Machomannen en de wetenschappelijke carrière van vrouwen

'De functie van hoogleraar is tegenwoordig een curieuze mengeling van beheerder-, bestuurder- en bevelhebberschap. Opererend vanuit zijn grauwe kantoorcel moet Bernt Brakhoven elke dag opnieuw beslissen wie er waar en wanneer buitenspel gezet moet worden.'

Filosofe, essayist en romanschrijver Joke Hermsen schetst in haar derde roman 'De Profielschets' op enigszins hilarische, maar ook venijnige wijze de perikelen rond een hoogleraarsbenoeming en daarmee de sfeer binnen de vakgroep filosofie. Hermsen kent de academische wereld. De filosofe promoveerde aan de Universiteit Utrecht en was tot 2000 als onderzoeker verbonden aan de faculteit Wijsbegeerte van de Universiteit van Tilburg.

In haar boek staat de benoeming van een hoogleraar bij de vakgroep wijsbegeerte van de UvA centraal. Bernt Brakhoven, hoogleraar fenomenologie en onderzoeksdirecteur van de vakgroep belegd een vergadering met het wetenschappelijk personeel om na maanden geruzie de profielschets voor de nieuwe hoogleraar vast te stellen. Conclusie is dat het voor alle partijen beter is als er een vrouw wordt benoemd. De vergadering wordt echter gekenmerkt door gekonkel, persoonlijke belangen, politieke spelletjes en richtingenstrijd tussen hegelianen, heideggerianen, ethici, etc. Ze gunnen elkaar het licht in de ogen niet en buitelen over elkaar heen.

Brakhoven leidt de vakgroepsvergadering maar heeft zo z'n eigen belang bij de komende benoeming. Hij wil de profielschets toeschrijven naar zijn minnares, de Italiaanse Laura Briagotti.

Vrouwen die in aanmerking willen komen voor een functie bij Brakhoven doen er altijd goed aan om het bed te delen met de rokkenjager of om er voor te zorgen dat hij een oogje op je krijgt. Hij heeft vele heftige kortstondige buitenechtelijke relaties.

Zijn vrouw Ella weet er alles van. De enige reden dat ze nog samen zijn is omdat ze een zoon delen. Ella is depressief en werkt al zes jaar aan haar dissertatie in hun nieuwbouwhuis in de polder. Bernt woont door de week in zijn Amsterdamse grachtenpand.

Naast Brakhoven en Ella is een andere hoofdrol weggelegd voor onderzoekster Det van Vliet. Ze droomt al twaalf jaar van een wetenschappelijke carrière, maar heeft tot nu toe alleen tijdelijke aanstellingen gehad. Ze behoort niet tot de innercircle van Bernt, maar werpt zich in de bewuste vergadering als kandidaat op.

Als je Joke Hermsen mag geloven, is de spanning in jong, filosofisch Nederland te snijden. Doordat er steeds minder vacatures zijn en steeds meer proefschriften heeft dat geleid tot een 'blijf zitten waar je zit en verroer je niet cultuur'. Wil je erbij blijven horen, dan moet je flink met de trom slaan en de juiste relaties aanknopen. Voor Det van Vliet is dat een probleem. Ze zegt dan ook, dat 'er niemand is, zelfs in Noordoost-Groningen niet, die op haar voordrachten zit te wachten'.

Als je denkt dat Joke Hermsen voor de overdrijving kiest om benoemingsperikelen aan de kaak te stellen, dan heb je het mis. Vorig jaar meldde het Amsterdamse universiteitsblad Folia over een onverkwikkelijke affaire binnen de vakgroep filosofie bij de voordracht van Paola Marrati als meest geschikte kandidaat voor de leerstoel filosofie van de kunst door hoogleraar metafysica Hent de Vries. Saillant detail: De Vries en Marrati delen het bed met elkaar. Toen dit bekend werd, trok De Vries zich terug uit de commissie, maar bleef volgens het Amsterdamsch Studentenweekblad Propria Cures actief achter de schermen. Marrati werd ondanks protesten vanuit de faculteit aangenomen. Na acht maanden, nog voor Marrati haar oratie had gehouden, vertrokken de geliefden naar de universiteit van Baltimore, nog steeds verbaasd over 'zoveel uitgemeten domheid, paranoia en ressentiment.'

