Iraanse vluchtelingstudent Sander Terphuis: 'Ik voel me hier prima op mijn gemak'

Iraanse vluchtelingstudent Sander Terphuis: 'Ik voel me hierprima op mijn gemak'

Sander kreeg op zijn veertiende het idee dat hij uit Iran wildevluchten. Met zijn ouders en zussen heeft hij er nooit een woordover gesproken. Dat kon ook niet anders, vertelt hij. Ze zouden hetniet begrijpen en het zou te gevaarlijk zijn als er iemand wist vanzijn plannen. "Je hebt geen idee hoe de Iraanse samenleving inelkaar zit. Mensen zijn daar net robots. Vrijheid van meningsuitingbestaat er niet. En vanaf dat ik me kan herinneren hecht ik veelwaarde aan vrijheid en rechtvaardigheid. Ik heb ook opverschillende manieren geprobeerd me te verzetten tegen het Iraansesysteem. Maar vluchten was het enige dat ik kon doen. Hoe dan ookhad ik in Iran nooit kunnen studeren. Daar is studeren aan deuniversiteit namelijk alleen weggelegd voor de happy few die heelveel selectierondes weten te overleven en bovendien wat geld op zakhebben."

Eén van de weinige manieren om als jongere Iran uit tekomen, is de weg van de topsport. Door veel te trainen kwam Sandersteeds hogerop als professioneel worstelaar. Maar dan wel bij deselectie van visueel gehandicapten, want Sander ziet vanaf zijngeboorte maar vijf procent. "Eigenlijk was dat harde trainen al deeerste stap naar de vrijheid. Vrienden die ik kon vertrouwen haddengezegd dat een carrière als topsporter dé mogelijkheidzou zijn om het land te verlaten. Jongeren mogen in Iran normaalnooit het land uit. Dat ik visueel gehandicapt ben, heeft me watdat betreft alleen maar geholpen. Een plaats veroveren in detopsport is voor gehandicapten relatief gemakkelijker. Hoewel nogzwaar, natuurlijk. Maar door mijn wilskracht lukte het."

Ontsnappen

Toen Sander op zijn achttiende werd gevraagd mee te doen aan deparalympics in Assen, werd een droom werkelijkheid. Tijdens eenmiddagrust kon hij in het paralympics-kamp aan de strenge bewakingontsnappen die speciaal was meegekomen uit Iran om de selectie inde gaten te houden. Sander stapte vervolgens in eenspelersbus envroeg de chauffeur hem naar het dichtstbijzijnde NS-station tebrengen. Daar kocht hij een enkeltje Amsterdam, waar hij zichdirect meldde bij de vreemdelingenpolitie. Die namen hem inbescherming en hielpen hem onder te duiken totdat het Iraanseparalympicsteam het land uit was.

Na zijn vlucht volgde een doodsaai jaar voor Sander. Hij brachtzijn dagen door in afwachting van de goedkeuring van zijnverblijfstatus in een asielzoekerscentrum in Friesland. "Het is m'nslechtste jaar geweest. Ik voelde me alleen en onzeker omdat ikmoest afwachten wat er zou gebeuren. Toch heb ik er toen geenmoment spijt van gehad dat ik gevlucht ben. Ik heb toen ook m'nmoeder gebeld en haar verteld dat ik gevlucht was. Dat wasmoeilijk. Natuurlijk begreep ze er niets van. Ze wilde gelijk ietsregelen, zodat ik terug kon naar Iran. Maar ik wilde per seblijven."

Na het jaar in Friesland vertrok Sander naar Apeldoorn. Op hetrevalidatiecentrum Lo-erf voor visueel gehandicapten kreeg hijmobiliteitsles, hij leerde Nederlands en volgde via hetarbeidsbureau een beroepsopleiding voor administratief medewerker.Maar Sanders ambitie is het rechter te worden. Dus haalde hijversneld zijn vwo-diploma en ging daarna in Utrecht rechtenstuderen en in deeltijd filosofie. Daar werd hij lid van allerleistudentenverenigingen, ging weer sporten, werd parttime journalisten schreef veel gedichten. Bovendien maakte hij veel vrienden inhet Utrechtse studentenleven. "Ja, met die Hollandse saaiheid bleekhet achteraf heel erg mee te vallen", lacht hij.

Gezelligheid

Sander heet eigenlijk geen Sander. Hij liet zijn "voorNederlanders veel te ingewikkelde" Iraanse naam direct veranderentoen hij een verblijfsvergunning kreeg. Niet alleen beheerst hij nuhet Nederlands uitstekend, maar ook - en dat is volgens hem nogveel belangrijker - heeft Sander zich de "gevoelsmatige taal" vande Nederlanders eigen gemaakt. "Als buitenlander wordt je veelsneller geaccepeteerd als je iets van Nederlands gedrag engewoontes overneemt", zegt hij. "Ik hou van de Nederlandsegezelligheid. Gewoon met eenvoudige dingen het gezellig maken,bijvoorbeeld met een kerstboom. Als er in Iran iets gevierd wordt,moet het gelijk allemaal groots en duur."

"Mensen zeggen wel eens dat ik mijn achtergrond vergeet. Maardaar heb ik niets aan. Ik voel me hier prima op m'n gemak en wilgraag in de Nederlandse samenleving blijven. Ik heb dan misschienwel afstand gedaan van mijn ouders, maar ja, mijn vrijheid is mehet waard. Dat is zo fundamenteel."

Eind vorig jaar vroeg de Wetenschapswinkel Sander Terphuis eenonderzoek te doen in opdracht van de UAF (de Stichting voorVluchteling Studenten) naar de rechtspositie vanvluchtelingstudenten. Sander, natuurlijk begaan met het onderwerp,nam de opdracht graag aan. Hij ontdekte dat er veel ongelijkheidbestaat voor vluchtelingen die hoger opgeleid zijn. Hunbuitenlandse diploma's gelden vaak niet in Nederland. Dus als eenvluchteling in Nederland wil gaan studeren, krijgt die geenstudiefinanciering. In sommige gemeentes kan hij wel met behoud vanuitkering studeren, maar in andere weer niet. "Ik heb veelonderzoek gedaan. Het is een goed stuk geworden. En ik ben heelblij met het rapport. Het geeft me het gevoel dat ik iets vooranderen heb gedaan, want vluchtelingstudenten kregen nooit aandachtvan de politiek."

Vorige maand heeft Sander Terphuis zijn rapport aan ministerHermans aangeboden. In de tweede kamer is naar aanleiding van'Student of Schoonmaker' een vraag gesteld door de PvdA-fractie.Hermans wordt gevraagd te reageren op de geschetste problematiek.Hij zal dat donderdag 13 januari doen.

Dit jaar doet Sander weer mee aan de paralympics, die deze keerin Sydney worden gehouden. Hij zal nu niet meedoen als worstelaar,maar met goalbal. Een spel met een doel van negen meter waar je eenbal die geluid maakt in moet gooien. Dit keer gaat hij alsNederlander en zal hij dus niet het kamp hoeven ontvluchten.

Joyce Vanhommerig