interview met Hans Jansen
"Mensen uit de krakersbeweging en zo zetten me neer als een halve fascist. Alleen omdat ik ook het kwade van de islam benoem. Dat mag niet, dat is niet politiekcorrect. Je mag van vanalles en nog wat de kwade kanten belichten, over scientology of Lou de Palingboer, maar blijf van de islam af! Dat vind ik niet kloppen. Zeker nu er vanuit de islam geen enkele gêne is om onze cultuur als kwaadaardig neer te zetten, vind ik tegenwicht noodzakelijk. Daarbij wil ik niet eens oordelen, maar alleen informatie geven, inlichtingen.
Wat in de Koran staat, stemt in veel gevallen niet overeen met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens of met de Nederlandse wet. Maar onder Nederlanders bestaat er een neiging om dit te willen verdoezelen. Niks ervan, roep ik dan. Als je een godsdienstige groepering in je land hebt met een grote aanhang, hoor je het zoet en het zuur van die godsdienst te kennen. Het zoet is bijvoorbeeld de gemeenschapszin. Het zuur is het gebrek aan vrijheid van meningsuiting. Het is niet mijn opdracht om deze kennis wereldkundig te maken, maar als iemand er mij naar vraagt, wind ik er geen doekjes om. Op het gevaar af als 'fascistoïde' uitgemaakt te worden.
Eigenlijk ben ik per toeval in dit maatschappelijke debat gerold. Ik kan me voorstellen dat het raar klinkt dat je als zeventienjarige de wens hebt om Semitische talen te bestuderen, maar niettemin raakte ik op het gymnasium op een gegeven moment enorm geboeid door de taalverwantschappen van de westerse talen. Daar kon ik uren op zitten puzzelen. Toen zei mijn leraar klassieke talen - toevallig ook een Janssen, maar dan met dubbel-s - dat die overeenkomsten in taalfamilies nog vele malen duidelijker waren in de Semitische talen, waarna ik inderdaad theologie, Bijbels Hebreeuws en Arabisch ben gaan studeren, eerst in Amsterdam en na mijn kandidaats in Leiden.
Tijdens die talenstudies was ik natuurlijk ook al intensief bezig met de islam, want veel van de Arabische teksten die ik moest bestuderen hadden daar betrekking op. Vervolgens ben ik me in toenemende mate gaan bezighouden met de islam en de integratieproblematiek van moslims voor zover die met hun godsdienst samenhangt. Want tsja, zoals met elke verliefdheid, zo hield ook mijn verliefdheid op die taalfamilies op, en ging de aandacht allengs veel meer uit naar de inhoud en de actualiteitswaarde van die teksten.
Ondertussen is het reuze handig dat ik die teksten kan lezen. Ik kom op congressen en discussies veel islamdeskundigen tegen, maar dat zijn dan vaak sociologen, die heel veel boeken hebben bestudeerd, maar geen enkel Arabisch boek. De Koran lezen in zijn oorspronkelijke taal, dat kunnen die mensen niet. Misschien dat dit ertoe bijdraagt dat er veel feiten omtrent de islam verhuld worden. Of dat de Koran op eenzelfde plan wordt gezet als de Bijbel. Maar dat zijn toch echt wezenlijk andere boeken. De Koran bevat krijgshaftige verzen die uitnodigen tot radicalisering, veel meer dan de Bijbel. Ook in de Bijbel, het Oude Testament met name, is de taal niet altijd even fris. Maar daarbij gaat het steeds om wensdromen: de gelovige zou willen dat God de vijand stukslaat als een stuk aardewerk. Maar in de Koran staat geen wensdroom maar een oproep om de ongelovigen te vernietigen.
Sommige PvdA-politici doen alsof dit niet waar is, alsof er helemaal geen dingen in de Koran staan die tot problemen kunnen leiden. Ik kan alleen maar zeggen: die politici zijn ofwel dom, ofwel lui - en waarschijnlijk allebei. Radicale moslims zijn geen nobele wilden. Het is een groep die zoiets als de Verlichting, maar vooral de Franse Revolutie, heeft overgeslagen. Gevoelig voor rangen en standen, weinig sociale mobiliteit, uiterst huidkleurgevoelig en dus racistisch, de mogelijkheden voor vrouwen beperkend... En toch blijven die politici die moslims maar idealiseren.
