'Slinger door de stad' feestelijk succes

Janny Ruardy, Armand Heijnen

Mijn tante Hilda

Ook PHRM, ofwel het Gele Paleis aan het Janskerkhof, ofwel het onderkomen van het Utrechts Studenten Corps, houdt op deze culturele zondag open huis. Onder meer met een optreden van zigeunerkapel Tzigane, met een openstelling van het Corpsmuseum en met een vermakelijke voorstelling van de corporale Koninklijke Toneelvereniging. Zich er zeer van bewust dat burgerij en 'knorren' nu bij wijze van uitzondering tot hun gasten behoren, benut de toneelvereniging haar optreden om te beklemtonen dat het beeld dat in de pers van het corps wordt geschetst, maar een klein en slecht gekozen of slecht begrepen deel van de werkelijkheid is. Er gebeurt immers zoveel meer, zoveel moois...

Het toneelstukje 'Tante Hilda', een co-productie van corps en vrouwelijke tegenhanger UVSV, begint te laat, maar het wachten heeft hier iets vanzelfsprekends en wordt bovendien beloond: het is een snerpende parodie op het liefdesverhaal, vol passie gespeeld en met onmiskenbaar vermakelijke momenten. Zelfs mijn dochtertje van 3 jaar zit de voorstelling van toch ruim een half uur met gemak en plezier uit. Waar toneel al niet goed voor is: de vaak verkeerd begrepen humor van corpsleden wordt hier verhelderd. Moeten ze vaker doen, hun deuren open gooien... (AH)

Repelsteeltje anno nu

Bij cultureel centrum Parnassos staat om drie uur een dikke rij mensen voor de deur van de theaterzaal voor de voorstelling Het lijden van het jonge Repelsteeltje. Een eigentijdse versie van het oude sprookje. Met een goed scenario, leuke teksten en overwegend getalenteerde spelers krijgt studententheatergroep Passevite meteen de zaal plat. Dat anderhalf uur lang volhouden, is een knappe prestatie. (JR)

Belle en Beets

In de Belle van Zuylenzaal van het Academiegebouw treedt een actrice op met een prachtig Frans accent, in een 18de eeuwse uitdossing compleet met hoepelrok en gepoeierde pruik. Isabella van Tuyll van Serooskerken van Zuylen, aldus haar volledige naam. Woonachtig te Slot Zuylen, en na haar huwelijk bekend geworden als Mme. de Charrière. Zij vertelt in tien minuutjes haar levensverhaal en haar bewondering voor de wetenschap. Een onconventionele vrouw van esprit en eruditie, wat onder meer blijkt uit haar vele nagelaten brieven en verhalen.

In de zaal zit emeritus hoogleraar Tjeerd van Wimersma Greidanus, ook al feestelijk uitgedost met forse bakkebaarden, kaplaarsen en een hoge hoed. "Mijn vriend Nicolaas Beets", stelt Belle van Zuylen haar toehoorder aan de rest van het gehoor voor. "Wij gaan inmiddels samen al door het leven als Belle en de Beets." Zij doet de historie geweld aan, want toen Beets werd geboren (1814), was Belle al gestorven (1805), maar een kniesoor die daar op een feestelijke dag als deze culturele zondag op let.

Greidanus, alias Beets, leest even later voor uit eigen werk. Het meest bekend is natuurlijk zijn bundel Camera Obscura, geschreven onder het pseudoniem Hildebrand. Aan de Utrechtse universiteit was deze dominee-schrijver verbonden als hoogleraar theologie. (AH)

Blonde vrouwen

Voor muziek en theater is duidelijk meer belangstelling dan voor poëzie. In de stand-up wetenschap over beroemde gedichten staat universitair docent Harald Hendrix in de Kernkampzaal van het Academiegebouw tegen vele lege stoelen te praten over de lyrische poëzie van Petrarca. De vijf bezoekers krijgen eerder een college (met heuse sheets) dan een stand-up praatje. Wat in elk geval blijft hangen, is dat de dichter viel voor blonde vrouwen.

Esther Jansma valt hetzelfde lot ten deel. De Utrechtse dichteres ziet de humor er van in. Jansma, in het dagelijks leven archeologe, wordt onder meer geïnspireerd door haar werk, blijkt uit haar gedichten. We krijgen alvast een voorproefje van haar nieuwe gedichten die volgend jaar gebundeld worden. (JR)

Darwin's dating bureau

Tot schrik van mijn vrouw vertel ik dat ik een blind date ga regelen. Ze is pas gerustgesteld als ze hoort dat het een date met een bloem betreft, en dat ook ons zoontje van 9 jaar zo'n afspraakje wil aangaan. In de maskerade-zaal in het Academiegebouw kun je van de drukke culturele zondag niet alleen even op adem komen bij een kopje koffie, maar ook een bezoekje brengen aan Darwin's Dating Bureau.

Medewerkers van de Botanische Tuinen hebben zich met indrukwekkende mappen en fiches achter tafeltjes geïnstalleerd, en voorlichter van de Tuinen Akkie Joosse loopt uitgedost als lentebloem klanten naar die tafeltjes te lokken; een overigens overbodige klus, want het loopt storm.

De bloem van mijn leven blijkt het 'moederkruid' te zijn en ik kan haar ontmoeten in de thematuin in De Uithof. Daar ben ik achter gekomen toen ik één op mij van toepassing zijnd zinnetje moest kiezen uit een lijst van twaalf, en vervolgens nog een plaatje moest kiezen uit pakweg tien keuzemogelijkheden. Het zoontje had iets met heksenkruid, wat ongetwijfeld méér te maken heeft met zijn huidige belangstelling voor Harry Potter dan met zijn voorliefde voor morsige bloemetjes op schaduwplekjes. (AH)

Santing

In de Pandhof, de binnentuin tussen Dom en Academiegebouw, wordt het om kwart voor vier heel erg druk. Honderden mensen staan te wachten op het moment dat de deuren opengaan voor het slotconcert van Dekoor met Mathilde Santing.

In de aula van het Akademiegebouw zingen is geen gemakkelijke opgave. Veel galm zorgt ervoor dat de teksten soms niet goed zijn te verstaan. Tot vijf minuten voor aanvang wordt er dan ook driftig gerepeteerd. En niet zonder resultaat. Santing heeft er zichtbaar plezier in om met de studenten op te treden en als de eerste zenuwen voorbij zijn, wordt het koor losser en swingerder. 'One hand , one heart' uit 'the West Side Story' in een klassieke uitvoering roept een sacrale sfeer op, terwijl je je vijf minuten later met 'Round midnight' in een jazztempel waant. Zelfs de leden van het college van bestuur op de eerste rij deinen voorzichtig mee. Een spetterend einde van een geslaagde dag. (JR)