Scholieren kiezen UU vooral vanwege brede studieaanbod

De slechte woningmarkt in de stad Utrecht is voorvwo-scholieren een belangrijke reden om niet voor de UU te kiezen.Scholieren die wel een opleiding in Utrecht willen volgen, kijkenvooral naar het brede studieaanbod en de aansprekende voorlichting.Dat blijkt uit 'Studie Keuze Monitor 1999', een landelijk onderzoeknaar het studiekeuzegedrag van scholieren in de laatste twee jaarvan het voortgezet onderwijs.

Het onderzoeksrapport 'Studie Keuze Monitor 1999' iséén van de initiatieven van het project'Studentenmonitor' dat de universiteit vorig jaar in gang heeftgezet om de tevredenheid van studenten over het studeren in Utrechtte vergroten. Door middel van het onderzoek zijn de motieven om welof niet voor de UU te kiezen in kaart gebracht. In voorlichting enmarketing kan worden ingespeeld op de resultaten. Van de 65.000scholieren in vijf- en zes-vwo deden meer dan drieduizend mee aande enquête.

Zo'n tien procent van de vwo-scholieren noemt de problematischeUtrechtse woonsituatie van studenten als argument om niet naarUtrecht te komen. Ook de grote omvang van de UU wordt vaak alsnegatief beoordeeld. De goede voorlichting van de universiteit enhet brede studieaanbod worden door zo'n vijftien procent van deondervraagden aangemerkt als overweging om juist wel in Utrecht tegaan studeren. Van de scholieren die voor andere universiteitenkiezen, noemt gemiddeld slecht vijf procent de voorlichting alsbelangrijk keuzemotief.

Opmerkelijk is dat de resultaten van visitatierapportennauwelijks een rol blijken te spelen bij de studiekeuze. Ook deinvloed van informatiebronnen zoals de Keuzegids Hoger Onderwijs,waarin vooral de Utrechtse voorzieningen het nogal eens moetenontgelden, zijn te verwaarlozen. Slechts één op deduizend zes-vwo'ers in het onderzoek noemt de Keuzegids vanbelang.

Uit het onderzoek blijkt bovendien dat Utrecht met de nieuweopleiding Economie in een gat in de markt lijkt te springen.Overeenkomstig het landelijke beeld heeft een groot gedeelte van dezes-vwo'ers uit de regio Utrecht een voorkeur voor de sectorEconomie. Bovendien blijken veel Utrechtse scholieren (31 procent)ook graag in de regio Utrecht te willen studeren. Vaak wordt dangekozen voor een HBO-opleiding. (5/17)

Tenslotte blijkt uit een analyse van de concurrentiepositie vande Universiteit Utrecht dat vooral de UvA, de Universiteit Leiden,de Erasmus Universiteit en de Universiteit Groningen te duchtenzijn. Scholieren uit zes-vwo die de UU als tweede keus opgeven,noemen deze universiteiten het vaakst als hun eerste keus.

Instroom

Samen met de rapportage over het keuzegedrag van scholieren inde bovenbouw van het voortgezet wetenschappelijk onderwijs werdvorige week in de commissie onderwijs van de u-raad ook een analysegepresenteerd van de universitaire instroom van afgelopenseptember. Deze analyse is een ander onderdeel van het eerdergenoemde project 'Studentenmonitor'. Door bestudering van defeitelijke gegevens over de eerstejaars studenten wil deuniversiteit een beeld krijgen van de soort studenten die naarUtrecht komen. Het is bovendien de bedoeling de studenten teblijven volgen. Aan het einde van hun derde studiejaar zullen zeopnieuw geënquêteerd worden, ook met het doel hen naarhun mening over de kwaliteit van het Utrechtse onderwijs en dekwaliteit van de voorzieningen te vragen.

Met een totale instroom van bijna 4500 studenten neemt de UU nade Universiteit van Amsterdam een tweede plaats in waar het gaat omabsolute aantallen eerstejaars. De Utrechtse instroom lag 13,5procent hoger dan in de voorgaande twee jaren. Ook het marktaandeelvan de UU is in 1999 gestegen met een half procent. Dit isopvallend om dat 1998 een daling liet zien.

Het aantal eerstejaars dat een alfa- of gamma-opleiding is gaanvolgen steeg binnen de UU sterker dan in andere universiteiten.Overeenkomstig het landelijke beeld daalde het aantal eerstejaarsin de bètamedische hoek, zij het in mindere mate dan elders.In Utrecht deden vooral de opleidingen geschiedenis, psychologie enalgemene sociale wetenschappen goede zaken.

Wie kijkt naar de regionale herkomst van studenten bemerkt datde UU maar weinig studenten uit het noorden van het land weet tetrekken. In Groningen, Friesland en Drenthe kiezen verreweg demeeste scholieren voor de Rijksuniversiteit Groningen. AlleenGeneeskunde en Diergeneeskunde kunnen hier enig tegenwicht bieden.Ook in Noord-Holland en Flevoland is de positie van de UU zwak,vooral door de dominantie van de UvA en de VU. Voor de rest van hetland voldoet de universiteit aan de zelf opgelegde uitgangspunten:in iedere provincie wordt een marktaandeel van tenminstetienprocent gehaald en nergens staat de UU lager dan derde.

Opvallende cijfers achterin de rapportage over de instroom geveninformatie over de gemiddelde eindexamencijfers van de eerstejaarsstudenten aan de UU. Van alle eerstejaars aan de UU scoordenstudenten psychologie en rechten met een gemiddelde van 6,6 bij huneindexamen het slechtst. Studenten aan het UCU behaalden met een7,6 verreweg het hoogste cijfer. Eerstejaars in de natuurkunde,scheikunde en wiskunde komen met een gemiddelde van 7,4 ook goeduit de bus. Ook informaticastudenten en de studenten van defixusopleidingen hadden relatief goede resultaten bij huneindexamencijfers. Eerstejaars van de alfa-opleidingen scorenminder goed dan de bèta's, maar beter dan de gamma's. Vooralde cijfers van studenten godgeleerdheid, geschiedenis en vreemdetalen vallen op in positieve zin.

XB