Over oppertunistische, seksualiserende, wraakzuchtige, boze en sadistische verkrachters: 'In sommige gevallen helpt verzet'

Over oppertunistische, seksualiserende, wraakzuchtige, boze ensadistische verkrachters: 'In sommige gevallen helpt verzet'

Geinteresseerden in wat sprekers F. van Gelderen van deAmsterdamse politie en psycholoog F. Koenraadt te vertellen hebben,moeten deze avond op de Uithof aantreden. Is dat wel handig, als jeweet dat de Utrechtse serieverkrachter nog steeds rondloopt? "Wewilden de lezing eigenlijk in de binnenstad houden", legt Jurjenvan Bolhuis van de lezingencommissie van UBV uit. "Maar die zaalwerd afgezegd, en toen eindigden we toch weer op de Uithof."

Wie gehoopt had om nou eens precies uitgelegd te krijgen watvoor soort mensen het tot serieverkrachter schopt, wordt enigszinsteleurgesteld. Koenraadt, verbonden aan de faculteit Psychologie enaan de Utrechtse observatiekliniek Pieter Baancentrum, schetst, metbehulp van een model van onderzoekers Marshall en Barbera, slechtseen vrij algemeen beeld van de achtergrond van seksueledelinquenten.

Mannelijke dominantie

Deze blijken vaak een inconsequente gewelddadige opvoeding tehebben genoten, aldus de psycholoog. Een slechte jeugd duseigenlijk. Bovendien vertonen ze vaak een gebrek aanzelfvertrouwen, zijn ze niet tot nauwelijks sociaal vaardig enhebben ze vaak problemen met intimiteit. In sommige gevallen zijnzij zelf ook slachtoffer geweest van seksueel misbruik. Bovendienblijken zedendelinquenten vaak te zijn opgegroeid in een milieuwaar mannelijke dominantie ten opzichte van vrouwen de norm is enwaar soms agressieve porno beschikbaar is, aldus Koenraadt.

Minstens zo interessant als deze weinig opzienbarendebeschrijving is de indeling in 'soorten' verkrachters, dieKoenraadt met behulp van een model van onderzoekers Knight enPrentky voorschotelt. Volgens hen zijn zedendelinquenten onder teverdelen in vijf categorieen. De opportunistische isverantwoordelijk voor de meeste verkrachtingen. Dit is het type datmeent recht te hebben op seks na een leuk avondje uit, en denkt datnee-zeggen een goedopgevoede manier is om 'ja' te bedoelen.

De 'seksualiserende' verkrachter is iemand die, al dan nietterecht, meent onaantrekkelijk en onhandig te zijn. Deze'schlemiel' is geobsedeerd door seks en fantaseert dat hetslachtoffer het uiteindelijk fijn zal vinden.

Het 'wraakzuchtige' type is chronisch vijandig tegenovervrouwen. Hij is vooral gericht op het kwetsen en vernederen vanzijn slachtoffers. De 'boze' verkrachter is agressief jegens allesen iedereen. Dit type vecht net zo makkelijk met mannen als dat hijvrouwen verkracht. Een 'sadistische' verkrachter tenslotte haaltzijn seksuele genot uit de pijn en de angst van eenslachtoffer.

Onder meer vanwege deze verschillende drijfveren vanverkrachters is het moeilijk te zeggen wat een slachtoffer hetbeste kan doen, aldus Koenraadt. "Bij de opportunistische en deseksualiserende verkrachter heb je kans dat tegenwerken, gillen oftrappen helpt. Zij zullen schrikken, en wellicht afdruipen. Maarbij de andere drie types bestaat de kans dat verzet hun agressie ofwellust alleen maar vergroot."

Ook spreker F. van Gelderen, werkzaam bij de afdeling Jeugd- enZedenzaken van de politie Amsterdam, kan geen algemeen adviesgeven. "In sommige gevallen helpt het om je te verzetten. Maar ikken ook zaken waarbij de dader een wapen had, en dat gebruikte toenhet slachtoffer niet meewerkte."

