Lange halen snel thuis

Roeitalent Sjoerd Hamburger staat met beide voeten op de grond

Sjoerd Hamburger woont waar veel Utrechtse toproeiers wonen: in Lunetten. Ver van de verlokkingen van de binnenstad en lekker dicht bij de loodsen in Hoograven. In zijn ruime kamer plooit hij zijn twee meter lange lijf in een fauteuil. Een felblauwe kledinghoes met opschrift Barsoi wordt even opzij geduwd. "Op maat gesneden, maar nog nooit gedragen", licht hij later toe. En lachend. "In eerste instantie vroeg ik die man in de winkel of hij een pak had dat past bij mijn bruine schoenen. Dat vond-ie geloof ik een beetje rare vraag."

De 21-jarige Orca-roeier is een no nonsense type. Beide voeten (maatje 51) staan stevig op de grond. Dat heel roeiend Nederland er inmiddels van overtuigd is met de Utrechtse student goud in handen te hebben en hem aanwijst als de grote favoriet in de verkiezing 'roeitalent van het jaar' van een vooraanstaand roeitijdschrift, probeert hij uit alle macht te vergeten. "Wat moet ik ermee dat ik word neergezet als de grote hoop voor de toekomst? Energie krijg ik er niet van, integendeel. Ik bedenk me elke keer weer dat ik alleen maar bezig ben met mijn hobby. En daar moet ik vooral zelf plezier aan beleven."

Toch toont Hamburger zich ook gevleid door de belangstelling. Met enthousiasme en enige trots kijkt hij terug op het opmerkelijke jaar dat achter hem ligt. En dus vertelt hij over zijn winst bij het Nederlandse Kampioenschap in april, toen hij in zijn eerste twee kilometerwedstrijd in de skiff (voor leken: een eenpersoons roeiboot, xb.) de gedoodverfde Athene-ganger Dirk Lippits deklasseerde. "Iedereen riep plots dat Hamburger naar de Spelen moest; een enorme verrassing." Ook het telefoontje uit Athene deze zomer van Mark Emke, coach van de Mannen Acht, blijft natuurlijk niet buiten beschouwing. "Ik was met wat vrienden bij de UIT-dagen toen Mark me belde. Diederik Simon was van zijn fiets gevallen en ik moest me gereed houden om af te reizen naar Griekenland."

Uiteindelijk werd het een spannend verhaal van 'net niet'. Lippits wist Hamburger in de beslissende strijd om kwalificatie voor de Spelen te verslaan en Diederik Simon herstelde net op tijd. "Natuurlijk was het kut dat het uiteindelijk niet doorging. Maar het was mijn eerste jaar in de skiff. Mijn doel was op het WK-onder-23 een medaille te halen. Dat lukte, ik won brons. Daarmee was mijn seizoen al geslaagd. De Olympische Spelen zouden de slagroom op de taart zijn geweest."

Friesland

Wat goed is, komt snel. Dat geldt zeker voor Hamburger die in 2001 begon met roeien bij Orca en binnen drie jaar naar de nationale top reikte. Van planning of ambitie is echter nooit sprake geweest, meent de vierdejaars ASW-student. Dat hij ging roeien is uiteindelijk een gelukkige toevalstreffer geweest. Toch weet hij dat hij de schijn tegen heeft. "Mijn vader studeerde in Utrecht diergeneeskunde en mijn moeder aan de lerarenopleiding. Ze waren allebei lid van voorlopers van het huidige Orca. In die tijd hebben ze elkaar ontmoet. En ook enkele neven en nichten zijn lid geweest. Maar voor mij was het helemaal niet zeker dat ik ging roeien. Ik was er niet eens van overtuigd dat ik in Utrecht wilde studeren. Ik heb eerst goed rondgekeken in andere universiteitssteden. En toen ik eenmaal voor Utrecht had gekozen, ben ik ook gewoon bij USC en Veritas gaan kijken. Maar Orca was gewoon mijn plek."

