Liefde = samen je proefschrift verdedigen
Gynaecoloog Steven Schraffordt Koops (1966) en partner huisarts-in-opleiding Pien van Brummen (1976) promoveren op 14 juni allebei op een gynaecologisch onderwerp. Woensdag verdedigt Van Brummen om drie uur haar proefschrift waarin ze stelt dat het hebben van ongewild urineverlies tijdens de zwangerschap een voorspellende waarde heeft voor dezelfde klachten erna. Vijf kwartier later mag haar partner uitleggen dat het spannen van een kunststof bandje onder de urinebuis van vrouwen met ongewild urineverlies een zeer effectieve ingreep is.
Hoe is deze gynaecologische combinatie ontstaan? "Ik had Pien wel eens gezien bij gynaecologie in het toenmalige AZU, waar zij indertijd werkte", vertelt Schraffordt Koops. "We zijn elkaar pas echt tegengekomen op een groot internationaal congres in Italië, daar hielden we allebei een voordracht. En behalve vluchtig in de wandelgangen hebben we daar wat uitgebreider contact gemaakt. Dat is nu drie jaar geleden."
Op dezelfde dag promoveren klinkt romantisch, maar het is ook erg praktisch, vertelt Van Brummen. "Ik was eigenlijk iets eerder klaar, dus we hadden de show twee keer kunnen opvoeren. Nu kunnen we alles combineren: receptie, feest, diner. Eén telefoontje naar de pedel was genoeg om het te regelen. Natuurlijk is het ook erg leuk, mede omdat we dezelfde promotor hebben."
"Het is een redelijk drukke tijd, met twee promoties, twee banen en een kind", zegt Schraffordt Koops met gevoel voor understatement. "Maar het is goed te managen, een kwestie van ver vooruitdenken en hulp van familie."
In haar proefschrift weerlegt Van Brummen de heersende opinie dat plasklachten na de bevalling voornamelijk ontstaan door de bevalling. "Het blijkt dat vrouwen die dit soort klachten al voor de bevalling hebben, een groot risico lopen op klachten één jaar erna. Het maakt dan niet uit hoe de bevalling is verlopen."
Van Brummen onderzocht ook of het seksleven na de zwangerschap te lijden heeft van een gewone bevalling. Veel mensen, ook veel artsen, denken dat dit zo is. Een keizersnede zou dit kunnen voorkomen, wat in de Verenigde Staten wordt samengevat als: 'Preserve your love channel, take a caesarean'.
"Deze stelling is onjuist", stelt Van Brummen resoluut. "Wij hebben gevonden dat mensen die vóór de bevalling al ontevreden zijn over hun seksleven, dat erna nog steeds zijn. En mensen die van tevoren wél tevreden zijn, zijn dat na de bevalling nog steeds! We vonden geen verband tussen natuurlijke bevallingen of keizersnedes en de tevredenheid over het seksleven na de eerste bevalling."
Overigens heeft Van Brummen besloten huisarts in plaats van gynaecoloog te worden, ze zag de werkdruk van de verloskunde, met name 's nachts, niet zitten. "Bovendien zie je als huisarts een veel gevarieerdere patiëntengroep,van jong tot oud, man en vrouw. Dat spreekt me erg aan."
Schraffordt Koops ging wel verder op de ingeslagen weg. Hij werkt nu als gynaecoloog in het Meander MC in Amersfoort. Zijn promotie draait om vrouwen met ongewild urineverlies bij bijvoorbeeld hoesten, lachen of niezen. Ongeveer een kwart van alle vrouwen tussen de 35 en de 70 heeft daar last van. Het spannen van een kunststof bandje onder de urinebuis kan deze klachten vaak verhelpen.
Het is een techniek die eind jaren negentig in Zweden is ontwikkeld en in Nederland is geïntroduceerd door de Tilburgse gynaecoloog H. Vervest, de begeleider van Schraffordt Koops. De promovendus die de operatie inmiddels honderden keren heeft verricht, analyseert in zijn onderzoek de effectiviteit ervan. Het blijkt dat van de ruim 800 vrouwen die de ingreep ondergingen, drie jaar later de overgrote meerderheid nog steeds zeer tevreden was.
De operatie zelf is bovendien nauwelijks belastend en de meeste vrouwen die geen andere bekkenbodemklachten hebben waar ze aan geholpen moeten worden, kunnen kort na de ingreep weer naar huis. Het plaatsen van het bandje gaat namelijk via een zogeheten sleutelgatoperatie waarbij maar drie kleine sneden gemaakt hoeven te worden.
Opvallend aan het ongewilde urineverlies is dat veel vrouwen het helemaal niet als afwijkend ervaren, zegt Schraffordt Koops. "Dat komt voort uit schaamte en gebrekkige of afwezige voorlichting. Daarnaast geven moeders aan dochter door dat deze klachten horen bij het ouder worden en bij het kinderen krijgen. Dat is jammer, want we kunnen deze vrouwen heel goed helpen met deze ingreep."