent van onze leden steekt regelmatig een sigaret op. Het percentage dat sigaren rookt, ligt iets hoger, maar dat heeft niks met roken te maken. Sigaren geniet men. Niemand neemt er aanstoot aan. Over het algemeen wordt de sigarenrook als gezellig ervaren. We moeten er niet aan denken dat de traditie van een whisky met een goede sigaar verloren gaat."

Vise-preses Jochem van S.S.R.-N.U. (roker) deelt de mening van zijn naamgenoot. "Ik denk dat ook bij ons weinig draagvlak is om rookvrij te worden. We zijn een traditionele vereniging, dus de mannen zitten aan de sigaren en de vrouwen aan de lange sigaretten." Preses van UVSV Fleur de Vries (roker) heeft minder problemen met een algeheel rookverbod. "Ik vind het ondanks mijn eigen rookgedrag een goed initiatief. Ik ben in een aantal landen geweest waar het verbod al van kracht was en achteraf voelde ik me wel frisser dan na uitgaan in Nederland."

Wat opvalt is dat geen van de Utrechtse gezelligheidsverenigingen al een rookvrije ruimte, zone of zelfs maar tafeltje heeft binnen de sociëteit. "Omdat ikzelf niet rook heb ik me nog niet echt beziggehouden met het rookverbod in de horeca", zegt Willem, senator van het USC. "Ik vind wel dat mensen die roken dit gewoon moeten blijven doen zolang anderen er geen last van hebben." Rector Derek van Unitas (niet-roker) maakt het 'persoonlijk weinig uit of het verbod er komt'. Biton is de enige vereniging waar onlangs een handreiking naar de niet-roker werd gedaan. Preses Maartje (niet-roker): "De eerste sociëteitsavond van dit jaar was op proefbasis rookvrij. De reacties op die avond waren heel divers. Sommige rokers begrepen het erg goed, anderen vonden het een belemmering. Maar het merendeel van de bezoekers was erg enthousiast. Inmiddels hebben we een stemming gehouden onder de leden en daar is uitgekomen dat er eens in de veertien dagen een rookvrije sociëteitsavond komt."

Het moge duidelijk zijn: wat de verenigingen ook doen en wat de tweede evaluatie van de overheid ook zal zijn, het is onmogelijk om iederéén tevreden te stellen. "Toen de wet werd ingesteld om bejaardentehuizen rookvrij te maken, werkte ik in een café in een bejaardentehuis", vertelt Tim (niet-roker), tweedejaars Commerciële Economie. "De gezelligheid was in één keer weg, bewoners bleven op hun kamer zitten of gingen buiten staan en kwamen niet meer bij mij in het café. Datzelfde gaat straks ook gebeuren wanneer de kroegen rookvrij worden. Veel van mijn vrienden blijven dan liever thuis met een biertje, pakje pokerkaarten en een sigaretje erbij, want thuis 'mag' je tenminste nog roken!"

KADERS

Waarom een rookverbod?

De belangrijkste redenen zijn de bescherming van mensen tegen hart- en vaatziekten, kanker en de beperking van overlast veroorzaakt door rook. Zowel roken als passief meeroken is schadelijk voor de gezondheid. In 2003 werd bij 9000 mensen longkanker vastgesteld. De kans op overleven is 10 procent na vijf jaar. In lijn met de Europese regelgeving hebben vrijwel alle landen in de Europese Unie al een rookverbod voor publieke ruimtes en op de werkplek. De regelgeving eist verder dat alle horeca rookvrij moet zijn. Dit is al geregeld of op korte termijn gepland voor Zweden, Ierland, Noorwegen, Malta, Italië, Schotland, Engeland, België, Spanje en Frankrijk. In het coalitieakkoord van het nieuwe kabinet is afgesproken dat er ook in Nederland - in overleg met de sector - een rookverbod moet komen. Daarin wordt alleen een uiterste datum genoemd: voor 2011. Minister Klink wil het sneller regelen. Wettelijk gezien is het mogelijk dat hij het verbod naar 2008 haalt.

Grootverbruikers

In Nederland wordt vergeleken met andere landen relatief veel gerookt. 29 procent van de vrouwen steekt regelmatig een sigaret op tegen 36 procent van de mannen. Gemiddeld rookt 32,5 procent van onze bevolking. In België, Groot-Brittannië, Oostenrijk, Zweden en Portugal ligt het percentage rokers op respectievelijk 25, 27, 24, 19 en 13 procent. Grootverbruikers in sigaretten vinden we in Duitsland (36,5 procent rokers), Frankrijk (38 procent rokers) en Hongarije (36 procent rokers).