En waar komt dan die brute oerkracht vandaan die volgens kenners ten grondslag ligt aan zijn roeisuccessen? Hamburger beperkt zich tot: "Ik ben groot en ik heb de steeds zwaarder wordende trainingen goed weten te doorstaan. Blessures heb ik bijvoorbeeld nog nooit gehad.

Verder is het raden. "Vanuit mijn dorp Oldeberkoop naar mijn school in Oosterwolde moest ik 15 kilometer fietsen, heen en terug. Maar eerlijk gezegd lijkt het me onzin om te denken dat ik door dat soort zaken nu hard roei. Ik heb ook allesbehalve een indrukwekkende sportieve achtergrond. Ik deed alleen aan korfballen. Dat doen alle jongens in Friesland."

Het woord Friesland is gevallen. Wie de website van Hamburger leest of surft naar eerdere interviews, ziet dat het een terugkerend thema is. Hamburger is een Fries. Glimlachend reikt hij naar een blik Wilhelmina Pepermunt met de Friese vlag als opdruk. "Hier bewaar ik mijn medailles in. Dat zegt misschien wel iets. Hoewel ik een hele fijne plattelandsjeugd had, had ik nooit iets speciaals met dat Fries zijn. In de Stellingwerven, het gebied waar ik woonde, wordt niet eens Fries gesproken. Dat gevoel van", hij aarzelt, "trots kwam pas op toen ik in Utrecht ging wonen. En helemaal toen ik mijn eerste roeisuccessen had behaald. Om de haverklap heb ik nu bijvoorbeeld Radio Friesland aan de lijn hangen. Mede daardoor word ik nu vaak gepresenteerd als roei-Fries. Ik vind dat eigenlijk wel mooi. Klaarblijkelijk moet je eerst ergens afstand van nemen om de aantrekkingskracht ervan te zien."

Olympische Spelen

De Friese media zullen Hamburger zeker in de peiling houden. Misschien nog niet tijdens de Varsity, de traditionele vieren-race tussen studentenroeiverenigingen, waarvoor Orca de grote favoriet is, maar zeker tijdens de grote kampioenschappen waar hij dit jaar kans op maakt. "De Varsity is fantastisch. De overwinning vorig jaar was onvergetelijk, je bevindt je in een pandemonium van licht en geluid. Winnen voor een stad en je club is dus heel mooi, maar sportief mik ik meer op het WK-onder-23 dat in juli in Amsterdam wordt gehouden. En als ik heel goed presteer, zou ik misschien naar het echte WK in Japan kunnen. Maar dat is erg duur en er is ook voor het toproeien steeds minder geld."

Een gerucht dat hij samen met concurrent Dirk Lippits een tweemansboot wil vormen, is volgens Hamburger voorbarig. "Voorlopig richt ik me op de skiff. Maar het is logisch om te denken dat het met de twee beste skiffeurs misschien nog harder gaat. We hebben nog niet samen getraind, maar ik denk dat we het zeker een keer moeten proberen."

De vraag naar Peking en de Olympische Spelen over vier jaar laat Hamburger zuchten. "Natuurlijk zou het mooi zijn om daar de Olympische Spelen te mogen meemaken, maar het is nog zo ver weg. Misschien vind ik het roeien wel niks meer tegen die tijd."

Op de korte termijn is het adagium: veel kilometers maken en veel krachttraining. In de wintermaanden moet Hamburger de basis leggen voor het roeiseizoen dat loopt vanaf april tot en met de zomer. In december deed hij mee met het EK-indoorroeien, een belangrijk meetmoment. Kotsend hoorde hij dat hij had gewonnen. "Ik sta er dus goed voor."

Alles bij elkaar is Hamburger op dit moment, zo schat hij, zo'n veertig uur per week zoet met zijn sport. Weinig tijd voor studie en leuke dingen dus? "Nou, dat valt wel mee. Met mijn studie loop ik nog helemaal nominaal. En echt niet omdat ik nu zo'n enorme plannings- of controlfreak ben. Ik probeer gewoon alle colleges te volgen. En verder weet ik dat ik een beetje op tijd moet beginnen met het leren van tentamenstof. Veertig uur is nog geen twee dagen. Er blijft dus nog genoeg tijd over naast het roeien."