Fictie of feit

Filosofe en auteur van het boek Joke J. Hermsen:

"Ik heb zo'n twaalf jaar aan drie universiteiten (UvA, UU en UvT) gewerkt en zulke drieste avonturen meegemaakt, dat ik bij mijn vertrek aan de Tilburgse faculteit Wijsbegeerte in 2000 dacht: 'hier schrijf ik ooit een boek over'. Maar voor je in staat bent om over die belevenissen te schrijven, moet je afstand hebben genomen.

"Directe aanleiding om daadwerkelijk te gaan schrijven, was een krantenbericht van enkele jaren geleden waarin stond dat een Amsterdamse hoogleraar voor de derde keer z'n liefje benoemd wist te krijgen op een post binnen een universiteit, eerst als postdoc, later als hoogleraar. Ik wist van die affaire, werd onder andere op de hoogte gehouden door enkele van zijn medewerkers aan de UvA en had zelf ook ooit met deze hoogleraar te maken gehad. Het wrange is, dat de hoogleraar in kwestie, ondanks het schandaal rondom de benoeming, toch gewoon z'n zin heeft gekregen.

"In Tilburg, waar overwegend mannen werken aan de filosofiefaculteit heb ik veel strijd moeten leveren, zowel inhoudelijk als sociaal, een strijd die ik uiteindelijk verloren heb. Het begon toen ik als postdoc zwanger was en ik niet met zwangerschapsverlof mocht. Dat is een enorme toestand geworden, waar toenmalig collegevoorzitter Yvonne van Rooy een oplossing voor heeft moeten bedenken, door mij fictief bij een andere faculteit aan te stellen. Met zo'n akkefietje maak je natuurlijk geen vrienden. Maar daarbij bleef het niet. We hadden binnen de faculteit een politiek filosofisch programma en ik vond dat Hannah Arendt daarop niet mocht ontbreken. Mij werd toen letterlijk voor de voeten gegooid, 'dat is geen filosofe, maar een eh... vrouw.' Na veel gedoe is Arendt uiteindelijk wel in het onderzoekprogramma gekomen, maar daar bleef het bij. Geen andere vrouwelijke auteurs of docenten waren blijkbaar de moeite waard.

"Mijn carrière in de wetenschap is uiteindelijk geëindigd, doordat ik een tweede postdocplaats niet kreeg. Ondanks de hoge beoordelingen die de referenten van NWO voor mijn aanvraag hadden gegeven. Een commissielid zocht een baantje voor zijn liefje. Ja, zo gaat dat dus. Ik ontdekte dat overigens pas jaren later.

"Ik heb inmiddels m'n plek wel gevonden. Toen ik Tilburg verliet, was mijn debuutroman al verschenen en heb ik me volledig op het schrijven gericht; ook van filosofische essays, zoals 'Heimwee naar de mens'. Wat ik mis is met name het lesgeven, dat heb ik altijd met veel plezier gedaan. Ook het onderzoek ligt me na aan het hart, maar net als mijn alterego Det in 'De Profielschets' heb ik ervaren dat inhoud blijkbaar niet telt. Je moet aan de leiband lopen van degenen die de macht hebben.

"Het boek is ten dele een subtiele wraakactie en ook een soort van 'J'accuse', maar het is en blijft toch vooral een product van de verbeelding. Het is wel verbluffend hoeveel reacties ik uit de universiteit krijg van vooral vrouwen, maar ook mannen, die roepen: 'het is hier precies hetzelfde'. Dan hebben ze het niet alleen over liefjes of vriendjes die benoemd worden, maar ook over de machtspelletjes die worden gespeeld."