Dus ja, als je het mij vraagt: vanwege een radicalisering van de islam leven we in gevaarlijke tijden. Er zijn moslimactivisten die het niet goed met ons voorhebben. Ik schat dat zo'n twintig procent van de moslims extreem is, zo extreem dat ze zelfs Samir A. nog een watje vinden. Twintig procent is heel fanatiek bezig met te vernederlandsen. En de helft ongeveer weet niet precies wat ze wil. Het probleem is: die minderheid extremen gaat fortissimo door het leven, terwijl de groep die wil integreren zich uitermate pianissimo manifesteert. Die hoor je niet, die houden zich op de achtergrond, bang ook als ze zijn voor represailles. Dat is een groep die beschermd moet worden, waar de Nederlandse overheid haar nek voor moet uitsteken. Maar die hele discussie omtrent de bewaking van Ayaan Hirsi Ali, een van de weinigen die wel van zich liet horen, laat zien dat het tegenovergestelde aan de hand is. De regering laat haar in de kou staan. Schande, vind ik dat.
Hoe ga je om met die gevaarlijke tijden? Hoe stimuleer je integratie? Ik zou zeggen: hou het vooral basaal. Om het met Exodus XII.49 te zeggen: 'Enigerlei wet zij er voor de ingeborene en voor de vreemdeling.' We hebben een Nederlandse wet, en als je je daar niet aan houdt ga je de gevangenis in. Op het niveau van normen en waarden geldt hetzelfde: je praat met twee woorden en houdt de deur voor iemand anders open. Je gaat vanwege een groep onwillige immigranten de wet of je normenpatroon niet veranderen, zou ik zeggen. Dat in de Koran staat dat je je vrouw mag slaan dat zal wel, maar het hoort hier niet en dus doe je het niet. Je hoeft geen diepzinnige theologische discussies aan te gaan om die beperkte speelruimte die je hebt tussen wieg en kist een beetje aangenaam met elkaar op te vullen.
Misschien gaat het trouwens ondertussen iets beter - is de aandacht van de radicale moslims verlegd van aanslagen en terreur naar bewustwording. Soms krijg ik de indruk dat ze de wereld meer vreedzaam willen islamiseren. Ook al is die islamisering de inzet, het lijkt me winst dat er meer energie gegeven wordt aan bewustwording dan aan terreur. Maar dat neemt niet weg dat je altijd radicalen kunt tegenkomen die, geïnspireerd door Koranteksten, toch weer naar terreur grijpen.
Toch vind ik dat die discussie van onlangs, aangezwengeld door Geert Wilders, dat de Koran verboden zou moeten worden vanwege zijn license to kill die sommige radicalen erin lezen, nogal onzinnig. Voor onze wet is doden verboden. Door de inhoud van de Koran letterlijk te volgen, ben je al strafbaar. Dus hoef je het boek niet meer te verbieden. Temeer daar zo'n verbod wetenschappelijk natuurlijk al helemaal niet in de haak zou zijn.
Ik ben er niet bang voor dat mensen mijn betoog zien als anti-islam in het algemeen. Mensen zijn niet gek, snappen heus wel dat ik louter wijs op het gevaar van radicalisme. Door het celibaat of het condoomverbod te bekritiseren verketter ik toch ook niet de voltallige rooms-katholieke kerk? Het gaat mij om de zwarte kanten van de islam. Er is een percentage fanatiek anti, maar ook zeker een percentage prowesters, en dat gaat van zwart via grijs naar wit. Ik wil niet dat het zwarte verdoezeld wordt, zoals nu veelal gebeurt. Dat 'luidruchtige zwijgen' begrijp ik gewoonweg niet."
CV
Hans Jansen (64) studeerde theologie en Semitische talen aan de UvA, in Leiden en in Caïro. Hij promoveerde in Leiden en werd docent in Groningen. Tot 1982 was Jansen directeur van het Nederlands Instituut in Cairo. Daarna was hij docent Arabisch en islamkunde in Leiden. Sinds 2003 is Jansen bijzonder hoogleraar 'hedendaags Islamitisch denken' in Utrecht. Hij is columnist van HP/De Tijd en weekblad Opinio.
Streamer: 'Twintig procent van de moslims is zo extreem dat ze zelfs Samir A. een watje vinden'