Minder vrouwen in universitaire topfuncties

“Man, doe er wat aan!”, luidt de wanhopige oproep op twee posters van het Maastrichtse Centrum voor gender en diversiteit. Het Centrum verspreidt die posters jaarlijks rondom Internationale Vrouwendag (8 maart). De eerste poster maakt in één oogopslag duidelijk dat het aantal vrouwelijke collegebestuurders van universiteiten momenteel drie bedraagt, één minder dan in 2007. Bovendien zijn slechts zeven faculteitsdecanen en drie directeuren van onderzoeksscholen vrouw. In 2007 bedroeg hun gezamenlijke aantal nog dertien. Samen bezetten vrouwen nu 5,5 procent van de 231 strategische topposities in de wetenschap.

De poster ‘Gelijke beloning m/v?’ versterkt het teleurstellende beeld nog eens: naarmate de salarisschaal stijgt, slinkt het aandeel vrouwen dat zoveel verdient naar een magere vijf procent. De Universiteit van Amsterdam telt relatief de meeste goedverdienende vrouwen.

De digitale posters zijn te zien op www.genderdiversiteit.nl en op www.vrouwenwetenschap.nl, een vandaag gelanceerde nieuwe website die in opdracht van het ministerie van OCW ontwikkeld is. Minister Plasterk noemde het dit najaar in zijn emancipatienota essentieel dat universiteiten meer vrouwen in topposities benoemen. Hij wil universiteiten aan de schandpaal nagelen die daar onvoldoende in slagen.

De bewindsman trekt jaarlijks 2 miljoen euro uit voor het Aspasia-programma van NWO voor getalenteerde vrouwelijke wetenschappers. Ook steunt hij onderzoek naar ‘gendermechanismen’ in de wetenschappelijke gemeenschap.

HOP