Mediëviste, geaffilieerd onderzoeker aan de Letterenfaculteit en Volkskrantrecensente Clara Strijbosch:

"Mijn wetenschappelijke carrière kun je vergelijken met die van Det van Vliet uit 'De Profielschets'. De dertien jaren na mijn afstuderen in 1987 werden gekenmerkt door tijdelijke aanstellingen: wetenschappelijk assistent, oio, postdoc nog een keer postdoc, drie jaar onderzoeker bij de KNAW. In 2000 hield het op toen de directeur van de onderzoekschool geen plek meer voor mij had, hoewel ik cum laude was afgestudeerd en gepromoveerd. Ook twee vidi-aanvragen bij NWO hadden geen resultaat.

"Daarom vind ik het boek van Joke Hermsen ook zo herkenbaar. Ik voel me zelden gediscrimineerd als vrouwelijke wetenschapper, maar ik denk toch dat het wel subtiel aanwezig is. Laatst organiseerde ik als onbezoldigd onderzoeker een middag met mediëvisten. Een hoogleraar sprak me aan en zei 'Goh, ga jíj dit voorzitten?'

"Ik kan me Dets positie goed voorstellen. Net als zij wil ik ook puur met wetenschap bezig zijn en niet met spelletjes. Ik hou gewoon niet zo van besturen. Dat vrouwen zo slecht vertegenwoordigd zijn binnen de wetenschap heeft volgens mij te maken met de universitaire traditie. Om die te veranderen, zie ik positieve discriminatie als oplossing. Bij alle bezuinigingsronden die de faculteit de afgelopen jaren heeft doorgemaakt, zijn vrouwen vaak het slachtoffer, omdat juist vrouwen vaak de tijdelijke banen hadden.

"Over mijn eigen toekomst maak ik me geen zorgen. Toen ik in 2000 op straat kwam te staan, was ik behoorlijk gefrustreerd. Na een jaar besloot ik niet meer aan universiteiten te solliciteren, omdat ik al was wat ik wilde worden, namelijk wetenschapper. Nu geef ik geregeld les aan universiteiten en publiceer in vaktijdschriften."

Anne-Marie van Gijtenbeek, coördinator van het Vrouwennetwerk van de UU:

"Ik vond het een grappig boek en niet zo heel erg verzonnen. Het is natuurlijk wel een clichéplaatje, maar een goed getroffen karikatuur. Het gaat wél op. Het verhaal speelt zich af bij filosofie die overwegend uit mannen bestaat.

"De boodschap van Hermsen is duidelijk: wetenschap is soms meer gericht op ego's en macht dan op inhoud. De filosofie is daar heel gevoelig voor en is vanouds ook inhoudelijk door mannen gedomineerd. Veel filosofen zijn bovendien seksistisch in leven en/of werk. Plato, Aristoteles, Hegel, Nietzsche en Schopenhauer bijvoorbeeld."

"De tijd van achterkamertjespolitiek bij benoemingen is wel minder aan het worden. Tegenwoordig moeten faculteiten meer verantwoording afleggen voor aannamebeleid, maar de macht van decanen is nog steeds groot. "

"Dit boek is één van de weinige dat zich binnen de muren van een universiteit afspeelt. Het kan nooit kwaad het eens te lezen; al is het maar om te zien hoe het niet moet."

Ria van der Lecq, docent middeleeuwse filosofie en onderwijsdirecteur van de opleiding liberal arts and sciences:

"Ik vind het boek geen aanrader. De personages zijn plat en de passages zetten je niet aan het denken, zoals David Lodge dat bijvoorbeeld in dit genre wel doet. Zijn boeken zijn veel scherper en humoristischer. Toch kreeg ik wel een déja-vu-gevoel toen ik het las. Ik werk al 25 jaar bij de faculteit Wijsbegeerte van de UU en kan me uit een grijs verleden nog de vergaderingen herinneren, waarin mensen, net zoals in 'De Profielschets' werden geïntimideerd. Dat is nu anders. Doordat een aantal met pensioen is gegaan en er een wisseling van de wacht is geweest, is de sfeer binnen de faculteit een stuk aangenamer geworden.

