Orang-Oetan-vrouwen gek op wangplaatman

Volwassen mannelijke orang-oetans staan bekend om hun imposanteuiterlijk. Ze zijn zwaar, hebben breed uitstaande wangplaten, eenlangharige vacht en slaken diep resonerende kreten die eenafschrikwekkende werking hebben op andere mannen, maar die voororang-oetanvrouwen juist heel aantrekkelijk zijn. Naast deze'oer'-mannen komen onder orang-oetans - het zijn net mensen -echter ook volwassen mannen voor die er minder indrukwekkenduitzien. Zij slaken geen angstaanjagende kreten, lijken in hunlichaamsbouw eerder op fors uitgevallen wijfjes dan op hun meer'macho' seksegenoten, en missen ook de karakteristiekewangplaten.

Uit eerder onderzoek was al gebleken dat wangplaatmannen elkaarzeer agressief bejegenen omdat zij elkaar als concurrentenbeschouwen in de strijd om de vruchtbare vrouwen in de populatie.Merkwaardig genoeg hebben zij echter geen problemen metwangplaatloze mannen in hun omgeving, ondanks dat die seksueel zeeractief zijn en wijfes vaak tot paring dwingen.

In het kader van een al dertig jaar lopend Utrechtsonderzoekproject in het oerwoud van Noordwest-Sumatra vroeg UtamiAtmoko zich af hoe deze tolerantie verklaard kan worden en hoe hetmogelijk is dat in een populatie met meerdere seksueel actievemannen toch sprake is van een stabiel sociaal systeem. Nieuw inhaar onderzoek was dat zij de orang-oetans niet alleen observeerde,maar dat zij om hun gedrag te volgen ook gebruik maakte vanDNA-onderzoek van de ontlasting van de dieren. Die methode steldehaar in staat om één van de mogelijke verklaringen voorhet gedrag van de orang-oetans te verwerpen. Volgens die verklaringzouden wangplaatloze mannen als het ware in de wachtkamer zittentot de tijd rijp is om zelf uit te groeien tot wangplaatman. In detussentijd zouden ze alleen paren met op dat moment niet-vruchtbarewijfjes en dus geen nageslacht produceren. Het DNA-onderzoek weesechter uit dat zes van de tien jonge orang-oetans in de onderzochtepopulatie een wangplaatloze man uit de groep als vader hadden.

Dat de wangplaatmannen hun aanwezigheid desondanks tolereren kanvolgens Utami Atmoko dan ook alleen worden verklaard als wordtuitgegaan van het gedrag van de vruchtbare vrouwen in de groep.Omdat die meestal het initiatief nemen tot copulatie en daarbij eenvoorkeurhebben voor wangplaatmannen, hoeven dezen zich nietbedreigd te voelen door hun wangplaatloze soortgenoten.

De onderzoekster die op 1 mei op haar onderzoek promoveerde,constateert dat de evolutie kennelijk heeft gezorgd voor tweealternatieve paringsstrategieën, die ervoor zorgen dat desoort een grotere kans op overleving heeft. Onduidelijk isoverigens of alle wangplaatloze mannen na verloop van tijdveranderen in wangplaatmannen. In ieder geval kan dat lang duren,zoals bleek uit het geval van Boris, die in 1993 wangplatenontwikkelde, maar die blijkens een DNA-analyse al in 1974nakomelingen had verwekt.

EH