Sporenonderzoek

Van Gelderen, projectleider van de onderafdeling Verkrachting,aanranding en schennis', werd voor de lezing gevraagd omdat deUtrechtse politie, in verband met het onderzoek naar de Utrechtseserieverkrachter, niet mee wilde werken aan dezeinformatiebijeenkomst. De Amsterdammer, een 'mens uit de praktijk'zoals hij zelf stelt, heeft aanzienlijk minder moeite om zijngehoor een kijkje in de keuken te geven. Op een vraag uit de zaalwat de politie nou zoal doet om een serieverkrachter te pakken,vertelt hij uitvoerig over de onderzoeken die er op dit moment inAmsterdam lopen tegen twee serieverkrachters en een serieaanrander.Zijn betoog is doorspekt met details die varieren van sappig (deserieaanrander heeft bij de politie de bijnaam Petje) tot ranzig(de ene verkrachter een voorkeur heeft voor seks op z'n hondjes,terwijl de ander er genoegen in schept het slachtoffer in haar mondte braken).

Uit zijn verhaal blijkt duidelijk hoe belangrijk sporenonderzoekis in zedenzaken. Daarmee hoopt de politie vooral het DNA-profielvan de dader te kunnen achterhalen, om het te vergelijken met DNAvan al bekende zedendelinquenten en om als bewijsmateriaal tedienen. De plaats van het delict wordt dan ook zeer grondigonderzocht op mogelijke sporen, aldus Van Gelderen.

Het slachtoffer, zo stelt hij, is in feite zelf vaak een nogbelangrijker 'object van sporen, om het oneerbiedig uit tedrukken'. Probleem is echter dat slachtoffers zich vaak niet alseerste tot de politie wenden, maar tot familie of vrienden, oferger nog, zich direct willen douchen. "En soms vinden wij datvreselijk jammer, maar op zo'n moment is het slachtoffer de baas.Zij maakt uit wat er gebeurt", aldus Van Gelderen. Volgens hem doetde politie ook op andere manieren haar best om het - fysieke -onderzoek voor het slachtoffer zo draaglijk mogelijk te maken. Zois er naar zijn zeggen veel aandacht besteed aan de inrichting vande kamers waar de verhoren en onderzoeken worden afgenomen. In zijnenthousiasme nodigt hij zijn toehoorders zelfs uit om eens eenkijkje te komen nemen in Amsterdam.

Welke opsporingsmethoden er daarnaast worden gebruikt, is sterkafhankelijk van de zaak, aldus Van Gelderen. Hij geeft alsvoorbeelden het samenstellen van een compositietekening, de inzetvan een speurhond om na te gaan in welke richting een dader wegliep en het analyseren van voetafdrukken. Ook vertelt hij dat hetvoorkomt dat er undercover wordt gepost, omdat serieverkrachtersvaak in een bepaald gebied blijken te opereren. Dieonderzoeksmethoden zijn volgens Van Gelderen vaak uiteindelijktoereikend: naar zijn zeggen worden de meeste 'seriezaken'opgelost.

Valse aangifte

Opmerkelijk is dat hij ook vertelt dat hij zijn team na heteerste gesprek met een mogelijk slachtoffer bij elkaar roept, om tebespreken of er sprake is van een valse aangifte of niet. Naar zijnzeggen komen valse aangiftes van zedendelicten dermate vaak voordat dergelijk overleg noodzakelijk is. Hij biecht uit eigenbeweging op dat er daarbij ook wel eens missers worden gemaakt. Zoblijkt dat er twijfel was aan het verhaal van het eersteslachtoffer van een van de Amsterdamse serieverkrachters, nadat zijzich met een uitermate gruwelijk verhaal tot de politie had gewend.Pas toen een tweede slachtoffer met een soortgelijke aangifte naarhet bureau kwam, werd de eerste vrouw volledig serieus genomen,aldus Van Gelderen.

Om half elf is de lezing afgelopen en moet iedereen over eendonkere Uithof huiswaarts. Van Gelderen steekt de fietsers een hartonder de riem: "Het is echt niet zo dat er allerlei maniakkenbuiten rondrijden of rondlopen. Het grootste deel van deverkrachtingen, zo'n negentig tot vijfennegentig procent, wordt nogaltijd gepleegd door bekenden van de slachtoffers."

Hanneke Slotboom