Pedagoog De Winter wil democratische opvoeding
Hoe je je hebt te gedragen in een democratie, weet niet iedereen. Kinderen moeten van hun ouders en op school leren wat democratisch gedrag inhoudt. Dat is te belangrijk om over te laten aan de vrijheid van onderwijs, vindt De Winter.
Acceptatie van het anders zijn van anderen, het tolereren van anderen, het inzicht geven in de achtergronden van andere gedragingen en tenslotte het aangeven van de maatschappelijke kaders waarbinnen die tolerantie kan gedijen, aldus de vier onderdelen van een democratieopvoeding zoals De Winter die wenselijk acht.
Die idealen staan echter vaak haaks op de zogeheten Code van de Straat, waarin respect alleen te verkrijgen is via geweld. De code van de straat ontstaat daar waar de invloed van de rechtsstaat ophoudt, denkt De Winter.
Hij pleit dan ook voor een 'pedagogisch offensief', waarin politie, buurtwerkers, scholen en ouders samenwerken om kinderen het gevoel te geven dat er met democratie ook daadwerkelijk iets te winnen valt.
De Winter was onlangs in opdracht van UNICEF in Darfur voor een onderzoek naar de opvang van getraumatiseerde kinderen, die door de milities meermaals binnen een mum van tijd omgetoverd worden tot kindsoldaten. Als dictaturen situaties kunnen scheppen die ervoor zorgen dat zelfs kinderen kunnen veranderen in meedogenloze wezens, dan moeten democratieen er omgekeerd in kunnen slagen een pedagogische infrastructuur te ontwikkelen die verdraagzaamheid, solidariteit en democratische gezindheid cultiveert, aldus de Langeveld-hoogleraar.
AH