"Machtsspelletjes vind ik wel typerend voor de universiteit, maar niet alleen vrouwen zijn daarvan het slachtoffer. Universiteiten zijn moeilijk te sturen, daar ligt volgens mij een verklaring voor dergelijk gedrag. Ik geloof niet dat het ook iets typisch is voor filosofen,. Hermsen is een feministe, dat maakt het lastig. Met feministische opvattingen moet je hier niet aankomen. Goede vrouwelijke filosofen komen toch wel aan bod in het onderwijs. Het feminisme past niet bij de cultuur van de Utrechtse filosofiefaculteit. Wij zijn wat traditioneler in onze onderwerpskeuze.

"Dat er in ons land relatief weinig vrouwen carrière in de wetenschap maken, heeft vooral te maken met deeltijdwerken waardoor ze minder in de gelegenheid zijn om te publiceren. In de VS, waar de meesten van mijn vrouwelijke collega's wonen, werken de wetenschappers hoofdzakelijk fulltime. In ons land hebben we een andere werkhouding. Als je niet kiest voor een kinderloos bestaan, moet je geduldiger zijn. Ik ben nu 54, de kinderen zijn de deur uit en ik kan me volledig concentreren op de dingen die ik graag wil doen in mijn werk. Na je 35ste ben je niet afgeschreven.

"Ik zou het goed vinden als de universiteit expliciet positieve actie voert om meer vrouwen in dienst te krijgen, maar dan moet het onderzoek van degene die solliciteert natuurlijk wel passen binnen het programma van de faculteit."

KADER

Vrouwen in wetenschap

De vertegenwoordiging van vrouwen in wetenschappelijke functies aan de Nederlandse universiteiten is anno 2005 nog steeds bedroevend laag. Nederland sluit de rijen in Europa qua aantallen. Vooral vrouwen in hogere wetenschappelijke functies (UHD, hoogleraar) zijn ernstig ondervertegenwoordigd. De jaarlijkse Glazen Plafond Index (zie kader), geeft aan hoe lastig het is voor vrouwen om door te stromen naar hogere functies.

Glazen Plafond Index Universiteiten 2003

Universiteit van Amsterdam2,4

Rijksuniversiteit Groningen2,5

Universiteit Utrecht2,6

Radbout Universiteit Nijmegen2,6

Universiteit Maastricht3,1

Universiteit Leiden3,3

Wageningen Universiteit3,3

Universiteit Twente3,4

Universiteit van Tilburg3,9

Vrije Universiteit Amsterdam4,1

TU Delft4,7

Erasmus Universiteit R'dam5,3

TU Eindhoven10,1

De Glazen Plafond Index wordt bepaald door het percentage vrouwelijke aio's en ud's te delen door het percentage vrouwelijke uhd's en hoogleraren. Een GPI 1 betekent dat er geen verschillen in doorstroom zijn tussen vrouwen en mannen. Hoe hoger de score hoe dikker het glazen plafond.

(Bron: Pandora, tijdschrift voor het vrouwennetwerk van de UU)

Win een boek!

'Werken met mannen.....een vreselijke ervaring

Heb je ook een Bernt Brakhoven in je directe werkomgeving of herken je de machtsspelletjes die worden gespeeld voor een postdocplek of een hoogleraarschap. Schrijf je ervaringen op in maximaal 500 woorden en stuur het voor 22 februari naar redactie@ublad.uu.nl. Onder de inzendingen worden vijf exemplaren van 'De Profielschets' verloot.De beste inzending wordt in het Ublad geplaatst, de winnende tekst wordt samen met de overige inzendingen gepubliceerd op Ublad Online (www.ublad.uu.nl).