Moeilijke studies sneller afgerond

Van alle vwo'ers die aan een (voltijdse) exacte of medischestudie beginnen, haalt meer dan 80 procent een universitair of hbo-diploma. Slechts vijftien tot twintig procent stopt met studeren.Bij alfa's en juristen is het uitvalpercentage twee keer zo groot:een op de drie studenten haakt er tussentijds af.

Ook het tempo van degenen die wèl de eindstreep halen, ligtbij de exacte opleidingen hoger. Medici hebben gemiddeld na ietsmeer dan vijf jaar hun diploma, bèta's en landbouw-ingenieurszijn ruim binnen zes jaar klaar. Juristen en alfa's hebben nogzeven maanden meer nodig. Alleen techniekstudenten doen er nog ietslanger over, maar hun studieduur is sinds ook officieel met eenjaar verlengd. De paradox lijkt te verklaren met resultaten uitrecente enquêtes over tijdsbesteding van studenten. Juristen,alfa's en gamma's steken minder dan dertig uur per week in hunstudie. Exacte studenten komen dicht bij de veertig uur. Hunmotivatie, plus het grotere aantal 'contacturen', staat kennelijkgarant voor meer inzet.

Opmerkelijk is verder dat vrouwelijke studenten in allefaculteiten gemiddeld drie tot vier maanden sneller zijn dan hunmannelijke collega's. Bij de letterenfaculteiten is dat verschilnog groter. Ook de slaagkans van vrouwelijke studenten is hoger. Naacht jaar heeft 64 procent van hen een doctoraaldiploma, tegen 57procent van de mannen.

Uit de studiestatistieken, die voor de universiteiten zijnbewerkt door het CBS, blijkt dat het studietempo sinds de invoeringvan de tempobeurs wel iets hoger ligt dan in het verleden. Vanafjaargang '91 hadden studenten ongeveer drie maanden minder voor hunstudie nodig. Maar nog steeds doet een gemiddelde vwo'er er meerdan zes jaar over. En het uiteindelijke slaagpercentage is eerdergedaald dan gestegen.

Tussen de universiteiten bestaan nog steeds aanzienlijkeverschillen. Bij een eerlijke vergelijking, per faculteit, blijkenstudenten in de Randstad gemiddeld minder snel en succesvol testuderen. Vooral in Amsterdam (UvA), Rotterdam en Delft komt inverhouding veel studievertraging en -uitval voor. In Maastricht,Groningen, Nijmegen en Tilburg hebben studenten relatief het meestesucces. De verschillen lopen bij rechten en economie op tot eenjaar gemiddelde studieduur.

HOP, FS

6