Moge hij de rilkoorts krijgen

Het zal veel Brabantse lezers zijn ontgaan, maar als volk stammen zij af van de Trojaanse koning Priamus. Omdat zij die afstamming delen met de Fransen, waren de hertogen van Brabant in de vroege middeleeuwen nauw verwant aan het Franse koningshuis. Vandaar dan ook de verontwaardiging in Brabant over de machtsgreep van Hugo Capet.

Na de dood van koning Lodewijk V greep deze graaf van Parijs in 987 de Franse kroon, hoewel hun hertog Karel van Lotharingen daar volgens de Brabanders meer recht op had. Niet voor niets besluit een onbekende Brabantse kroniekschrijver zijn in 1299 geschreven leerdicht over Capet met: "Dies moet hi hebben den rede! Daer scoerde hi onse coronike. (Moge hij daarom de rilkoorts krijgen. Daar verstoorde hij onze geslachtslijn).

Merkwaardig genoeg is de ook al onbekende schrijver van 'Die alder excellenste cronyke van Brabant' in 1498 aanzienlijk milder voor Hugo Capet. Hij legt uit dat diens wandaad in feite Gods wil was, omdat Hugo ervoor had gezorgd dat het gebeente van de heilige Walericus na de roof door de Noormannen weer op zijn oorspronkelijke plaats was teruggekomen.

De rol van Hugo Capet in 'Die cronyke' vormt een van de thema's in het proefschrift waarop Jaap Tigelaar op vrijdag 15 december in Utrecht promoveert. In zijn prachtig vormgegeven studie geeft hij als mogelijke verklaring dat de kroniekschrijver de vrome Franse koningen uit de middeleeuwen aan de vorsten van zijn tijd ten voorbeeld heeft willen stellen. Maar dat kon natuurlijk alleen door ook hun stamvader in een niet al te negatief daglicht te stellen.

In het voorwoord van zijn boek vertelt Tigelaar hoe hij als jongetje in Assen tevergeefs naar prehistorische vuistbijlen en speerpunten zocht. Des te gelukkiger is hij dat het 'graven' in Brabantse kronieken nu wel tot een tastbaar resultaat heeft geleid.