Schaatsster Christine Heins over het grote gat tussen 41,1 en 38,1

Schaatsster Christine Heins over het grote gat tussen 41,1 en38,1

Vooraf sprak Heins de hoop uit op een plaats bij de beste acht.Met haar zevende plaats kon ze tevreden zijn, al dankte ze die medeaan een val van Frouke Oonk en de opgave van Annemarie Thomas en deafwezigheid van Tonny de Jong.

Heins' tijden vielen wat tegen. Ze kwam nooit in de buurt vanhaar streeftijden in het natte en winderige Utrecht, toch haarthuisbaan. Megazwaar noemde Heins de omstandigheden na de afloop.Op de eerste vijfhonderd meter kon ze bovendien ternauwernoodFrouke Oonk ontwijken die in de eerste bocht onderuit ging. Heinsconstateerde toch voldoende progressie: "Vorig jaar was ik twaalfdedat was al heel goed voor een 19-jarige."

Heins studeert algemene sociale wetenschappen en is inmiddelsderdejaars. "Ik heb vorig jaar besloten om het tweede jaar intweeën te splitsen. Nu ik nog in het nationale circuit zit, ishet schaatsen heel redelijk met mijn studie te combineren."

Het is haar doel om bij Nederlandse top te komen. "Dat zalmoeilijk genoeg zijn, want er is erg veel concurrentie. De topperszijn allemaal een stuk ouder dan ik. Het zal ook voor mij nog weleven tijd kosten. Er zit een aantal schaatssters tussen de toppersen mij in. Die moet ik er eerst af zien te rijden."

Superdood

Met de langere afstanden heeft Heins altijd veel moeite gehad.Ze kwam daardoor nooit in aanmerking voor de nationalejeugdploegen. "Mijn basis zijn de middellange afstanden. De driekilometer is bepaald niet mijn favoriete afstand. Op devijftienhonderd meter ga je de laatste ronde superdood. Maar dedrieduizend meter moet je indelen. Je moet op de training leren omvlakke rondetijden te leren. Daar heb ik nog niet zoveel ervaringin. Mijn trainingen zijn altijd meer gericht geweest op de korteafstanden."

"Ik heb dat allrounden niet super in me. Daarom kwam ik ooknooit voor Jong Oranje in aanmerking of voor wereldkampioenschappenjunioren. Ikben wel een paar keer hoog geëindigd opjuniorenkampioenschappen. Dan stond ik na drie afstanden heel hoog,maar dan haalden die Jong Oranje-schaatssters me op de 3000 meterweer in. Die trainen daar wel heel veel op."

Vorig jaar werd ze wel door de bond geselecteerd voor deopleiding sprint. "Dat was best een leuk jaar, maar ik was niettevreden over de resultaten. Toen ben ik teruggegaan naar hetgewest." Schaatscoach Egbert van 't Oever zag echter wel brood inde Maarssense en ze kreeg een aanbod van Sanex. Sanex zorgde nietalleen voor een financiële tegemoetkoming, maar ook voor eennieuwe trainster, Jolanda Kramers. Daar is Heins erg gelukkig mee."De beste die ik ooit heb gehad. Daar heb ik onwijs veel vertrouwenin. Dankzij haar heb ik dit jaar zo goed gepresteerd."

Die goede prestaties kwamen vooral tot uiting in de persoonlijkerecords die Heins aan het begin van het seizoen in Calgaryneerzette. "Daar heb ik op de 1000, 1500 en 3000 meter persoonlijkerecord gereden. De 500 kwam er toen nog niet uit, want ik was heelerg aan het trainen op mijn opening. Een hoge beginsnelheid is opalle afstanden heel belangrijk. Met al die trainingen heb ik weleen halve seconde van mijn opening afgekregen. In Collalbo heb ikonlangs 40,8 gereden op de vijfhonderd meter. Mijn drieduizendmeter moet ook stuk sneller kunnen dan 4 minuut 37, zeker als jedat afzet tegen mijn vijftienhonderd meter tijd van 2,05."

Toch garanderen deze tijden nog geen plaatsje bij de Nederlandseschaatselite. "Het lijkt me heel gaaf om erbij te komen", zegtHeins. Ze moet daarvoor nog veel werk verzetten. "Voor eenbuitenstaander lijkt de kans dat je er tussenkomst misschien welheel groot. Maar er zit een heel groot gat tussen 41,1, de tijd dieik rijd op de 500 meter, en de tijden van Marianne Timmer. Dat isheel tastbaar. De komende jaren moet ik ook 38,1 gaan rijden. Daarwil ik voor gaan, maar ik moet het nog wel even doen. MarianneTimmer is vijf jaar ouder dan ik. Die progressie moet ik kunnenmaken. Daar hebben mijn coach en ik alle vertrouwen in."

Levensles

Er is meer nodig dan alleen snelheid om de top te halen, vindtHeins. "Ik vind de sport heel gaaf. En dat is een belangrijke redenom door te gaan. Maar je bent wel heel veel weg en als je daar niettegen kunt, houdt het snel op. Je kunt er wel een beetje naartoegroeien. Ik ben nu tenslotte ook al vaak onderweg. Voordeel is datje heel veel van de wereld ziet en dat je heel veel nieuwe mensenontmoet. Op trainingskampen gebeuren veel leuke dingen. Je hebt eenheel ander leven dan de gemiddelde student. Je ontwikkelt eenstukje van jezelf.Dat is iets dat anderen pas veel later in eenbaan doen. Bettine Vriesekoop noemde het laatst op tv eenlevensles. Je leert heel veel over jezelf. Je komt je eigen zwakkepunten tegen."

"Natuurlijk gaat het ook om het winnen. Natuurlijk wil ikwereldkampioen worden, maar dat is op dit moment nog nietbereikbaar. Ik wil wel graag naar de Olympische Spelen maar wieweet wat er tussendoor allemaal gebeurt. Je moet je doelen wel eenbeetje realistisch stellen. Het hangt er voor volgend jaar eenbeetje vanaf of ik bij Sanex blijf of dat er andere aanbiedingenkomen. Er moeten wel goede randvoorwaarden komen om fulltime tegaan schaatsen, anders kan ik net zo goed mijn studie erbij blijvendoen. Fulltime schaatsen en al drie jaar van je studie afgerond,dat lijkt me toch ook een lekker gevoel. Maar als het echt te drukwordt, zal ik eerder mijn studie opgeven dan mijn sport."

Jurgen Swart