Roeien of de kunst van het selecteren
Het Nederlandse roeien heeft betere tijden gekend. Maar er zijn lichtpuntjes. In september won de Nederlandse dubbelvier met diergeneeskundestudente Daniëlle Broekhuizen (28) aan boord een zilveren medaille op de Wereldkampioenschappen roeien in Milaan. De Orca-roeister gaat nu voor goud. Haar afstuderen moet nog maar even wachten.
Roeien is één van de weinige sporten waarin je, volgens Broekhuizen, in een korte periode de internationale top kunt halen. "Bij sporten als tennis en voetbal moet je heel jong beginnen." Toch leek het in de eerste jaren van haar roeicarrière erg onwaarschijnlijk dat Broekhuizen ooit op een podium bij een internationale kampioenschap zou belanden, want haar sportcarrière lag eigenlijk al in het slop voordat ze echt begonnen was.
Ze ging studeren in Delft, toen ze was uitgeloot voor diergeneeskunde. Het jaar daarop had ze meer geluk bij de loting en verhuisde naar Utrecht. Ze werd lid bij Orca. "Dat ging redelijk, maar na een jaar werd ik alsnog uitgeselecteerd. Toen was ik zo teleurgesteld dat ik een heel jaar ben weggeweest." Vlak voordat ze er helemaal mee wilde stoppen, kwam ze een ander slachtoffer van de strenge selectie tegen. Samen besloten ze te gaan voor het competitieroeien, het kleine broertje van het wedstrijdroeien.
Hoewel het competitieroeien niethoog staat aangeschreven bij wedstrijdroeiers, omdat er minder wordt getraind per week, ging de boot van Broekhuizen harder dan de meeste andere bij Orca. Ze mocht echter niet meedoen aan wedstrijden omdat ze te weinig trainde. Op aanraden van de toenmalige Orca-coach en tegenwoordige bondscoach Duncan Holland, stapte Broekhuizen over in de eenpersoonsboot, de skiff. Via dit skiffen wist ze zich via een gruwelijk ingewikkelde selectiemethode in de nationale lichte dubbelvier te roeien, voor vrouwen die niet zwaarder zijn dan 55 kilo.
De lichte dubbelvier is op dit moment één van de weinige succesnummers van de Nederlandse vloot. De concurrentie voor een plek in deze boot is moordend: er zijn genoeg goede lichte vrouwen en er zijn maar weinig plekken te vergeven. De uitverkiezing van Broekhuizen ging wreed genoeg ten koste van een andere Utrechtse. Medaillewinnaar en Tritonlid Maud Klinkers haalde dit keer de selectie niet.
Voor het resultaat maakte deze wisseling van de wacht niets uit. De vier lichte dames wonnen opnieuw zilver. Dat lijkt een tegenvaller. Broekhuizen: "We gingen voor goud." Maar de Chinezen bleken in Milaan veel te sterk. "We hadden altijd gewonnen van die Chinezen, maar ze bleken opeens twee sterke roeisters uit een andere boot te hebben geplukt en ze waren onklopbaar."
Volgend jaar moet goud wel mogelijk zijn. Dan zijn die twee sterke Chinezen er niet bij. Die gaan naar de Olympische Spelen in Athene. Het wereldkampioenschap wordt alleen voor niet-olympische nummers georganiseerd. Maar nu vreest Broekhuizen de concurrentie van sterke dames uit landen die de Olympische Spelen niet hebben gehaald. En er zijn meer kapers op de kust, talentvolle Nederlandse roeisters. Want ook het komend seizoen wordt er weer eindeloos geselecteerd door de Nederlandse roeibond. "Misschien lig ik er volgend jaar wel uit."
In elk geval gaat ze nog een jaar door met roeien. Afstuderen en werken moeten nog even wijken. "Ik ben op dit moment voor mijn studie bezig met een onderzoek dat loopt tot januari. Ik moet nog een maand co-schappen van vorig jaar inhalen. In februari begint het roeiseizoen, dan wil ik er wel iets bij doen. Vorig jaar heb ik in een laboratorium gewerkt. Misschien kan ik nu bij een dierenarts aan de slag. Van alleen twee keer per dag roeien, word ik niet echt blij."
Ze hoopt op medewerking van haar faculteit. "Ik wilde mijn co-schappen met iemand ruilen, maar dat kon niet. Zo flexibel is diergeneeskunde niet. Er is wel een uitzonderingsregel voor zwangeren, chronisch zieken en topsporters. Hopelijk plaatst diergeneeskunde mij in de laatste categorie, dan valt er misschien toch iets te regelen."